Genkse ex-schepen krijgt 6.000 euro per maand tijdens lopend corruptieproces

Ali Çaglar was twaalf jaar schepen tussen 2006 en 2018, waardoor hij wettelijk gezien recht heeft op twaalf maanden uittredingsvergoeding. Voor die periode zou de totale vergoeding op ruim 78.000 euro bruto neerkomen. De voormalige schepen werd echter vorig jaar door de correctionele rechtbank veroordeeld voor passieve corruptie. Hij kreeg een celstraf van 18 maanden met uitstel en een geldboete van 6.000 euro. Çaglar werd ook voor 10 jaar uit zijn burgerrechten ontzet.

Het al dan niet toekennen van een uittredingsvergoeding is de verantwoordelijkheid van het lokale bestuur, maar Vlaams minister van Binnenlands Bestuur Liesbeth Homans (N-VA) kan een beslissing vernietigen indien er een klacht wordt ingediend. "Ali is twaalf jaar schepen geweest in Genk. Op basis van het Vlaams decreet Lokaal Bestuur en de door mevrouw Homans goedgekeurde uitvoeringsbesluiten heeft hij recht op een uittredingsvergoeding van maximaal 12 maanden. Het stadsbestuur past, na contact met het Agentschap Binnenlands Bestuur, de Vlaamse regelgeving toe", licht burgemeester Wim Dries (CD&V) toe.

Çaglar ging in beroep tegen zijn veroordeling en die procedure loopt nog, waardoor de veroordeling in eerste aanleg voorlopig is opgeschort. De politicus is sinds april vorig jaar ook tijdelijk afwezig als schepen. Hij deed daarmee afstand van zijn wedde als schepen en zijn bevoegdheden werden onder de andere schepenen verdeeld.

In het nieuwe systeem van uittredingsvergoedingen kunnen niet alleen parlementsleden, maar ook afscheidnemende burgemeesters en schepenen vanaf dit jaar aanspraak maken op een uittredingsvergoeding. De lokale mandataris heeft recht op één maand vergoeding per volledig gepresteerd jaar, met een maximum van 12 maanden. De uittredingsvergoedingen worden betaald met belastinggeld van de betrokken gemeente.