Direct naar artikelinhoud
DM Zapt

Jan Mulders debuut bij Q2: alsof de topspits plots op het veld verloren liep

Jan Mulder.Beeld VRT/Gert Verbelen

Ewoud Ceulemans zet deze week de blik op oneindig. Vandaag schrijft hij over het Q2-debuut van Jan Mulder.

Er is niemand die “nooooou…” zegt zoals Jan Mulder. Alleen zegt de man het tegenwoordig op VTM of Q2 in plaats van op Canvas. Het was, samen met Marc Degryse, de mediatransfer van het afgelopen seizoen. “Die twee zijn de absolute top op het vlak van voetbalanalisten”, had Michiel Ameloot, chef sport bij VTM Nieuws, verteld toen de twee de overstap maakten.

De twee nieuwe aanwinsten maakten dinsdagavond hun debuut, toen Club Brugge zijn Champions League-voorronde tegen Dinamo Kiev afwerkte op Q2. “Zo meteen blikken we daarop terug”, zei commentator Peter Morren toen hij na 45 minuten vaststelde dat blauw-zwart 1-0 voorstond, “met Jan Mulder, met Marc Degryse, bij Maarten.”

Maarten is Maarten Breckx, de sobere, ietwat grijze kapitein van de ploeg die bij de rust aan de zijlijn in het Jan Breydelstadion de eerste helft analyseert. Met Marc Degryse als centrale middenvelder en Jan Mulder als sterspits. Maar tenzij hij Diego Maradona heet, scoort een spits de doelpunten niet op z’n eentje. Ook een topanalist heeft goede teammaats nodig en een tactiek die hem ligt.

Oneliners

Hebben VTM en Q2 die tactiek? Jan Mulder tien minuutjes langs de zijlijn laten staan, micro in z’n hand, het is niet zijn stijl. Aan de tafel van Extra Time zat hij een uur lang, met zijn ellebogen op tafel, zich met die typische flair ergerend aan de al te genuanceerde beschouwingen van Filip Joos en Peter Vandenbempt. Beschouwingen die hij van tafel veegde met simpele oneliners als “Nou, je moet gewoon met léf spelen!” of “Nou, dat is gewoon een zielig ploegje!” of, om de hattrick compleet te maken, “Ja, maar een beetje dom is ook wel lekker.”

Marc Degryse en Jan Mulder stapten over naar VTM/Q2.Beeld BELGAIMAGE

Het zijn die oneliners die ik van Mulder verwacht. Maar om zo genadeloos te kunnen scoren, moet hij wel de nodige ruimte en de juiste assists krijgen. “Jan, wat vind jij?”, vroeg Breckx tijdens de rust, terwijl Mulder onwennig om zich heen draaide en op een andere planeet leek te staan omdat zijn oortje niet werkte. Ondertussen werd hij, daar de wind slecht stond, nog eens natgespoten door de sproeiers die het gras van Jan Breydel bevochtigen. Alsof de topspits plots op het veld verloren liep.

Uiteindelijk zei hij ietwat gescript dat Mignolet wel goed was en dat hij meer positieve inbreng verwachtte van Dinamo. Maar dat soort sobere, nietszeggende analyses behoren niet echt tot de stijl van Mulder. Het is vroeg en ietwat oneerlijk om iemand af te rekenen op zijn debuut, natuurlijk, maar als VTM en Q2 hun toptransfer willen laten renderen, moeten ze een strategie vinden waarin Mulder vlotjes kan scoren. Met een droog “ik zag veel slordigheden” na de wedstrijd doet hij dat niet. Al leek het wel toepasselijk dat hij daar nog aan toevoegde: “Ik begrijp nu opeens het woord ‘pijnpunten’.”

Nooooou, Jan. Ik ook.