Direct naar artikelinhoud
ColumnDe tafel plakt

Teenslippers, het soort plastic ongein dat je eraan herinnert hoelang je ook alweer geen seks hebt gehad

Tafel plakt 28/06Beeld Katrin Swartenbroux

Katrin Swartenbroux luistert gesprekken af op een Belgisch terras

“Putain, gij ziet er weer zo fucking goed uit vandaag.”

“Nee maar serieus en gij dan, ik zag u al shinen van ver.”

“Pfoeh, het is hier net duizend graden warmer geworden omdat jullie twee met mij aan tafel zitten.”

Bar Beton, Brussel

Het is een bloedhete zomeravond. Zo’n temperatuur waarbij je armen even kleverig aanvoelen als de met zweet- en bierkringen versierde tafel voor je. Waar lege glazen de akoestiek versterken en harde woorden dempen, zodat conversaties altijd de juiste flow lijken te hebben. Een frisse bries voelt als een schaterlach, en omgekeerd. De meisjes aan de tafel naast me hebben open, ogenschijnlijk make-uploze gezichten die oplichten wanneer ze elkaar begroeten of een sigaret opsteken. Een van hen draagt teenslippers van dat bekende Braziliaanse merk, het soort plastic ongein dat ongemakkelijk tegen je hielen kletst en je eraan herinnert hoelang je ook alweer geen seks hebt gehad. En hoe je op dit soort schoeisel ook niet snel zult scoren.

Haar zal het vast worst wezen, want haar gezelschap heeft zonet een minutenlang betoog afgestoken over hoe goed de kleur van haar topje haar teint doet uitkomen, zelfs in het schemerdonker. Wie heeft er bedpartners nodig met zulke buddy’s? Ik hef mijn benen op en voel de plasjes zweet aan mijn knieholtes ontsnappen en over mijn kuiten rollen. Als ik hier vanavond had gezeten met een vriendin in plaats van met een Tinderdate, had ik vast een compliment gekregen over mijn muggenbeten.

Teenslippers, het soort plastic ongein dat je eraan herinnert hoelang je ook alweer geen seks hebt gehad
Beeld rv

Ik weet niet wanneer het precies begonnen is. In wiens salon de revolutie bedisseld werd. Maar ik weet wel dat ze zich als een lopend vuurtje verspreidt via de vlammetjes-emoji op mijn sociale media. Het lijkt alsof vrouwen collectief beslist hebben dat ze voor hun vriendinnen het vriendje willen zijn dat ze verdienen. Of het vriendinnetje, zo je wilt. Het zijn altijd zij, en niet mijn lief, die haast overdreven enthousiast op mijn selfies reageren. Die me soep brengen wanneer ik ziek ben of zonnebloemen omdat ze aan me denken. Die me zullen zeggen dat ik lipstick op mijn tanden heb voor ik de deur uitga, en vragen hoe mijn dag was wanneer ik thuiskom.

Dat is niet omdat ik goede vriendinnen heb, dat is omdat vrouwen gewoon goede vriendinnen zíjn. Ondanks wat stereotyperingen ons willen wijsmaken. De persoon die beslist heeft dat vrouwelijke interactie in populaire cultuur steevast gepaard moet gaan met rivaliteit, catfights en een achterlijke hoeveelheid rosé, is voor mij een vleesgeworden argument voor de invoering van postnatale abortus, samen met Las Vegas-massamoordenaar Stephen Paddock en de uitvinder van de plak-beha.

Vrouwen verdienen beter dan de series, films en boeken die hun band willen ontrafelen. Ze verdienen alle lof, liefde en zorg die ze zelf uitdelen. En af en toe een shotje tequila van het huis. De meisjes gooien in stereo hun hoofd in hun nek terwijl mijn date zijn handen afveegt aan zijn jeansbroek. Hij staat op en mompelt iets over vroeg opstaan en niet kunnen slapen in dit warme weer. “Gij geraakt wel thuis zeker?” Ik knik en sms een vriendin welke trein ik ga nemen. “Oké, stuur me wanneer ge veilig thuis zijt, schoonheid.”