Het startte vorige week in China. Daar werd een hele limited-editionlijn uit de handel gehaald. Nike gaf geen verdere uitleg, maar het sociale mediaplatform Instagram deed zijn werk. Daarop circuleerde blijkbaar een foto van Jun Takahashi, de Japanse ontwerper van de lijn, die in Hong Kong deelnam aan een prodemocratische massademonstratie. Een stap te ver voor de Chinese verdelers, die besloten de schoenen niet te lanceren.

Nu heeft dus ook de VS zijn controversiële Nike-paar. De Air Max 1 Quick Strike Fourth of July had vandaag in de etalages moeten prijken, als ode aan de Amerikaanse onafhankelijkheid. Dat was echter buiten Colin Kaepernick gerekend. De voormalige American-footballspeler verwierf wereldwijd naam nadat hij in 2016 niet rechtstond, maar knielde tijdens het spelen van de Amerikaanse hymne. Uit protest tegen politiegeweld en rassendiscriminatie.

Kaepernicks actie kreeg destijds navolging, ook van Nike. Dat bracht vorig jaar een poster uit waarop Kaepernick zijn publiek indringend aankijkt. De slogan: ‘Geloof in iets. Zelfs als je daarvoor alles moet opofferen’, had geen verdere uitleg nodig.

Deze week heeft Nike zich volgens Kaepernick echter verslikt in het design van zijn schoenen voor de 4th of July. Daarop prijkt immers de Betsy Ross Flag, de voorloper van de huidige Amerikaanse vlag. Het ontwerp dateert uit de Amerikaanse revolutie. De vlag bevat slechts dertien sterren, die staan voor evenveel toenmalige kolonies. Volgens de Wall Street Journal wees Kaepernick Nike op het feit dat het ontwerp naar een tijd van slavernij verwijst.

Zijn publiek weet dat Nike niet om een politiek statement verlegen zit. Maar, liever niet zonder basiscursus geschiedenis.