Direct naar artikelinhoud
Connu/onbekendChristine Mahy

‘Meer en meer gepensioneerden en landbouwers raken in de rats’: Christine Mahy knokt tegen Waalse armoede

Christine Mahy.Beeld Wouter Van Vooren

Knokken tegen de toenemende Waalse armoede, dat is het levenswerk van Christine Mahy. Ze werd er in 2018 voor gelauwerd met een Luiks eredoctoraat. ‘Hoog tijd voor structurele ingrepen zoals een fiscale herverdeling en sociale gelijkheid.’

Nee, het is geen vrolijk stemmend plaatje dat Christine Mahy (°1960) schetst van haar geliefde Wallonië. “Achttien procent van de Waalse bevolking leeft onder de officiële armoedegrens. En als je alle parameters meerekent, zoals materiële achterstelling en gebrek aan mobiliteit, dan kom je makkelijk op 25 procent uit.” 

Mahy debiteert de cijfers op een bedaarde toon. Aan alarmisme bezondigt ze zich niet, wel aan het consequent en militant uitdragen van haar glasheldere boodschap. “Armoede, daklozen en ronddolende sans-papiers, dat is een rijk land als België toch compleet onwaardig?”, poneert Mahy. 

Sinds 2011 staat ze aan het roer van het Réseau Wallon de Lutte contre la Pauvreté (RWLP), dat 38 Franstalige armoedeorganisaties groepeert. Dagelijks merkt Mahy hoeveel doorsnee Waalse gezinnen kopje-onder dreigen te gaan. “De armoedeconcentratie is natuurlijk het grootst in de steden en in de vroege staalindustrie- en mijnbouwgebieden, van de Borinage tot het Luikse bassin. Maar ik stel vast dat meer en meer gepensioneerden en landbouwers in landelijke regio’s als de provincie Luxemburg in de rats raken”, zegt Mahy, die zelf in Durbuy woont. 

Christine Mahy: ‘Wist je dat er bij voormalige landbouwers veel depressies en zelfdodingen voorkomen?’Beeld Wouter Van Vooren

“Isolement dreigt, voorzieningen worden afgebouwd, men kan zich niet meer verplaatsen door de dure brandstofprijzen of het slinkende openbaarvervoeraanbod. Ja, in feite dezelfde problematiek als de Franse gilets jaunes. Wist je trouwens dat er bij voormalige landbouwers veel depressies en zelfdodingen voorkomen? In de steden puilen de Restaurants du Coeur dan weer uit, explodeert de voedingshulp, zijn de OCMW’s overbevraagd en worden de gezondheidscentra platgelopen.”

Toch heeft Mahy grote reserves bij liefdadigheid of voedselbanken. “Het is pure symptoombestrijding die de overheid maar al te graag institutionaliseert. Alsof je sparadrap (hechtpleister, red.) op een etterende wonde legt. Natuurlijk moet je elementaire noden lenigen en chapeau voor alle goedmenende vrijwilligers. Maar de hele organisatiestructuur rondom armoede sust ons geweten. We raken eraan gewoon. Wist je dat er tegenwoordig apps bestaan voor daklozen waarmee ze kunnen zien waar te eten of te slapen? En dat er in Charleroi vrachtwagens rondrijden met douchecabines? Prima, vinden sommigen. Maar zo bevestig je wel het beeld dat leven op straat perfect mogelijk is, terwijl we werk moeten maken van structurele huisvesting.” 

Zo komen we bij de fundamenten van Mahy’s eisenpakket, met onder meer gratis onderwijs, goedkopere gezondheidszorg, betaalbare energie- en basisbehoeften, een wijdvertakt openbaar vervoer, hogere basisuitkeringen en gelijke lonen voor man en vrouw.

Over deze thema’s legt Mahy de Waalse politici voortdurend het vuur aan de schenen. “We laten mensen die in armoede leven rechtstreeks in gesprek gaan met politici. Confronterend, ja, maar het maakt indruk. Pas als beleidsmakers deze verhalen uit de eerste hand horen, gaat er een belletje rinkelen.”

Voeten in de modder

Mahy’s stem reikt ver in Wallonië, onder meer als veelgevraagd debater op de RTBF. Ze ontving in 2012 een Chevalier du Mérite wallon en in 2018 een eredoctoraat aan de Luikse universiteit. “Ik heb zelf geen échte armoede gekend in mijn jeugd”, vervolgt Mahy. “Geboren in het Luxemburgse Marloie was mijn vader arbeider, mijn moeder huisvrouw, ikzelf was de jongste van vier meisjes. Soms deed mijn moeder poetswerk om ons gezinsinkomen aan te vullen. Ik zag wel hoe zwaar mijn vader het te verduren kreeg. Hij veranderde vaak van werk, was regelmatig ziek en zijn loon, tja, niet echt florissant.”

“Toen ik mijn studies sociaal assistent in Jemelle aanvatte, begon ik me vragen te stellen. ‘We zijn kleine luiden, we moeten het leven nemen zoals het komt’, ik hoorde het zo vaak thuis. Nederigheid was belangrijk, niemand toonde zich politiek of syndicaal actief. Maar waarom moest de gewone man zich koest houden? Waarom mocht je geen vragen stellen over een rechtvaardiger samenleving?” 

Christine Mahy: ‘Armoede is zelden een individuele verantwoordelijkheid.’Beeld Wouter Van Vooren

Dus ging Mahy met de voeten in de modder staan. “Ik liep stage in een achterstandswijk in Marche-en-Famenne, waar veel Turken woonden. Ik ging van familie naar familie. Praten en vooral luisteren. Ik was gegrepen door hun verhalen over armoede, migratie, exploitatie…” Daar rees haar besef dat je culturele en sociale emancipatie met elkaar moet verbinden. In Marche-en-Famenne startte ze een buurthuis op, later leidde Mahy het sociaal-culturele Luxemburgs project ‘Miroir Vagabond’, om zich vanaf 2006 volledig in de Waalse armoedebeweging te storten.

Geen luiaards

Volgens Mahy wordt armoede vaak van generatie op generatie doorgegeven. “Er hangt zoveel af van het patrimonium of de financiële rugzak die je meekrijgt. We starten allemaal met verschillende snelheden. Dat raakt amper nog rechtgetrokken. Armoede is zelden een individuele verantwoordelijkheid. Neem nu de uit de pan swingende energie- en huurprijzen. In ons land is de hoge huur een extra probleem, want er zijn slechts 7 procent sociale woningen. Dat geeft privé-eigenaars vrij spel. Er valt veel aan te merken op Oostenrijk, maar in Wenen bestaat 70 procent van de woningmarkt wel uit sociale huisvesting.”

Mahy steigert wanneer politici werklozen als ‘luiaards’ of ‘werkonwillig’ afschilderen. “Het is een drogverhaal dat mensen niet willen werken, een trucje om hen te stigmatiseren. Ik kom vooral mannen en vrouwen tegen die zoeken én blijven zoeken. Wel raken ze soms gedemoraliseerd. Vooral vrouwen, die uiteindelijk soms onderbetaalde jobs moeten aanvaarden. Als werknemer mag je blijkbaar geen eisen meer stellen. Een gekwalificeerde loodgieter die plots vrachtwagenchauffeur moet worden? Die mag daarover niet mopperen. Terwijl mensen beter presteren in een job waarin ze zich goed en nuttig voelen.”

Al jarenlang houdt Mahy een fervent pleidooi voor de massale creatie van overheidsjobs en in sectoren als kinderopvang, buurtwerk, gezondheidszorg en toerisme. Wie gaat dat betalen? “Vergeet niet dat deze nieuwe werknemers zullen bijdragen aan de sociale zekerheid, dat ze zullen consumeren. De economie profiteert ervan.”

Mahy’s organisatie sprong van meet af aan ook in de bres voor sans-papiers en asielzoekers. Over voormalig staatssecretaris voor Asiel en Migratie Theo Francken (N-VA) kraakte ze al harde noten. “Ik vond het wraakroepend hoe Francken kleine problemen steeds weer strategisch opklopte tot iets groots. Als je de asielcijfers nuchter bekijkt, worden we helemaal niet overstroomd. Francken is intellectueel oneerlijk. Terwijl een staatssecretaris een waarheidsplicht heeft! Geloof je echt dat onze Belgische armoede is opgelost als we morgen alle sans-papiers het land uitzetten? Een fabeltje.”