Direct naar artikelinhoud
Partij-analyse

De verkiezingen winnen maar de formatie verliezen: N-VA vreest doemscenario

N-VA-voorzitter Bart De Wever.Beeld Tim Dirven

In de aanloop naar 26 mei analyseert ‘De Morgen’ de programma’s en ambities van de partijen. Vandaag: de N-VA. De verkiezingen winnen maar de formatie verliezen, dat is een grote bekommernis voor de Vlaams-nationalisten. Zo snel mogelijk een Vlaamse regering vormen is daarom hun prioriteit.

“Het allerergste wat je in mijn land kan overkomen, is de verkiezingen winnen.” Aan het woord is Bart De Wever, tijdens een lezing in Amsterdam in april 2014, een maand voor de federale verkiezingen. Die stembusgang zal uiteindelijk tot de vorming van de centrumrechtse regering Michel I leiden. Maar in Amsterdam kan De Wever dit nog niet bevroeden.

Op dat moment vreest De Wever vooral een ‘overwinningsnederlaag’: een overwinning die finaal uitdraait op een nederlaag. Hij is ervan overtuigd dat als zijn partij zichzelf niet incontournabel kan maken met een score rond 30 procent, de concurrentie er alles aan zal doen om de Vlaams-nationalisten aan de kant te houden. Hij baseert zich daarvoor op zijn ervaringen uit 2010, toen hij zijn prima resultaat niet kon omzetten in een regeringsdeelname op federaal niveau. Na 541 dagen crisis verenigden de traditionele politieke families zich toen onder premier Elio Di Rupo (PS).

Andere plooi

Vijf jaar later, aan de vooravond van nieuwe verkiezingen, is er voor de N-VA veel veranderd. De partij heeft voor het eerst een Vlaamse regering geleid en ook voor het eerst federaal mee bestuurd. Tegelijk is nog veel hetzelfde gebleven. 

De verkiezingen winnen maar de formatie verliezen: het is ook vandaag weer een grote bekommernis in de geel-zwarte hoofden. Want de wil tot macht is groot. Misschien wel groter dan ooit. Binnen de partij is men ervan overtuigd dat de huidige centrumrechtse beleidskoers nog minstens een legislatuur voortgezet moet worden om het land echt in een andere plooi te leggen. Nu naast regeringsdeelname grijpen – federaal en zeker in Vlaanderen – zou een nachtmerrie zijn.

De inzet voor de verkiezingen is dan ook duidelijk voor de N-VA. De partij wil de grootste blijven, met een ruime voorsprong op de eerste achtervolgers. Afgaand op de meest recente peilingen is dit een haalbare doelstelling. In die peilingen trekt de partij ongeveer 28 procent van de stemmen aan. Dat is een significant maar te overzien verlies na het tumultueuze einde van de regering-Michel I. De N-VA blijft nog altijd dubbel zo groot als de CD&V, Open Vld en Groen.

Puzzelen

Indien de N-VA straks, op zondag 26 mei, effectief een score rond de 30 procent neerzet, is de partij wiskundig zo goed als zeker van machtsdeelname op Vlaams niveau. Als kandidaat minister-president zal De Wever dan snel onderhandelingen opstarten om een meerderheid op de been te krijgen. Afhankelijk van de uitslagen van de andere partijen kan hij naar een heruitgave van de huidige coalitie toewerken, met CD&V en Open Vld. Naar eigen zeggen geniet deze optie zijn voorkeur. Ook een afspiegeling van de Bourgondische coalitie in Antwerpen, met sp.a, is wellicht mogelijk.

De N-VA-partijtop met onder meer Philippe Muyters, Sander Loones en Annick De Ridder.Beeld Tim Dirven

Federaal liggen de kaarten sowieso een stuk moeilijker. De kans dat de centrumrechtse coalitie zich daar zomaar kan hernieuwen lijkt klein. N-VA, CD&V, Open Vld en MR komen er naar alle waarschijnlijkheid parlementszetels voor te kort. Nog los van de vraag of Charles Michel het ziet zitten om opnieuw op avontuur te trekken met drie Vlaamse partijen. 

In de Wetstraat circuleert al een hele poos een scenario waarin ook cdH mee aan boord wordt gehesen. Om het rekenkundige tekort en politieke evenwicht te herstellen. Maar cdH verkeert in een diepe malaise. Rekenen op stemmen van deze partij om centrumrechts te depanneren, lijkt een riskante onderneming. Bovendien is de N-VA bevreesd voor een verdere ‘verlinksing’ van de coalitie. cdH positioneert zich in een aantal dossiers nog een stuk linkser dan CD&V. 

Een mogelijke compensatie voor de toetreding van cdH is dat het premierschap naar de N-VA verhuist. Dan houdt de partij, via Jan Jambon, het hoogste woord in begrotingsonderhandelingen en de uitwerking van nieuwe maatregelen.

Confederalisme

Wat als een centrumrechtse coalitie onmogelijk blijkt? Onderhandelingen opstarten met PS en Ecolo – wellicht de grootste partijen ten zuiden van de taalgrens – ziet de N-VA naar eigen zeggen niet zitten. “Als centrumrechts niet lukt, leggen we het confederalisme op tafel”, benadrukt een hoge partijbron. “De enige mogelijkheid om met PS of Ecolo tot een federale regering te komen, is dat een van de twee kampen heel zijn eigen programma opgeeft. Dat gaan wij niet doen.”

Een concreet, realistisch plan om ervoor te zorgen dat de Franstalige partijen haar confederalisme slikken heeft de N-VA niet. Men lijkt daar ook niet wakker van te liggen. De partijtop wil vooral zo snel mogelijk een Vlaamse regering vormen. Dat is prioriteit nummer één om links schaak te zetten. Eens bijvoorbeeld CD&V en Open Vld zich daar aan de Vlaams-nationalisten hebben verbonden, zullen ze hen federaal nog moeilijk kunnen lossen voor een coalitie linksom. Al is het maar omdat dit aan ‘MP’ De Wever de kans zou geven om dit kabinet jarenlang aan te vallen vanop het Martelaarsplein.

Een N-VA’er vat het samen: “Stap één is 30 procent van de stemmen proberen te halen. Stap twee: snel een Vlaamse regering vormen en partijen aan ons binden. Stap drie: kijken wat federaal mogelijk is. Centrumrechts? Prachtig. Met PS en Ecolo? Confederalisme.”  Een aanslepende Belgische crisis? Ook niet slecht.