Mobiliteit

Almaar meer gemeenten maken komaf met voorrang van rechts

De afschaffing van de voorrang van rechts-regel doet het aantal ongevallen dalen, tonen statistieken aan.© anp

De Vlaams-Brabantse gemeente Begijnendijk verbant de voorrang van rechts-regel van haar grondgebied. Ook veel andere gemeenten plaatsen voorrangsborden waar vroeger wie van rechts kwam automatisch voorrang had.

Koen Baumers Sam Coremans

Wie van rechts komt heeft voorrang. Het wordt je als kind al ingepeperd. Maar de gemeente Begijnendijk verbant die regel nu. “Bij kruispunten waar de regel geldt, zien we vaker ongevallen”, zegt burgemeester Bert Ceulemans (Samen). “Zelfs een klein beetje twijfel kan al leiden tot een botsing. Daarom hebben we besloten resoluut te kiezen voor duidelijke signalisatie.”

De landelijke gemeente Glabbeek heeft de voorrang van rechts al in 2017 volledig afgeschaft. Het aantal ongevallen is er sindsdien van 48 naar 22 gedaald. Dilbeek schrapte de regel in 2015 op straten die aanvoelen als hoofdstraat. En ook gemeenten als Lubbeek, Gooik, Wervik, Tielt-Winge, Bekkevoort, Linter, Geel en Lede maakten er komaf mee.

“Een zeer goede beslissing”, zegt Robert De Mulder (CD&V), schepen in Lede, die in 2019 voorrangsborden plaatste op 33 kruispunten. “Voordien hadden we één zwart punt: er ging geen week voorbij of er gebeurde een ongeval. Nu is het overal veel veiliger, we hebben er geen spijt van.”

In Merelbeke, Lille en Temse kwamen er de voorbije jaren wel nog straten bij mét voorrang van rechts. Maar dat ging telkens gepaard met de invoering van een zone 30. De voorrang van rechts dient er “om het verkeer af te remmen en het doorgaand (sluip)verkeer te ontmoedigen”.

Minder ongevallen

De daling van het aantal kruispunten met voorrang van rechts heeft al een impact op de ongevallenstatistieken. In 2017 vergoedden de Belgische verzekeringsmaatschappijen nog de schade bij 15.000 ongevallen wegens het niet-naleven van de voorrang van rechts. In 2022 ging het om ‘slechts’ 13.000 ongevallen.

De cijfers komen van verzekeringskoepel Assuralia, die zich baseert op de aanrijdingsformulieren zonder betwisting die de autoverzekeraars in België hebben ontvangen. In 2017 was nog in 6,56 procent van de ongevallen de voorrang van rechts in het geding, in 2022 was gedaald tot nog maar 5,76 procent.

Of het afschaffen van de regel de verkeersveiligheid ook echt ten goede komt, is een andere vraag. Assuralia wijst erop dat ‘voorrang van rechts’ wegzakt uit de top 5 van vaakst voorkomende ongevallen. Maar de nieuwkomer in die top 5 is de categorie ongevallen waarbij iemand een stopbord of omgekeerde driehoek negeerde.

“Voorrang van rechts is de basisregel waar je altijd op terugvalt als er geen borden staan”, zegt Stef Willems van verkeersveiligheidsinstituut Vias. “Dat geldt niet alleen in ons land, maar ook elders. Als je die regel volledig wilt afschaffen, moet je op elk kruispunt voorrangsborden plaatsen.”

En dat is volgens Vias niet overal aan te raden. “Als je wegen hebt die ongeveer gelijkwaardig waren, creëer je een straat waar auto’s harder gaan rijden. Als je een duidelijke hoofdweg hebt, kun je het overwegen. Maar het is wel belangrijk om daarna snelheidscontroles te doen.”