Direct naar artikelinhoud
Terreur

Aanslagen laten zien dat Sahel-landen controle verliezen over terreurgolf

Liefst honderd mensen lieten het leven bij een aanslag in het Malinese Sobame Da.Beeld AFP

Bij aanslagen in Mali, Burkina Faso en Nigeria zijn afgelopen weekend bijna 150 burgers omgekomen. Deze bloedbaden laten zien dat de Sahel-landen in snel tempo de controle verliezen op de terreurgolf die wordt veroorzaakt door een explosieve combinatie van jihadisten, smokkelbendes en zichzelf verdedigende etnische groepen.

Wereldwijd wordt met grote zorgen naar de rappe destabilisering van de regio gekeken. VN-secretaris-generaal Antonio Guterres zei vorige maand al “geschokt” te zijn door de “golf van geweld en het effect op burgers” en riep de regering van Mali op een einde te maken aan de zelfverdediging van etnische groepen en de verspreiding van wapens om verdere escalatie te voorkomen. Duitsland, Frankrijk, Nederland en de EU hebben al tientallen miljoenen euro’s beschikbaar gesteld voor stabiliteit in de Sahel.

In Mali werd zondagnacht een dorpje van etnische Dogon-boeren in het centrum van het land bestormd door Fulani-herders. Terwijl ze “Allah is groot” riepen vermoordden ze 95 mensen, slachtten dieren af en staken huizen in brand. Negentien inwoners van het driehonderd inwoners tellende dorp Sobame Da zijn nog vermist. 

Afrekening

De aanslag is nog niet opgeëist maar vermoed wordt dat het om een afrekening gaat. De Dogon hadden in maart een bloedbad aangericht in de Fulani-gemeenschap, omdat zij ervan worden verdacht met jihadisten samen te heulen. Toen vielen er 157 doden.

De spanningen tussen etnische groepen lopen in snel tempo op en zijn inmiddels overgeslagen naar Burkina Faso en Niger. Sinds november vorig jaar zijn bij 1.200 aanslagen in de drie landen al 5.000 doden gevallen, zo maakte onderzoeksbureau Armed Conflict Location & Event Data Project (ACLED) eerder dit jaar bekend. In Nigeria vallen inmiddels meer doden door etnisch geweld tussen boeren en herders dan door de islamitische terreurorganisatie Boko Haram.

Angst

In Burkina Faso werden afgelopen weekeind negentien burgers gedood bij aanvallen op dorpjes bij de stad Arbinda aan de grens met Mali. Sinds januari zijn al 150.000 burgers op de vlucht geslagen uit angst voor aanslagen op hun dorpen. Hetzelfde gebeurt in Niger aan de grens met Mali en in Nigeria. In dat laatste land zijn vanuit de noordelijke provincie Zamfara de afgelopen twee maanden al 20.000 burgers naar Niger gevlucht. Wie de aanslagplegers precies zijn weet niemand.

Angst
Beeld grafiek dm

In Zamfara kwamen dit weekeind bij meerdere aanslagen 43 mensen om het leven. Deze noordelijke provincie van Nigeria is sinds kort het toneel geworden van bendes die voedsel en vee stelen en mensen ontvoeren om losgeld te eisen. De Nigeriaanse overheid voelde zich in april zelfs genoodzaakt om de mijnen in de provincie tijdelijk te sluiten om een einde te maken aan het geweld. 

Zoals in de hele regio is de oorzaak van het geweld diffuus. Hier zijn het geen jihadisten die ‘Allahoe akbar‘ roepen, maar gepolitiseerd is de stammenstrijd in het noorden van Nigeria zeker ook.

Strijd om grond en water

Van oudsher bestaat tussen de verschillende etnische groepen in de Sahel zoals de Fulani, Toeareg en Dogon strijd over het gebruik van vruchtbare grond en water. De nomadengroepen met hun vee in de woestijn voelen zich bovendien vaak achtergesteld door matig functionerende en corrupte overheden in de steden. Jihadisten die gelieerd zijn aan Islamitische Staat (IS) en Al Qaida  spelen de bevolkingsgroepen verder tegen elkaar uit om ‘soldaten’ te rekruteren, criminele organisaties spinnen garen bij de angst, chaos en ontvolking om ongestoord wapens, drugs en andere goederen over de grenzen in de Sahara te kunnen smokkelen.

De ontwrichting van de regio gaat nu in hoog tempo. Dorpen lopen leeg, scholen en politieposten sluiten en de staat verliest steeds verder zijn gezag. Volgens Unicef zijn in het afgelopen half jaar al tweeduizend scholen gesloten waardoor bijna een half miljoen kinderen niet meer naar school gaan. Burgers nemen in toenemende mate zelf de wapens op om zich te verdedigen tegen de ‘vijand’ – of het nu veerovers zijn, bandieten of jihadisten die de sharia met geweld komen opleggen.

Bevolkingsgroei

“De dynamiek in de Sahel is praktisch overal hetzelfde”, zegt Sahel-kenner Mirjam de Bruijn van het Afrika Studie Centrum in Leiden. “Het gaat om landen die kampen met een enorme bevolkingsgroei en steeds minder vruchtbare grond. Voor jongeren is geen werk. Er is geen perspectief, geen functionerende staat. Jongeren voelen zich gemarginaliseerd, zijn vatbaar voor radicalisering. Tel daar de jihad bij op en je hebt een hele gevaarlijke situatie.”

De Bruijn ziet de toekomst dan ook weinig optimistisch in. Ze wijst op de veiligheidssituatie in Mali die ondanks de aanwezigheid van een internationale troepenmacht na de jihadistische staatsgreep in 2013, steeds verder verslechtert. Burgers voelen zich genoodzaakt zelf de wapens op te nemen omdat zij zich door het leger niet beschermd voelen. “Het wordt heel moeilijk om het vertrouwen in het leger terug te winnen.”