Daisy Van Cauwenbergh en echtgenoot veroordeeld tot celstraf met uitstel

De Bijzondere Belastingsinspectie (BBI) had in 2007 al klacht ingediend tegen het echtpaar Fijen-Van Cauwenbergh, na een tip van enkele ex-werknemers van de vennootschappen van het koppel. Het ging onder meer om vier IT-bedrijfjes in Zaventem, die uiteindelijk in 2008 failliet gingen.

Volgens de rechtbank is er sprake van een duidelijke vermenging van de vermogens van die verschillende bedrijven én met het privévermogen van het echtpaar. Van Cauwenbergh en haar man zouden bovendien alles in het werk gesteld hebben om activa uit de verschillende vennootschappen te halen. Zo werd onder meer via valse facturen geld versluisd naar een vennootschap in Curaçao, waarna dat geld gebruikt werd voor privé-uitgaven.

Daarnaast heeft Fijen volgens het parket de schulden van twee van zijn bedrijfjes bij de RSZ, BTW en fiscus torenhoog laten oplopen oplopen, om met dat geld andere zaken te financieren. Voor die schulden bij de publieke schuldeisers werden afbetalingsplannen opgesteld, maar die werden nooit nageleefd.

"De publieke schuldeisers  hebben met andere woorden opgedraaid voor de verdere werking van de vennootschappen, terwijl het koppel zichzelf rijkelijk bleef vergoeden en activa overbracht naar andere vennootschappen", aldus het vonnis.

Omdat de feiten bijna 10 jaar oud zijn en het onderzoek geruime tijd stil lag, oordeelde de rechtbank dat de redelijke termijn overschreden was, zodat enkel nog celstraffen met uitstel werden uitgesproken. Van Cauwenbergh heeft vijf maanden gekregen, haar man 10 maanden. Ze moeten daarnaast elk een boete van 11.000 euro betalen. Hun bedrijf JHS wacht een boete van 27.500 euro.