Direct naar artikelinhoud
Toelatingsexamen

Privécursus van duizenden euro’s moet studenten voorbereiden op toelatingsexamen arts

Een vorige editie van het toelatingsexamen in Brussels Expo: slechts een op de vijf zal slagen.Beeld Belga

Morgen wagen duizenden scholieren hun kans om dokter te worden. Of toch om zich door stap één heen te spartelen: het toelatingsexamen. Velen van hen hebben er een jaar bijles op zitten, wat vaak duizenden euro's kost. Maar helpt dat ook? 

“Ik kwam vorig jaar net een puntje tekort voor het wetenschapsdeel”, zegt de 18-jarige Lisa De Smedt, die zich druk aan het voorbereiden is voor het artsenexamen. Na een jaar biomedische wetenschappen wil ze opnieuw proberen aan de studie geneeskunde te beginnen. “Ik ben nu een heel jaar met het examen bezig geweest. In de paasvakantie heb ik de vragen van de voorgaande examens gemaakt. En de laatste tien dagen heb ik alle leerstof nog eens herhaald en de examenvragen opgelost met een timer erbij. Om zo echt goed getraind te zijn.” 

De Smedt is een van de vlijtige blokkers die morgen het toelatingsexamen voor geneeskunde zal afleggen. Uiteindelijk hebben 6.052 studenten zich ingeschreven voor de toelatingsproef. Maar 1.153 van hen zal de Vlaamse overheid laten starten. Een gelijkaardig verhaal bij het toelatingsexamen tandarts, dat woensdag plaatsvindt. Daar zijn er bijna 1.300 kandidaten voor 147 plaatsen. 

Bijles

De concurrentie is dus enorm. Een aantal van de kandidaat-geneeskundestudenten is net als Lisa De Smedt gaan aankloppen bij studiebureaus die gespecialiseerde bijleshulp aanbieden voor het examen. De proef peilt naar de kennis van wiskunde en wetenschappen, een ander deel van het examen gaat dan weer in op vaardigheden als communiceren en begrijpend lezen.

Een van die studiebureaus is Rebus, dat in Leuven en Kortrijk studenten begeleidt die dromen van een doktersdiploma. Volgens de cijfers die het bureau op zijn site publiceert, haalden vorig jaar 77 procent van de Rebus-studenten hun toelatingsproef voor arts of tandarts. Het jaar ervoor was dat 74 procent. Maar een heel jaar begeleiding is ook best prijzig: gaande van 550 euro tot 2.700 euro voor het volledige pakket. 

“De studenten kunnen zelf kiezen welke lessen je volgt”, zegt voorzitter Jan Bruwier. “We peilen eerst naar wat nodig is, zodat ze een serieuze kans maken. We spreken toch van een driehonderd uur aan voorbereidingstijd. We weten dat dat niet altijd evident is, maar dat moet je toch wel kunnen opbrengen”  

Ook bij De Limiet, dat in Oost-Vlaanderen begeleiding aanbiedt, klinkt het dat er “op maat” gewerkt wordt. Daar kost een bijles per uur 41 euro. “De lessen worden gegeven door vakspecialisten”, zegt zaakvoerder Philippe De Winne. “Het is logisch dat de kostprijs hoog is, dit is voor de individuele begeleiding. We hebben daarnaast ook regelmatig intensieve groepslessen.” 

Met de hoge prijs voor de bijlessen komt een oud zeer van de artsenopleiding bovendrijven: is die niet te veel gericht op de happy few, die al over een goede achtergrond beschikken? In 2016 formuleerde de Vlaamse Onderwijsraad (Vlor) ook al de bedenking dat financiële drempels de toegang afremmen. En een VUB-onderzoek, gepubliceerd in 2015, stelde voor beide examens vast dat de deelnemers voornamelijk uit hoogopgeleide milieus komen. Bij 22 procent was trouwens minstens een van de ouders al (tand)arts. 

Over het examen zelf is ook nog een en ander te vertellen. Zo klopt het dat de kans om te slagen in vergelijking met de jaren 90 kleiner is. Kon toen ongeveer de helft van de kandidaten door naar de opleiding, dan is dat nu nog minder dan een op de vijf. Anderzijds zijn er nu wel een pak meer kandidaat-artsen die deelnemen dan vroeger. In de eerste jaren was dat maar een duizendtal studenten. “Door de jaren heen is het aantal deelnemers gestegen”, zegt Jan Eggermont, voorzitter van de examencommissie. “Maar het aantal plaatsen is niet in dezelfde verhouding toegenomen. Daardoor is het examen alsmaar pittiger.”

Kansengroepen

Bijlesbureaus zijn zeker niet de enige optie die studenten hebben om zich voor te bereiden op de test. Ook de universiteiten bieden de mogelijkheid aan. Bij de KU Leuven kost deelname aan workshops en online cursussen 120 euro. De prijzen voor lessenpakketten door de bijlesbureaus liggen dus veel hoger dan wat de universiteiten vragen. “Het klopt inderdaad dat er in het commerciële circuit behoorlijke sommen neergeteld worden”, zegt Eggermont. “Of die studenten ook een betere kans maken, kunnen we niet zeggen omdat we daar geen goede cijfers over hebben.” 

Eggermont wijst er wel op dat verschillende universiteiten initiatieven hebben die zich specifiek op kansengroepen richten. Bovendien heeft de Vlaamse overheid dit jaar ook geïnvesteerd in het platform Usolve-it. Dat project is in december door onderwijsminister Hilde Crevits (CD&V) voorgesteld, met het idee om de voorbereiding op het examen toegankelijker te maken. 

Wie zich inschrijft voor het examen, heeft meteen toegang tot dat platform en kan daar onder meer de oplossingen van de vorige examens vinden en goede ‘antwoordstrategieën’. Zelfs oefeningen uit wiskunde- en natuurwetenschappenolympiades staan erop. 

Of de artsenopleiding ooit een perfecte spiegel van de samenleving wordt, is voor Eggermont een open vraag. “100 procent proportioneel met de samenstelling van de maatschappij zal het waarschijnlijk nooit worden”, zegt de voorzitter. “Maar het is natuurlijk wel nodig om zoveel mogelijk verschillende groepen in de gezondheidszorg te betrekken.”