Direct naar artikelinhoud

Ook Belgen moeten dit trauma verwerken

1.478 kilometers scheiden Brussel en Oslo, maar wat Anders Breivik deed, overbrugt elke afstand. Ook in ons land speelt de schietpartij door de hoofden. Ouders trachten bange kinderen af te schermen, maar zitten zelf met muizenissen. ‘Stel een symbolische daad: brand een kaars, onderteken een register, maak een tekening. Voel je betrokken. Het helpt.’

De Noren zijn in shock na de killing spree van Anders Breivik, maar ze zijn niet alleen. Ook bij ons blijft de daad van de verknipte Noor hangen. “Dat komt omdat de hele zaak zo nabij is”, zegt Rudy Verelst, forensisch psychiater in het UZ Leuven. “De context waarin dit gebeurd is, is herkenbaar voor ons. Veel herkenbaarder dan een bomaanslag in Pakistan of Afghanistan. De Noorse samenleving, die functioneert zoals de onze. Zomerkampen, dat kennen wij ook en precies daar is het nu misgelopen.”

Al weten wij Belgen al langer wat een vereenzaamde zonderling kan teweegbrengen: de slachtoffertol was lager, maar de gruwel van Hans Van Themsche en Kim De Gelder was daarom niet minder. “Het rijt oude wonden open. We herbeleven wat er toen gebeurde, al is het onbewust”, beaamt Verelst.

“Rationeel weten we dat dit kan gebeuren”, zegt ook traumapsycholoog Koen Van Praet van het Rode Kruis. “Maar we weten ook dat we meer kans hebben om om het leven te komen door een auto-ongeluk dan door een dolle schutter. Toch bezorgen deze zaken ons een groter gevoel van onbehagen. Dat is omdat je in deze omstandigheden zelf geen enkele controle hebt.”

Wanneer het leed van elders zwaar is, moet een mens zichzelf beschermen, meent Van Praet: “Denk heel bewust na over wat je leest en waar je naar kijkt. Kijk wel naar het nieuws, maar laat de duidingsprogramma’s achterwege, bijvoorbeeld. Lees niet elk artikel dat er geschreven wordt, maar beperk je toch de grote lijnen.”

Blijft het gevoel van onbehagen, stel dan een symbolische daad, zo raadt Van Praet aan. “Dat is helend, het geeft het gevoel dat je iets kunt doen, dat je verbonden bent met anderen die hetzelfde voelen. Zo’n symbolisch gebaar kan van alles zijn: onderteken een rouwregister, betuig je steun op Facebook, maak een tekening of brand een kaarsje als je gelovig bent.”

Een lichte ongerustheid na een daad als deze is niet abnormaal, maar bij sommigen gaat het verder. “Het is heel uitzonderlijk bij trauma’s die je niet persoonlijk hebt meegemaakt, maar het kan”, zegt Verelst. “Als je merkt dat je erover blijft piekeren, dat je eetlust vermindert, dat je niet meer slaapt of dat je nachtmerries hebt over de zaak, dan is er meer aan de hand en moet je op zoek naar professionele hulp.”

Praat met je kinderen

Dood en verderf tijdens een zomerkamp en dat in volle vakantieseizoen. Het kan niet anders of ook vele kinderen stellen zich vragen bij wat zich voorgedaan heeft. “Veel ouders hebben de neiging om hun kinderen buiten te sluiten bij dit soort zaken. Ze zijn zelf aangeslagen en willen er niet te veel over zeggen wanneer de kinderen erbij zijn”, zegt Van Praet. “Maar kinderen horen meer dan ouders denken. Een ‘ssst... niet waar de kleine bij is’, is voldoende om een kind ongerust te maken. Ongerustheid bij de ouders besmet de kinderen en vice versa.” Praten met de kroost is dus de boodschap, zij het met mate. “Geef basisinfo”, zegt Van Praet. “Waar ligt Noorwegen? Wat is er gebeurd? Maar vermijd details. Check na het geven van de informatie ook of de kinderen het juist begrepen hebben. Als ze daarna nog vragen hebben, beantwoord die dan eerlijk, maar begin niet uit jezelf ganser verhalen te vertellen.”

Na het informeren, komt het geruststellen. Al is dat niet hetzelfde als sussen. “Maak duidelijk dat wat hier gebeurd is, zeer uitzonderlijk is”, vervolgt Van Praet. “Maar maak tegelijkertijd ook duidelijk dat ze niet de enigen zijn die bezorgd zijn. Het is belangrijk dat ze weten dat ook veel andere kinderen met deze angst zitten, maar dat ze altijd bij jou terechtkunnen. Zorg dat ze zich veilig voelen.” Maar het is ook belangrijker om bij oudere kinderen door te gaan op de dieperliggende oorzaak. Dat zegt crisispsycholoog Erik De Soir.

“Ik zie het bij mijn eigen kinderen. Het zijn tieners die dezer dagen plots fanatiek de kranten lezen. Het is belangrijk om het met hen te hebben over de achterliggende redenen. Zoiets kan enkel gebeuren door een verregaande vorm van vereenzaming en uitsluiting. Het is belangrijk dat ze dat weten en dat die thema’s bespreekbaar worden. Want dat is mijn angst: dit raakt velen, maar een enkeling zal mogelijk gefascineerd zijn door wat Breivik deed en hem als held bekijken.”