Direct naar artikelinhoud
Gezondheid

Schonere lucht zou kinderastma in België drastisch verminderen

Schonere lucht zou kinderastma in België drastisch verminderen
Beeld Oliver Schofield

Geen enkel ander Europees land zou in de strijd tegen kinderastma meer voordeel halen uit minder luchtvervuiling. Als België de stikstofdioxide-uitstoot tot een minimum beperkt, zou het aantal nieuwe gevallen van kinderastma met bijna een derde dalen. Dat blijkt uit een nieuwe internationale studie.

Elk jaar 29 procent minder astmagevallen bij Belgische kinderen tot 14 jaar. Als de uitstoot van stikstofdioxide – voornamelijk afkomstig van verkeer – tot een minimum zou worden beperkt, zouden er jaarlijks 3.931 gevallen van kinder­astma kunnen worden vermeden. Dat heeft een groep inter­nationale onderzoekers berekend. Hun nieuwe grote overzichtsstudie is verschenen in het vakblad European Respiratory Journal.

Maar hoe minimaal is dat minimum? Concreet gaat het om 1,5 microgram per kubieke meter. Een lage lat, maar wel een die elders in Europa wordt gehaald. “In heel landelijke gebieden kan je die waarde terugvinden”, zegt milieu-epidemioloog Tim Nawrot (UHasselt). “De helft van de bevolking in Zweden zit ook onder de 5 microgram. Omdat landen als België en Nederland heel dichtbevolkt zijn, zijn die waarden daar makkelijker te halen dan bij ons. Maar het percentage aan gezondheidswinst dat je door minder luchtverontreiniging kan bekomen, is bij ons dan ook hoger.” 

De resultaten liggen in lijn van eerder onderzoek: uit een grote studie in het medisch vakblad The Lancet bleek in april nog dat een kwart van de Belgische jongeren hun astma-aandoening aan het verkeer te wijten had. Ons land stond daarmee op de negende plaats wereldwijd. Over heel de wereld zouden jaarlijks vier miljoen jongeren astma krijgen door hoge concentraties van stikstofdioxide.

Stik- en fijnstof

Voor deze nieuwe studie zijn onderzoekers nagegaan hoeveel astmagevallen Europese landen zouden kunnen voorkomen als ze zich voor stikstofdioxide aan de normen van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) zouden houden. Jaarlijks zou dat neerkomen op 2.434 gevallen. Ze baseerden zich daarvoor op cijfers uit 18 Europese landen. “De norm van de WHO voor stikstofdioxide, of NO2, is momenteel 40 microgram”, zegt Nawrot. “Dat is op zich vrij hoog. Maar in het burgeronderzoek van Curieuzeneuzen waren er in Vlaanderen plekken die daar nog ver boven zaten. Bij stikstof zie je veel piekconcentraties aan drukke wegen. Maar 100 meter verder kan het verschil al groot zijn.” 

Niet alleen NO2 vormt een risico. Voor fijnstof (PM2.5) maakten de onderzoekers dezelfde oefening. Als de 18 landen daar een inspanning zouden leveren om de WHO-richtlijn te volgen, worden jaarlijks 66.567 gevallen van kinderastma vermeden. 

De onderzoekers geven aan dat de WHO-normen voor luchtvervuiling eigenlijk nog te laks zijn. Co-auteur Mark Nieuwenhuijsen geeft in de Britse krant The Guardian toe dat landen niet ineens massaal hun uitstoot zullen verminderen, al zeker niet tot die minimumwaarden. Maar door steeds meer wetenschappelijk onderbouwde resultaten ontstaat er wel een almaar gedetailleerder beeld van wat luchtvervuiling werkelijk aanricht. 

“Bij de WHO is inmiddels sprake om de richtlijn voor NO2 nog aan te scherpen”, zegt Nawrot. “Maar in Vlaanderen halen we die al niet. Ook niet voor fijnstof, trouwens. Volgens de Europese Commissie bedragen de gezondheidskosten van luchtvervuiling in België zo’n acht miljard euro. Er is weliswaar al sprake van verbetering, maar we zijn er nog lang niet. We moeten meer ambitie ­tonen.”