Direct naar artikelinhoud
Zorgvraag

Drie op de vier minderjarigen met dringende zorgvraag krijgen geen budget: "Het lijkt wel een loterij"

Christine Thijs probeert al jaren een persoonlijk assistentiebudget voor haar dochter Mirte te krijgen, maar stoot tekens op een afwijzing.Beeld Wouter Van Vooren

Van de 846 minderjarigen met een beperking die dit jaar een persoonlijk assistentiebudget aanvroegen, zijn er 605 in het vakje 'afgekeurd' beland. Mirte is één van hen. "We zetten ons verstand nog maar eens op nul en ploeteren voort."

"We wisten dat de kans klein was, ja. Maar we dachten: misschien lukt het ons deze keer wel." Dat zegt Christine Thijs (45) over het persoonlijk assistentiebudget (PAB). Zij en haar man deden begin dit jaar een nieuwe aanvraag hiervoor. Met zo'n budget zou hun dochter Mirte (14), bij wie het downsyndroom is vastgesteld, een assistent kunnen krijgen die haar thuis en op school bijstaat. "Je moet een ellenlange vragenlijst invullen om te bewijzen dat je situatie heel schrijnend is. Maar in maart zat het verdict al in de bus: afgekeurd. We zetten ons verstand dus nog maar eens op nul en ploeteren voort."

De moeder van Mirte kan niet meer uit het hoofd zeggen hoeveel keer ze al een njet kreeg. "De eerste aanvraag deden we toen Mirte nog in de kleuterschool zat. Dat hebben we jaarlijks volgehouden tot het derde studiejaar. Dan zijn we de moed verloren en zijn we het zelf gaan oplossen."

Het zelf oplossen betekent in hun geval: het werk voor de eigen drukkerij zoveel mogelijk in functie van Mirte verschuiven, zodat ze thuis tot rust kan komen en begeleid kan worden tijdens lessen en uitstappen. "Mirte zit in het eerste middelbaar van een gewone school. We vinden het belangrijk dat ze daar kan blijven. Ze steekt er veel meer op dan in het bijzonder onderwijs. En we vinden het ook fijn dat ze vriendjes in de buurt kan maken."

De eerste aanvraag deden we toen Mirte nog in de kleuterschool zat. Dat hebben we jaarlijks volgehouden tot het derde studiejaar. Dan zijn we de moed verloren
Christine Thijs, moeder van een meisje met Down

Deksel op de neus

Mirte is een van de vele minderjarigen die dit jaar naast een PAB greep. Dat blijkt uit cijfers die Bart Van Malderen (sp.a) via het Agentschap Jongerenwelzijn kon krijgen. Daaruit blijkt dat de vraag naar zo'n budgetten jaar na jaar stijgt. Van 702 ingediende dossiers in 2017 ging het in 2018 naar 846. "Maar van de 846 aanvragen, werden er slechts 197 positief beantwoord. Dat wil zeggen dat drie op de vier minderjarigen, en dit zijn de dringendste dossiers die we kennen, het deksel op de neus hebben gekregen", aldus Van Malderen, die het heeft over "een loterij".

Hij gelooft dat het probleem nog groter is. "Je moet weten dat er in totaal 1.746 minderjarigen recht hebben op een PAB. Zo'n 900 van hen hebben dus geen aanvraag gedaan." Volgens hem doen ze dat niet, omdat ze niet geïnformeerd zijn, omdat het hen wordt afgeraden maar ook, omdat ze, zoals Mirte en haar ouders niet meer de energie hebben om nog maar eens alle papierwerk in orde te brengen. "Gemiddeld is het dan ook vijf jaar wachten op zo'n budget."

Minister van Welzijn Jo Vandeurzen (CD&V) stelt in een reactie dat de conclusies van Van Malderen voorbarig zijn. De toekenningsprocedure voor 2018 is volgens hem nog niet afgerond. Hij benadrukt ook dat de investeringen in PAB sinds twee jaar groter zijn dan ooit. "In 2017 was er 8,6 miljoen euro voor 228 extra budgetten. In 2018 is er 7,6 miljoen voor 200 extra budgetten. Ook in 2019 is een gelijksoortige extra investering voorzien." Zijn kabinet wijst ook naar het maandelijkse basisondersteuningsbudget (BOB) van 300 euro dat zevenduizend minderjarigen ontvangen in afwachting van een PAB.

In totaal hebben zo'n 1.746 minderjarigen recht op een PAB, maar 900 van hen hebben niet eens een aanvraag gedaan
Bart Van Malderen, sp.a

Ook Mirte ontvangt die 300 euro. "We houden dat geld aan de kant om de vrijwilligers die met haar mee naar school gaan, iets toe te stoppen. Maar ver spring je daar niet mee. We steunen toch vooral op het goede hart van veel mensen."

Christine wil volgend jaar een nieuwe aanvraag doen. "We hebben geen andere keus. Mijn man en ik zijn vijftigplus. Onze netwerk wordt steeds kleiner. Mijn andere kinderen, die mee voor Mirte zorgden, zijn het huis uit en haar grootmoeder, die ook hielp, is nu zelf hulpbehoevend." 

Ze is sceptisch, dat ze dan wel in het vakje "goedgekeurd" zal belanden. "Er wordt hier veel gesproken over een inclusieve maatschappij, maar in de praktijk zie je er weinig van, integendeel. Een plek in een internaat kunnen we wel krijgen, terwijl die veel meer kost dan het persoonlijke assistentiebudget", aldus Christine. Ze vreest het internaatscenario. "We willen Mirte graag een gewoon leven geven, maar als ondersteuning uitblijft, zullen we misschien niet anders kunnen."