Theo Francken bouwt "Fort België" - Charlotte Vandycke

De nieuwe beleidsnota van staatssecretaris Theo Francken (N-VA) versterkt volgens Vluchtelingenwerk Vlaanderen angst en vooroordelen en voert een strijd van 'wij' tegen 'zij'. In één haal worden mensen op de vlucht nogmaals gecriminaliseerd.
opinie
Opinie
MTVA - Media Service Support and Asset Management Fund

Charlotte Vandycke is directeur Vluchtelingenwerk Vlaanderen dat ijvert voor mensen op de vlucht voor oorlog, geweld en vervolging

Wie het luik asiel in de beleidsnota van de staatssecretaris Theo Francken leest, beseft dat ook in de Belgische politiek sprake is van “post-truth.” Het prestigieuze Oxford Dictionary verkoos het tot woord van 2016: omstandigheden waarbij objectieve feiten minder doorwegen dan emoties.

De nota leest als een epische strijd van goed tegen kwaad, van wij tegen zij. Zij, voor alle duidelijkheid, zijn wel degelijk gewoon mensen zoals u en ik, maar met minder geluk, die genoodzaakt zijn op de vlucht te slaan voor geweld of vervolging, en bescherming vragen in een ander land.

Fort België

De rode draad is duidelijk: Fort België is niet van plan om binnen of buiten Europa verantwoordelijkheid te nemen om bij de aanpak van de prangende situatie van zoveel mensen een grotere inspanning te leveren.

De Staatssecretaris schuift de bescherming van mensen op de vlucht door, buiten België, buiten de EU zelfs. Dat de opvang van vluchtelingen in de regio versterkt moet worden, is een feit. Maar dit paren met minder inspanningen om vluchtelingen in ons land te onthalen is ronduit fout.

Die visie staat ook haaks op de in september 2016 genomen engagementen bij de top van de Verenigde Naties, waar internationale samenwerking de komende jaren moet leiden tot méér veilige toegang, en méér gedeelde verantwoordelijkheid. Versterken van de regio opdat vluchtelingen daar degelijk kunnen worden opgevangen, doe je net door ook een deel van de bescherming en opvang mee te verlenen.

Terug naar hun regio

Streven naar nog mínder asielbeleid, gaat aan de volgende realiteitschecks voorbij. 86% van de vluchtelingen wereldwijd verblijven nu al binnen hun eigen regio, vaak in uitzichtloze situaties.

Ons land verwelkomt op jaarbasis zeer weinig asielzoekers, minder dan voorgaande jaren. Het is een raadsel met welke mensenrechten respecterende instrumenten en argumenten wij als één van de meest welvarende regio’s ter wereld, landen als Libanon, Turkije, Libië zullen overtuigen om de mannen, vrouwen, kinderen die zij vandaag noch een dak noch een toekomst kunnen bieden alsjeblieft bij hen te houden.

Terug naar Griekenland

Onvoorstelbaar dus dat België op zijn to do lijst noteert asielzoekers die hier op eigen houtje geraakten, ook terug naar Griekenland te brengen. Bij de rampzalige situatie van asiel en opvang daar hoeven geen tekeningetjes meer gemaakt te worden.

De staatssecretaris haalde er pas nog Belgische asielambtenaren weg omdat hij het er te gevaarlijk voor hen vond. Ook verschuilen achter de Dublin III-regels kan niet. België kàn perfect beslissen deze dossiers ter harte te nemen, binnen de voorzieningen van de regelgeving. Het is een zaak van wil.

Als wij wensen dat op termijn vluchtelingen ons land in veel mindere mate via smokkelroutes bereiken, en dat een keurig gereguleerd beleid vluchtelingen redt op initiatief vanuit Europa of België, dan is daar een verhoogd tempo werk aan de winkel.

Net die inspanningen waar België en Europa met de handrem op rijden, dienen exponentieel te worden opgeschroefd: in snelheid en in aantallen.

Enkel met een eigen geloofwaardig toegangs- en asielbeleid, binnen een ruimer migratiebeleid, kan je een balans beïnvloeden tussen spontane aankomsten en gereguleerde aankomsten.

Maar geen ambities in dat opzicht in de beleidsnota van ons land.

De deadline voor België’s belofte om 3812 mensen uit Italië en Griekenland op te nemen is 2017. Tot op vandaag maakte ons land van deze bescheiden belofte het amper waar om een tweehonderdtal mensen uit de hel van de Griekse kampen te redden.

Perceptie

Asiel gaat in essentie over bescherming bieden. Die essentie is zoek in deze Belgische beleidsnota over asiel en migratie. Wat we wèl lezen op quasi elke bladzijde is hoe ons land, ongeacht de nood, aan minder mensen bescherming zal bieden, rechten kan inperken, zal ontraden of verkregen bescherming kan intrekken.

Ook hier kiest het beleid voor struisvogelpolitiek met ontkenning van de nood aan asiel.

Wereldwijd blijft het aantal vluchtelingencrisissen die meer dan vijf jaar aanslepen, groeien. De meeste vluchtelingen die nu in het buitenland bescherming krijgen zullen dus nog lang hun leven moeten uitbouwen buiten hun land van herkomst.

Bescherming tijdelijk maken klinkt mogelijk streng en rechtvaardig, maar is in de feiten een perceptiemaatregel, met als enig resultaat een negatieve invloed op de vlotte integratie van vluchtelingen, en een pak extra administratief werk.

Integratie bevorderen?

Hoe strookt dit met de zeer belangrijke aandacht voor het verbeteren van de integratie? De eerste stappen naar integratie gaan over het vinden van een woning, een job, kunnen studeren, deelnemen aan de samenleving. Botsend op de barrières van een tijdelijk verblijf, zullen vluchtelingen ervaren dat de hindernissen daarvoor groter, eerder dan kleiner worden.

Dat de staatssecretaris aandacht zal besteden om kwetsbare mensen op de vlucht beter te helpen, en extra maatregelen voor een betere integratie worden genomen, zijn lichtpunten in deze verklaring. Belangrijke punten, die stevig aandacht verdienen.

Het is zoeken naar hoe we deze intentie rijmen met de sluiting van ervaren diensten met belangrijke expertise in begeleiding van vluchtelingen in ons land, en met een duidelijke keuze voor de grootschalige, eerder dan de kleinschalige aanpak.

Want dat de kwetsbaarheid van veel asielzoekers in ons land net verhoogt door te lang in grootschalige structuren van wisselende kwaliteit te blijven, is nog een bewezen waarheid waar het beleid aan voorbijgaat.

En als we het dan over angst en veiligheid hebben: geen betere manier om veiligheid te verzekeren, dan om preventief te werken, en stevig de kaart te trekken van kleinschalige opvang en kwalitatieve begeleiding.

De beleidsnota laat deze kans alvast liggen. Wel lezen we nog eens bijkomende sanctiemogelijkheden voor bewoners van grote opvangcentra, en in één haal worden mensen op de vlucht nogmaals gecriminaliseerd.

Niet een doordacht constructief toekomstverhaal voor vluchtelingen én onze samenleving is de rode draad voor de komende regeerperiode. We gaan voor een verdelend en stigmatiserend ‘wij-zij’ verhaal en een anti-asielbeleid. Het versterken van angst, vooroordelen en de strijd ‘tegen’ is de getrokken kaart, boven een bindend verhaal en de strijd ‘voor’.

De nota geeft de indruk dat asielzoekers mensen zijn die onze normen en waarden willen ondermijnen. Maar recent nog gaf een peiling weer hoe 9 op de 10 asielzoekers zich volledig schaart achter de kernwaarden in onze samenleving.

Niet vluchtelingen ondermijnen onze waarden. Mensen laten sterven op zee of aan hun lot overlaten in vreselijke omstandigheden. Dàt ondermijnt onze normen en waarden. Neem de mensenrechten en gedegen analyses als uitgangspunt, en een heel ander beleidsverhaal dient zich aan.

Meest gelezen