© Photo News

Tiesj Benoot en Greg Van Avermaet willen naar Tokio, maar: “Moeilijke combinatie Tour en Olympische Spelen”

In het hoofdkantoor van sponsor Esso in Diegem werd maandagmiddag een infosessie gegeven door Belgian Cycling over de Olympisch Spelen in Tokio in 2020. Greg Van Avermaet, Lotte Kopecky, Victor Campenaerts en Tiesj Benoot waren onder meer van de partij. Op de Olympische Spelen van 2016 behaalde Belgian Cycling brons met Jolien D’hoore en goud met Greg Van Avermaet. In 2020 vinden de Spelen in Tokio plaats, een ander continent, op 12 uur vliegen van Brussel, zeven uur tijdsverschil en andere weersomstandigheden.

De Belgische selectie zal wellicht in totaal met 22 renners naar Tokio trekken: 8 wielrenners, 11 pistiers, 1 BMX-er bij de vrouwen, 1 mountainbiker bij de vrouwen en 1 bij de mannen. Technisch directeur Frederik Broché gaf tekst en uitleg bij het programma van de Belgische wielrenners in Machelen. Voorlopig lijkt het er op dat de Belgische delegatie vijf renners mag afvaardigen voor de wegrit op zaterdag 25 juli, net zoals in 2016.

“Wie geselecteerd wordt voor de tijdrit, maakt ook deel uit van de wegselectie. In principe mag België twee renners afvaardigen in die tijdrit. Dat is een keuze die in de loop van de komende maanden wordt gemaakt”, aldus Broché. “Bij de vrouwen staat het aantal voorlopig op vier, maar we gaan er vanuit dat we met drie naar Tokio trekken, waarvan één iemand voor de tijdrit.” Daarnaast trekt Belgian Cycling met liefst elf pistiers naar Tokio: daarvan wellicht vijf mannen en zes vrouwen. Speerpunten zijn dan Jolien D’hoore, Nicky Degrendele en Lotte Kopecky. Bij de mannen lijkt de hoop op een medaille vooral op de ploegkoers te liggen. Er zijn vijf wielerdisciplines op de Spelen: wegwielrennen, piste, mountainbike, BMX en BMX-freestyle, een nieuwe discipline waarvoor Belgian Cycling niet van plan is om iemand af te vaardigen.

Vochtige warmte

In Tokio wordt het volgend jaar opletten voor de weersomstandigheden. Inspanningsfysioloog Peter Hespel van de KULeuven gaf een kleine infosessie. “Dit wordt totaal iets anders dan de hitte op het WK in Qatar”, gaf hij mee. “Daar was het warm, heet zelfs (temperaturen van 36, 37 graden waren toen eerder regel dan uitzondering, red), maar in Tokio zal dat helemaal verschillend zijn. Het wordt er weliswaar minder warm, meestal zo’n 28 graden in die periode van het jaar, maar de luchtvochtigheid bedraagt zo’n 80 procent en dat is andere koek. In Qatar had je droge warmte, zoals ook vaak hier in Europa, in Tokio wordt dat een vochtige warmte. Je zal heel veel zweten en dat vraagt een specifieke voorbereiding.”

© Photo News

De renners kregen alvast heel wat info mee en beslissen nu zelf welke voorbereidingen ze treffen richting Tokio. Hespel gaf ook mee dat de ideale aankomsttijd twee weken voor het event is om te acclimatiseren. Dat wordt, zeker met de Tour die eindigt op 19 juli, niet evident voor de wegrenners. Hun wegrit staat immers zes dagen later al op het programma.

Het parcours van de wegrit voor de mannen is 234 km en telt, naargelang de bronnen, tussen 4.300 en 4.865 hoogtemeters. De vrouwen krijgen 137 km voorgeschoteld, met zo’n 2.692 hoogtemeters. Er volgt een testevent op 21 juli van dit jaar. Bondscoach Rik Verbrugghe trekt dan met vijf renners naar daar. “Dat gaat uiteraard niet om Tour-renners”, gaf hij mee. “Maar ik zal renners selecteren die toch ook wel gebaat zijn bij zo’n event. Dan denk ik luidop aan Bjorg Lambrecht. Hij gaat niet naar de Tour, maar komt wel in aanmerking voor een selectie voor Tokio. Uiteraard moeten we dat nog bespreken met de ploegen en de renners zelf. Het is alleszins belangrijk om met goede info terug te keren van die trip naar Japan.”

© BELGA

Tiesj Benoot: “Elke atleet droomt van de Olympische Spelen”

Tiesj Benoot was een van de renners die maandag aanwezig was op de infosessie. De Gentenaar wil graag naar de Spelen en is daartoe zelfs bereid om een jaartje de Tour over te slaan. “Maar dat moet uiteraard allemaal nog besproken worden met de ploeg”, zei hij. “Daarnaast moet ik natuurlijk ook nog geselecteerd worden.”

“Elke atleet droomt van de Olympische Spelen. Het maakt niet uit welke sport je beoefent, het is de ambitie voor iedereen die aan topsport doet. Als wielrenner ben je wel iets minder met die Spelen bezig dan anderen. Ik associeer de Spelen vooral toch met atletiek en zwemmen: het is voor hen de enige kans om wereldwijd te kunnen schitteren, terwijl je als wielrenner meer kansen hebt. Maar ik wil er graag eens bij zijn, zo’n Spelen eens meemaken. In Rio was ik er niet bij, Tokio is een volgende kans en ik hoop van de partij te zijn. Ik wil daar volledig voor gaan. De combinatie voorjaar-Olympische Spelen lijkt me perfect doenbaar.”

© BELGA

Met slechts vijf geselecteerden, onder wie in principe ook twee tijdrijders - of twee moeten er toch minstens de tijdrit rijden na de wegrit - zijn de plaatsjes duur. “Dat besef ik, maar aan de andere kant zijn er nu ook weer niet zoveel renners die goed bergop rijden in België. Ik heb in de Ronde van Zwitserland mezelf verrast en ik denk dat ik wel kans maak om geselecteerd te worden.”

De combinatie Tour-Olympische Spelen lijkt uit den boze. De Tour eindigt volgend jaar op 19 juli, de wegrit in Tokio is op 25 juli. Daartussen is er een vlucht van twaalf uur en er is ook nog het tijdsverschil. In ideale omstandigheden acclimatiseer je op twee weken. “Dat valt nog te bekijken met de ploeg”, zegt hij. “Op het eerste gezicht lijkt het inderdaad moeilijk om de Tour uit te rijden en naar Tokio te gaan. Ik wil heel graag gaan, ik vind dat je ook met vijf heel gemotiveerde renners naar daar moet trekken en er specifiek naartoe moet werken. Ik moet daartoe niet mijn ganse seizoen opofferen. Ik kan nog perfect een voorjaar rijden en dan toewerken naar die Spelen. Ik zou er geen moeite mee hebben om eens een jaartje de Tour over te slaan. De Tour is geen must: er zijn nog de Giro en de Vuelta. Natuurlijk, de ploeg moet akkoord gaan dat je bij een selectie de Tour niet zal rijden.”

Greg Van Avermaet: “Moeilijke combinatie Tour en Spelen”

Ook Greg Van Avermaet was maandag (uiteraard) present. “Als uittredend olympisch kampioen wil ik er in Tokio graag opnieuw bij zijn”, zei hij. “Dat spreekt voor zich, maar natuurlijk: het vergt een goede planning en voorbereiding en uiteraard moet ik ook geselecteerd worden.”

© BELGA

Van Avermaet blikte nog even terug op zijn olympisch goud van 2016. “Ik beschouw het nog altijd als de grootste prestatie in mijn carrière”, sprak hij. “De impact was en is nog steeds zeer groot. Het was een parcours dat me eigenlijk niet echt lag, maar alle puzzelstukken vielen die dag in elkaar en ik pakte het goud. Het spreekt voor zich dat ik die Spelen graag nog eens wil beleven en dus wil ik er graag in Tokio weer bij zijn. Het is een event dat slechts om de vier jaar plaatsvindt, het is uniek en speciaal, een droom als topsporter ook.”

Al beseft hij dat het parcours opnieuw niet op zijn maat is met 234 km, tussen de 4.300 en 4.865 hoogtemeters en een steile klim op 30 km van het eind, 6,5 km aan 10,6 procent. “Het is geen parcours dat ik zelf zou uittekenen”, lachte hij. “Het is ‘limiet’, maar dat was Rio ook en daar lukte het wel. Je moet je niet vooraf al gewonnen geven. In Rio waren er drie lastige beklimmingen, nu in Tokio is die ene op het eind echt zwaar. In Rio had je ook nog even een rustpunt in die klim, kon je wat recupereren, dat lijkt in Tokio niet het geval. Nu goed, dat kan je niet veranderen. Zaak is wel dat het om een lange wedstrijd gaat, een koers met een peloton van slechts 130 man en kleine ploegen, dus een wedstrijd die moeilijk te controleren valt. Op het einde schieten dan alleen de kopmannen over en dan maken wij als Belgen zeker een kans. Hoe dan ook, het zal een degelijke planning en voorbereiding vragen om er in topconditie aan de start te staan.”

© Photo News

De Tour eindigt op 19 juli, de wegrit is op 25 juli. “Het is nog ver natuurlijk”, zegt hij. “Dus heel wat moet nog gepland worden. Vorige keer zaten er twee weken tussen beide events. Dus inderdaad, als je op zondag om 22u nog op de Champs-Elysées rijdt, kan je niet in de beste conditie, zeker met dat uurverschil, de jetlag en de weersomstandigheden, in Tokio op zaterdag aan de start staan. Maar ik rijd wel bij een ploeg die me het ganse jaar betaalt en ik ben de kopman van dat team. De Tour niet rijden of vroeger stoppen: het is geen evidente keuze. Ik ben al ooit eens vroeger naar huis gegaan in de Tour (voor de geboorte van dochter Fleur, in 2015), ik weet niet of ik dat nog eens kan doen”, eindigde hij met een grapje. “Het is nog veraf, ik ben daar nu nog niet mee bezig, dat zien we dan later wel.”

-

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer