We staan minder in de file (want rijden meer met de fiets)

Vooraleer u zich in uw koffie verslikt: jazeker, er staan nog steeds een pak files op onze wegen. Het is niet dat deze weggesmolten zijn als sneeuw voor de zon. Maar er lijkt een kentering te zitten in de almaar stijgende lijn van de vooral structurele files. De eerste zes maanden van 2019 tonen een daling van de zogeheten filelengte tegenover 2018. In de filebarometer wordt opgenomen hoeveel uur we in totaal in de file stonden, per filelengte. Zo was er in de eerste zes maanden van dit jaar bijvoorbeeld in totaal 790,1 uur 100 kilometer file op de weg. In de eerste helft van 2018 ging het nog om 848,3 uur. 

Voor een goed begrip moeten we volgens Touring twee soorten files onderscheiden: structurele en uitzonderlijke files. “Structurele files zijn tussen de 100 km tot 250 km lang en komen bijna dagelijks terug tijdens de ochtend- en avondspits als gevolg van woon- werkverkeer, verplaatsingen naar school en vrachtverkeer”, duidt woordvoerder Danny Smagghe. Enkel tijdens het weekend en op feestdagen wordt de ondergrens van 100 km niet overschreden. De uitzonderlijke files zijn files waarbij de filelengte meer dan 300 km bedraagt. “De oorzaken zijn veelal gerelateerd aan het weer, maar ook door onvoorziene omstandigheden zoals ongevallen of wegversperringen of nog op specifieke dagen - denk aan de vakantie-uittocht - kunnen deze files voorkomen.”

Hoewel er nog steeds een duidelijke saturatie van het wegennet merkbaar is, zijn de files nu voor het eerst in jaren gedaald, aldus Touring. Zijn we het dan toch stilaan beu om in de rij te staan en gaan we op zoek naar alternatieven om ons te verplaatsen? “Het kan”, zegt Danny Smagghe, “maar de daling is nog te klein om nu al van een modal shift te kunnen spreken.” Al kunnen we toch voorzichtig van een trendbreuk spreken, want ook tijdens de daluren zijn de files verminderd, terwijl deze tot vorig jaar stelselmatig bleven toenemen.

Volgens Touring kan de daling te danken zijn aan de zachte weersomstandigheden in het voorjaar, dat mogelijk gepaard gaat met het begin van een mentaliteitswijziging waarbij men meer kiest voor alternatieve vervoermiddelen. “Zo valt het niet te ontkennen dat meer en meer mensen voor de fiets of de motor kiezen om de files te ontwijken”, aldus Smagghe.

‘Tweewielers in de lift’

Dat de verkoop van tweewielers in de lift zit, klopt alvast, al is het beeld diffuus. In de periode januari tot en met juni 2019 zijn er in ons land 15.482 nieuwe motoren en scooters ingeschreven. Dat zijn er 234 méér dan in dezelfde periode vorig jaar en dat komt neer op een stijging met 1,5 procent. Dat blijkt uit cijfers van Febiac (de Belgische en Luxemburgse Federatie van de Automobiel- en Tweewielerindustrie). Dat percentage ligt wel onder de evolutie van de laatste jaren. In juni daalde het aantal inschrijvingen zelfs met 10 procent. In de maanden daarvoor was er wel steeds sprake van een stijging. Wat de oorzaak van die daling in juni betreft, tast men voorlopig in het duister.

De snelle elektrische fietsen moeten als bromfiets klasse B ingeschreven worden en de groeicijfers voor die merken zijn enorm. Het totaal steeg in de eerste zes maanden met liefst 83,7 procent, zo blijkt uit de jongste cijfers van Febiac. Ook uit de cijfers van de fietsvergoedingen is die stijging goed merkbaar. In 2018 bedroeg dat bedrag al 2,9 miljoen euro, een verdubbeling ten opzichte van 2010. De Vlaamse regering besliste op 1 maart 2019 de fietsvergoeding voor het woon-werkverkeer ook toe te kennen voor de speed pedelec.

“20 procent van de werknemers werkt op minder dan 15 kilometer van de woonplaats. Dat is met de fiets perfect te overbruggen”, klinkt het bij KBC Autolease. Dat zag het aantal leasingfietsen op anderhalf jaar tijd exploderen van 1.600 naar 10.000, schrijft Het Nieuwsblad. Ook het aantal abonnementen voor fietsbijstand bij VAB kende op één jaar net geen verviervoudiging.