Bouwmeester: "Het leven wordt leuker dan vandaag"

Met de betonstop vanaf 2040 zal het individuele wonen op het platteland stilaan verdwijnen, de Vlaming zal aangemoedigd worden om meer in de kernen te gaan wonen. Volgens de Vlaamse Bouwmeester Leo Van Broeck zal het leven op die manier "ontzettend leuk worden", al moet het volgens hem ook fiscaal extra worden gestimuleerd.

Waar men gaat langs Vlaamse wegen, komt men fermettes tegen. Het klinkt enigszins als een boutade, maar het is wel hoe we in Vlaanderen tot nu vooral hebben gebouwd: een huis met tuin in een verkaveling of langs een lange weg.

"Door dat leven op de buiten is het platteland kapot verkaveld", zegt Bouwmeester Leo Van Broeck, die de Vlaamse overheid adviseert.

We betalen voor die situatie een economische en ecologische prijs. "De verkavelingen hebben enorm veel infrastructuur nodig: wegen, leidingen, kabels... Dat leidt tot files en meer wateroverlast. Op het platteland vallen er ook vier keer meer verkeersdoden dan bij de stedelingen. Het is een auto-afhankelijk bestaan en er is geen betaalbaar openbaar vervoer", aldus de Bouwmeester.

Meer naar de kernen: "Het moet plezanter"

Heel wat nadelen dus. "Het is niet leuk meer", stelt Bouwmeester Van Broeck vast. Maar daar zal volgens hem dankzij de "betonstop" een einde aan komen, want het individuele landelijk wonen zal verdwijnen. Mensen zullen zich meer in de woonkernen vestigen, die op zich ook zullen verdichten.

De Bouwmeester ziet in de plaats van de landelijke fermettes meer groene steden en dorpskernen komen, met stadswoningen of appartementen met veranda's, terrassen en stadstuinen. "Het wordt veel leuker dan hoe het vandaag is. Dat is het idee, het moet plezanter. We gaan geen kwaliteit verliezen, integendeel."

Dichtere kernen betekent dan ook niet dat we op elkaars lippen zullen zitten, klinkt het. Er zal meer in de hoogte worden gebouwd, mensen zullen dichter bij verkeersknooppunten en openbaar vervoer gaan wonen en andere ruimte kan worden ingericht als gemeenschappelijke tuinen.

"Vlaming zal eieren voor zijn geld kiezen"

Wonen in de kernen zal aangemoedigd worden met nieuwe stedenbouwkundige regels en ook met een ruilsysteem voor de gronden waarop in principe niet meer zal mogen worden gebouwd. Die gronden zijn overigens voor een belangrijk deel in handen van socialehuisvestingsmaatschappijen of intercommunales; verwacht wordt dat in bepaalde gemeenten dan ook pilootprojecten zullen worden opgestart om gronden te ruilen.

Ook financiële compensaties voor de mensen zijn mogelijk, maar concrete zaken liggen er nog niet vast. Volgens de Bouwmeester moeten er echter ook fiscale stimuli komen, bijvoorbeeld met woonbonussen en een lager kadastraal inkomen voor woningen in de stad. Dat kan een te overwegen optie zijn, reageert de Vlaamse regering.

Volgens Van Broeck is de Vlaming in elk geval klaar voor een switch naar de woonkernen. "Als het systeem dat nu in mekaar wordt gevezen als machine hen zegt: "Je kan zonder waardeverlies op een andere plek bouwen, en dat zal binnen 30 jaar veel meer geld waard zijn dan het villaatje dat je op de grond van je oma mag bouwen". De Vlaming is niet dom, hij zal gauw eieren voor zijn geld kiezen."

Bekijk het gesprek met Leo Van Broeck in "Van Gils & Gasten"

Meest gelezen