‘Het spijt mij, maar schrijf maar op dat jouw snuivende lezers bloed aan hun handen hebben’
De scherpste analyse van de Amerikaanse war on drugs en de meest genadeloze filering van Donald Trumps beleid vind je niet in de Democratische verkiezingsfolders, maar wel in De grens, het derde deel van Don Winslows karteltrilogie en dé misdaadroman van het jaar. ‘Trumps muur zou de drugskartels alleen maar rijker maken.’
Op het schutblad van Don Winslows nieuwe, caleidoscopische roman over drugsbaronnen, dealers, verslaafden en misdaadbestrijders mag dan wel geschreven staan dat elke gelijkenis met bestaande personen berust op toeval, een goede verstaander (en zelfs een geheel ongeletterde verstaander) begrijpt meteen wie de corrupte president is die in De grens Winslows hoofdpersonage, DEA-directeur Art Keller, het leven zuur maakt.
U stemt vast niet op Donald Trump in 2020.
“You think? Luister, hij is precies wat we dachten dat hij was: een complete ramp. Ik kant me heel erg tegen zijn beleid én tegen zijn persoon. Hij vertegenwoordigt niet het land dat we zouden kunnen en moeten zijn.”
In België zullen zulke uitspraken u niet veel lezers kosten, maar…
“… in Amerika wellicht wel. Mensen denken vaak dat ik door mijn boeken vooral last zou krijgen met de kartels, en dat is ook al gebeurd, maar de meeste haat komt toch van rechtse Trump-aanhangers die me niet lusten. Ze zijn ook erg actief op sociale media, ze schrijven negatieve reviews op Amazon en sommigen komen zelfs naar mijn lezingen om dan halverwege ostentatief de zaal te verlaten.
“Anderzijds mogen we niet alle conservatieven het Trump-brandmerk geven. Wanneer ik met dit boek over drugs, migratie en criminaliteit het land afreis, kan ik vaak ook goede, open debatten voeren over de hervorming van het gevangeniswezen en immigratie.”
Onlangs heb je Trump zelfs uitgedaagd voor een debat over de muur.
(lacht) “Ja, maar gek genoeg heeft hij mijn uitnodiging nog niet aanvaard. Nee, serieus, ik denk niet dat de president weet wie ik ben. En het is wel duidelijk dat hij mijn boeken nog niet gelezen heeft. Of dat niemand ze hem voorgelezen heeft. De dingen die hij uitkraamt, zijn eenvoudigweg niet waar. De regering-Trump blijft maar het woord invasie gebruiken. Er is geen invasie. Er zijn geen troepen die gewapenderhand de grens oversteken. Het zijn vooral wanhopige mensen. Iemand moet hem eens op de feiten, de cijfers en de geschiedenis wijzen. Tonen waarom de muur niet kán werken.”
Waarom is die muur zo’n slecht idee?
“Hoeveel tijd heb je? Hier is de simpele versie: meer dan 90 procent van de illegale drugs die via Mexico in Amerika belandt, komt binnen via officiële grensovergangen. Er zijn er 52 langs de landsgrens, maar slechts drie daarvan zijn echt belangrijk. Dat zijn de drukste commerciële grensovergangen in het westelijk halfrond. Daar passeert dagelijks voor miljarden aan goederen. De meeste drugs komen dus door poorten die toch open zouden staan, of er nu een muur staat of niet. In El Paso in Texas passeert elke vijftien seconden een zware vrachtwagen. Dat zijn vijfduizend grote vrachten per dag. Er is geen enkele manier waarop je zelfs maar een kleine fractie effectief zou kunnen controleren zonder het handelsverkeer tussen beide landen compleet stil te leggen. En dat zijn geen cijfers die ik verzin, hè, ze komen van de Drug Enforcement Administration.”
Maar zelfs als zo’n muur maar 10 procent van alle drugs tegenhoudt, dan kunnen we toch al van een klein succes spreken?
“Nee, want de 10 procent die nu via de woestijn gaat, zit bij de kleine garnalen, niet bij de grote kartels. Als de muur gebouwd zou worden, en als ze echt ondoordringbaar zou zijn, dan zou ze die kleine spelers dus gewoon in de handen van de grote kartels duwen. Zij zouden dan een taks kunnen vragen voor het gebruik van de grote grensovergangen die ze controleren. Trumps muur zou de drugskartels dus alleen maar rijker maken.”
Oké, maar als de muur geen drugs tegenhoudt, dan toch minstens immigranten?
“Ook de grote meerderheid van de mensen zonder papieren komen via de officiële grensovergangen binnen. Dus ook daarvoor zou de muur irrelevant zijn. Niet ver van waar ik woon, staat al sinds de vroege jaren 90 een grensmuur van 74 kilometer. Wat is het resultaat? Tijdens de hoogdagen van de ‘illegale immigratie’, een term waar ik sowieso twijfels bij heb, heeft die muur mensen gedwongen om via de bergen en de woestijnen de grens over te steken. Dat heeft in twaalf jaar tijd het leven gekost aan elfduizend mensen. Tot een paar maanden geleden was immigratie uit het zuiden overigens op zijn laagste niveau ooit. Nu zijn er opnieuw immigranten die uit Centraal-Amerika komen om het geweld te ontvluchten dat gecreëerd werd door de Amerikaanse en Europese vraag naar drugs.”
U zegt vaak dat het Mexicaanse drugsprobleem eigenlijk een Amerikaans probleem is.
“Natuurlijk! Wíj zijn de consumenten. Wíj sturen tientallen miljarden dollars per jaar naar gewelddadige psychopaten die de Mexicaanse overheid en maatschappij hebben ontregeld. Wíj zijn verantwoordelijk, maar Mexico betaalt de prijs in bloed. Stel je de respons eens voor als Mexicanen 60 miljard dollar per jaar naar Amerika zouden sturen om hier gewapende terroristen te sponsoren. We zouden al aan het bombarderen zijn. Maar het is precies wat wij doen in Mexico en Centraal-Amerika.
“Europa gaat trouwens ook niet vrijuit. Het wordt een steeds grotere markt voor de kartels omdat ze er nóg beter verdienen aan hetzelfde product. Coke en heroïne kosten 40 tot 60 procent meer in Europa dan in de Verenigde Staten. Waarom denk je dat ze zoveel drugs naar de haven van Antwerpen sturen? Het is gewoon very good business.”
Gelukkig is de Antwerpse burgemeester Bart De Wever net zijn eigen war on drugs begonnen.
“Wel, hij zal hem niet winnen. Je kunt het drugsprobleem onmogelijk indammen langs de aanleveringszijde. It can’t be done! Je kunt alleen de vraag proberen te beïnvloeden. Zolang er mensen zijn die drugs willen, zullen er mensen zijn die het verkopen.
“Het taalgebruik is hier ook niet onbelangrijk. Als je iets vanaf het begin een oorlog noemt, dan heb je het probleem al meteen gemilitariseerd. Het is géén militair probleem, het is zelfs geen kwestie van wetshandhaving. Het is een volksgezondheidsprobleem en zo moet het ook behandeld worden. Een land als België heeft wellicht ook meer middelen om het probleem op een sociaal niveau aan te pakken. Jullie hoeven niet naar Amerika te kijken voor de oplossing.”
De kritiek is nu vooral dat we te veel op de kleine garnalen jagen, terwijl we de kopstukken zouden moeten viseren.
“Aha, de kingpin-strategie! Die passen wij al jaren toe, en guess what, ze werkt niet. Omdat het om te veel geld gaat. Het enige wat je doet door kopstukken te viseren, is werkgelegenheid creëren. En jammer genoeg zijn het jobs waarvoor gemoord wordt. Het is een draaideur. Er staat altijd iemand klaar om de vrijgekomen positie in te nemen. Daarom zijn het ook vaak bendeleiders zelf die de politie tips geven. Zo schakelen ze gewoon hun concurrenten uit.”
Bart De Wever kreeg onlangs heel wat kritiek te slikken omdat hij de verantwoordelijkheid in de schoenen van de gebruikers schoof, de zogenoemde ‘yogasnuivers’.
“Daar moet ik hem wel in volgen. Het spijt mij, maar schrijf maar op dat je snuivende lezers bloed aan hun handen hebben. Ze steunen gewelddadige psychopaten die moorden, martelen en verkrachten. Je kunt niet op vrijdag de straat opgaan voor meer fairtradeproducten en dan op zaterdag doodleuk een lijntje zetten. De hypocrisie van die neohippies is hemeltergend! Ik ga helemaal akkoord met De Wever. Absoluut. De recreatieve gebruikers zijn erger dan de verslaafden, want die hebben in zekere zin geen keus.
“Dat gezegd zijnde, ben ik voor de legalisering van drugs, maar zolang ze illegaal zijn, kun je ze niet gebruiken zonder moordenaars en verkrachters te steunen.”
U bent vóór de legalisering van drugs? Ook van harddrugs?
“Ik ben voor de legalisering van álle drugs. Ik vind niet dat de overheid mag bepalen wat een volwassen persoon wel of niet mag innemen. Punt uit. Dat is de filosofische kant van de zaak. Maar de praktische kant is nog veel belangrijker. Het enige wat een drugsverbod doet, is psychopaten rijk maken. Als je iets criminaliseert, of het nu marihuana of appelsap is, dan duw je het in de handen van criminelen. En als een bepaald product alleen door criminelen verhandeld wordt, dan sluit je de rechtbanken uit. Daar kunnen zij met hun geschillen immers niet terecht. Hun enige oplossing is geweld, en vroeg of laat staan de gewelddadigsten dan aan de top. Dat is onvermijdelijk. We zagen het tijdens de drooglegging met de maffia en we zien het nu met de Mexicaanse kartels. De gewelddadigste mensen hebben zich een weg naar de top gemarteld. Met tweehonderdduizend doden tot gevolg. En dat allemaal omdat drugs illegaal zijn. Zie jij wijnmakers elkaar met machinegeweren afslachten op straat? Nee. Sigarettenmakers ook niet, hoewel het een veel dodelijkere drug is. Als zij een dispuut hebben, gaan ze gewoon naar de rechtbank.
“Uiteindelijk draait het allemaal om winstmarges. Zodra iets illegaal wordt, wordt het tegelijkertijd enorm winstgevend. Er is geen andere industrie die even winstgevend is als de drugshandel. Legaliseren zou een enorme portie van die winst, en dus de motivatie, wegnemen. Daarom ben ik voor algehele legalisering.”
Maar de Amerikaanse opioïdencrisis is wel met legale drugs begonnen: de zware pijnstillers die farmareuzen op de markt hebben gebracht.
“Klopt, dat is extreem cynisch en wraakroepend. De kartels hebben die situatie bekeken en zagen een markt die ze makkelijk konden ondergraven. Ze hebben gewoon een heel zakelijke beslissing genomen door hun product iets goedkoper en iets sterker te maken dan wat de dokters aanboden. De mensen waren door de farmareuzen toch al verslaafd gemaakt. Ze zijn gewoon overgestapt op heroïne omdat ze dat wél nog konden betalen.”
Als het allemaal om winstmarges en zakelijke beslissingen draait, is het kapitalisme dan niet het echte probleem?
“Het is zeker een deel van het probleem. De economische logica van de kartels is precies dezelfde als die van grote bedrijven. Een kapitalistische maatschappij is een eenzame maatschappij. We zijn voortdurend spullen en geld aan het verwerven en verliezen daarbij elkaar uit het oog. Hoe meer technologie we bedenken om met elkaar te communiceren, hoe minder we het doen. Dat heeft zijn effect gehad. Dat is een deel van het opioïdenprobleem. Mensen zijn eenzaam en geïsoleerd, ze voelen zich achtergelaten door het kapitalistische vooruitgangsdenken.”
En intussen is ook drugsbestrijding een miljardenbusiness geworden. Is er nog wel genoeg politieke wil om het drugsprobleem op te lossen?
“Er zijn meer drugs dan ooit tevoren, ze zijn sterker en beschikbaarder dan ooit, en meer en meer mensen sterven eraan. Dus wat we aan het doen zijn, werkt niet.
“Praktisch gezien moeten we misschien stilaan iets anders gaan proberen, maar er is tegenstand op verschillende niveaus en één daarvan is zeker zakelijk. Het Amerikaanse gevangeniswezen is geprivatiseerd. Hoe meer mensen ze opsluiten, hoe meer winst ze maken. Drugsbestrijding creëert jobs en welvaart. Maar ik reis regelmatig door het land om erover te praten, en ik zie een vloedgolf ontstaan van mensen die vinden dat hervormingen nodig zijn. En die zullen niet van bovenaf opgelegd worden, maar van onderuit ontstaan. Logisch, want het zijn de politiecommissarissen en burgemeesters die dagelijks praktische oplossingen moeten vinden voor de overbevolkte cellen in hun gevangenissen en voor de doden in hun straten. Zij komen dus stilaan met pragmatischere oplossingen die tegen de stroom van de war on drugs ingaan.”
Welke oplossingen zou u de burgemeester van Antwerpen nog aanraden voor het drugsprobleem in zijn stad?
“De geschiedenis leert dat een kopstukkenstrategie en een gemilitariseerde ordehandhaving niet werken. Wat wél lijkt te werken is de volksgezondheidsaanpak. Nogmaals, je moet niet het aanbod, maar de vraag proberen te beïnvloeden. Drugs zijn altijd een antwoord op pijn. We moeten ons als maatschappij afvragen waar die pijn vandaan komt, anders zal het probleem nooit weggaan.”
©Humo