Langs getto's vol gesloten rolluiken: we zochten de heetste plek van het land

“Al tijd voor een rondje?” Op weerwoord.be, een Nederlandstalig forum waar tientallen amateur-meteorologen de voorbije dagen helemaal loos gaan op de voorspelde hitterecords, is het intussen een bekend fenomeen: elk uur start iemand, vaak ene Wouter uit Heist-aan-Zee, een nieuw draadje, waarna de lokale meetresultaten in de cloud worden gesmeten. 

Er klinkt wat aarzeling. “Ongeveer 1°C achter op gisteren”, zegt Stijn uit Alken. Zijn meting geeft 27,1 graden Celsius aan. Het is 9 uur ’s ochtends.

Als records sneuvelen, weet je meestal waar dat gaat gebeuren. Ergens aan een witte streep of onder de hamer van de veilingmeester. Vandaag is dat anders. De grens van de 40 graden Celsius, en dus opnieuw een hitterecord, moet er naar alle verwachtingen aan geloven in ons land, maar waar precies, is een raadsel als je ’s ochtends de verschillende weermodellen bekijkt. 

Bestemming Geel

HIRLAM – op woensdag vrij accuraat – wijst met een rondje ‘41' naar de Antwerpse Kempen, COSMO kijkt opnieuw naar Kleine-Brogel – waar ook de gokbrigade op weerwoord.be op tipt – terwijl ALARO eerder denkt dat het Moeskroen wordt. Zoek het maar uit, dat warmste plekje.

Dan maar met de minst verstandige vraag in tijden van code rood richting de instelling met het meeste verstand van zaken. “Waar heb ik de grootste kans om vandaag het warmste punt van België aan te treffen?” 

De persman van het KMI stuurt de vraag door naar “de voorspellers” in het weerstation. Die hebben door de drukte geen tijd om een kaartje uit hun glazen bol te trekken, maar bevestigen: de Kempen zien er voorlopig in topvorm uit. 

Sluierwolken of een warmteonweer zouden roet in het eten kunnen gooien, maar we wagen het erop. Bestemming: Geel. The heat is on.

Café ’t Bakhuis

Om 11.45 uur – het station van Geel is nog lang niet in zicht – komt de tweet van KMI-weerman David Dehenauw door. “Nieuw nationaal record: Angleur (Luik), 40,2 graden.” Het resultaat dateert van woensdag. Voor de ‘magische grens’ zijn we dus eigenlijk al een dag te laat.

“Ach, magische grens. We zijn er vet mee”, klinkt het op het terras van ’t Bakhuis in Geel – van een toepasselijke naam gesproken. Mensen kruipen er diep weg in de schaduw van kerk en parasols, en het echte bakken moet dan nog komen. 

Op het marktplein hetzelfde verhaal: lege terrasjes, en de weinige passanten maken een kleine bocht om de voeten toch even aan de fonteintjes te verfrissen of sleuren 6x1,5 liter water richting thuisfront. “Zonder overleef ik dit niet, de zon zit vlak op het raam van mijn kot”, zucht Glenn Van Thillo, student bouw. De herexamens zijn nog ver, maar het zweet parelt al in dikke druppels van zijn voorhoofd.

Het is een bevreemdend zicht: een zonovergoten stad op een zomerdag waar geen kat is komen opdagen. De Kempenaars hebben het advies van Frank Deboosere ter harte genomen. Tien kilometer langs een prachtig stukje van het Vlaamse fietsnet levert maar één noemenswaardige vaststelling op: alle rolluiken zijn dicht.

Best lekker

Langs het kanaal geen fietsers, geen brugspringers – zelfs voor belhamels is deze dag te doef – en één enkele visser die zijn begroetende arm amper de lucht in krijgt. “’t Is hier dood, jong. Alleen die van het leger heb ik al buiten gezien”, zegt Johan, die sas 7 bedient. 

Het gelijknamige café sluit om 14 uur de deuren wegens “toch geen klanten”, en zelfs de boeren leggen unisono het werk neer. “Vanaf 18 uur doen we pas verder”, zegt aardbeienteler Anne-Marie Blocks. “Wat ik nu doe? Nikske, nikske, nikske.”

De leuze van Geel mag dan ‘je komt er en je blijft er’ zijn, de plicht roept. In Mol is een 39,7 gesignaleerd volgens weerwoord.be, en de bomvolle parking van het Zilvermeer lijkt dat te bevestigen. In het recreatiedomein zijn het gouden dagen voor gauwdieven: iedereen zit in het water. 

“De voorbije vijf uur zijn we er enkel uit gegaan om iets te eten”, zegt de familie Spronck. Een 90-jarige vrouw kijkt goedkeurend toe vanuit een strandstoel in de schaduw van de bomen. Euhm, code rood? “Ik heb me al 100 keer verzet om zonnestralen te mijden, maar anders is het hier best lekker.” Ze komt uit Eindhoven. Daar is het ook heet.

48 graden

Er is gewoon geen ontkomen aan. Semmerzake en Diepenbeek zijn 150 kilometer van elkaar verwijderd, maar tekenen rond 16 uur allebei 40,2°C op. De kampioen lijkt weer Kleine-Brogel te gaan worden met 40,6°C, maar dichter dan tot bij twee stugge soldaten komen we niet bij dat meetpunt. 

Het tankstation in het centrum geeft 41 graden aan. Maar het allerwarmste punt? “Dat is mijn achtertuin!”, zegt inwoner Marianne Geerlings stellig. Ze toont een foto op haar smartphone, de teller van haar thermometer staat op 48. “Mijn twaalf hondjes staan allemaal in de living aan de ventilator.”

“Tja, zo’n hitterecord, kun je daar als inwoner trots op zijn? Daarvoor lijken de consequenties me net iets te ernstig”, zegt Geerlings. Haar blik verstart een beetje terwijl ze de woorden uitspreekt. Haar schoonbroer is in de nacht van woensdag op donderdag overleden. “Zestig jaar. Dood teruggevonden in bed. Hij heeft nooit goed tegen de hitte gekund.” 

Dat het West-Vlaamse Beitem de dag afsluit met het record – 40,7°C – is plots maar een voetnoot.