In Durbuy verrijst Coucke-land: ‘Het hele systeem moet mensen naar zijn zaken lokken, niet naar de onze’

Een gigantische bouwwerf is het dezer dagen, het hart van het historische stadje Durbuy. In de Rue de Bohème, pal in het centrum, wordt met man en macht gebouwd aan een nieuw, luxueus viersterrenhotel met honderd kamers. Marc Coucke zou er naar verluidt 30 miljoen euro in investeren. Al blijft dat onbevestigd, aangezien de zakenman niet wil reageren op berichten over zijn plannen met Durbuy.

De ‘Durbuysiens’ kijken er met grote ogen naar. “In januari zijn ze beginnen te graven, tegen eind dit jaar moet het al openen. Als je geld hebt, kan er blijkbaar veel”, reageert een inwoonster die met boodschappentassen de bouwwerf passeert. 

De vrouw wijst naar de overkant van de weg, waar Le Sanglier des Ardennes ligt. “Dat is ook van monsieur Coucke”, zegt ze. Waarna ze andere ‘veroveringen’ van de zakenman opsomt: hotels, restaurants, een camping omgevormd tot glamping, een rist gî­tes en – vreemd genoeg – een snoepwinkeltje.

In Le Sanglier des Ardennes heeft Coucke sterrenchef Wout Bru geplaatst. Als het nieuwe luxecomplex klaar is, zal Bru ook daar het eetgedeelte onder zijn hoede krijgen. Pittig detail: van dat nieuwe complex is een ondergrondse tunnel gegraven tot in de wijnkelder van Le Sanglier. Beide zaken krijgen één gemeenschappelijke receptie in het nieuwe complex. Klanten voor ‘de overkant’ hoeven zo de straat niet over te steken.

Het is een detail, maar het toont aan dat er aan alles wordt gedacht. Marc Coucke spaart zichtbaar kosten noch moeite om van Durbuy een levendig en vooral aantrekkelijk stadje te maken. Als burgemeester kun je daar alleen maar blij om zijn, zegt Philippe Bontemps (cdH). “Meneer Coucke heeft onze stad gekozen om in te investeren. Dat juichen we toe. In een toeristische regio als de onze moet je kunnen innoveren. Hij pompt hier veel geld in de lokale economie en dat zal voor veel banen zorgen.”

Bontemps wijst erop dat de bevolking eerst wat argwanend was, omdat ‘een rijke Vlaming’ het hier voor het zeggen zou hebben. Maar ondertussen zijn de meeste mensen mee, meent de burgemeester. Dat blijkt ook uit de verkiezingsresultaten: anti-Coucke-partij Changeons haalde de kiesdrempel niet. Bontemps, die uitgesproken pro-Coucke is, behield zijn absolute meerderheid. “De mensen begrijpen dat Coucke goed is voor Durbuy”, vat hij samen.

En toch. Velen in Durbuy houden hun hart vast. Over één zaak lijkt iedereen het wel eens: het is nog altijd beter dat Marc Coucke alle zaken opkoopt dan een of andere rijke Chinees. Dat had ook gekund, want Durbuy is behalve bij Vlamingen ook opvallend populair bij Chinezen. 

“Maar kijk eens goed naar de plannen van meneer Coucke. Hij wil duidelijk vooral de rijken naar hier halen”, zegt de uitbaatster van broodjeszaak Le Pain d’idées. “En die mensen zullen hier geen broodje komen eten, hé.” 

Die mensen zullen zelfs helemaal niet eten in de andere etablissementen in het stadje, klinkt het in een brasserie aan de overkant. “Het hele systeem van Coucke is erop gericht om mensen naar zijn zaken te lokken. Niet naar de onze.”

Een theorie die wel eens zou kunnen kloppen. Dat wordt ook duidelijk in het toeristentreintje dat al sinds de jaren 70 bezoekers van de historische stadskern naar de uitkijktoren op de Falize-rots brengt, het hoogste punt van Durbuy. Dat treintje, tegenwoordig in handen van Coucke, maakt onderweg lustig reclame voor de zaken van sterrenkok Wout Bru en Adventure Valley, Couckes avonturenpark in deelgemeente Rome.

Wie in het avonturenpark een tweedaagse reserveert, logeert die nacht in een van Couckes hotels en eet in Couckes restaurants. In alle Coucke-gerelateerde zaken werken bovendien opvallend veel Vlamingen. Niet onlogisch, want er wordt ook gemikt op Vlaamse bezoekers, maar hoeveel jobs er uiteindelijk naar locals zullen gaan, is wel de vraag.

Je kan het een succesvolle zakenman als Coucke nauwelijks kwalijk nemen dat hij in Durbuy een goudmijntje ziet. En ook de burgemeester niet, die zijn verouderd patrimonium ziet opgeknapt worden tot state-of-the-artgebouwen, waarmee het makkelijk concurreren is met andere Ardense oorden. Maar lokale middenstanders vrezen dat ze in het beste geval de kruimels krijgen en in het slechtste geval worden doodgeconcurreerd. 

Al zal dat misschien wel meevallen, zegt Emanuel Trappers, een Antwerpenaar die al een geruime tijd in de regio woont en het toeristentreintje bestuurt in dienst van Adventure Valley. “Ik krijg heel veel vragen van bezoekers over wat Marc Coucke hier aan het doen is. Mensen komen blijkbaar speciaal daarvoor naar hier, uit pure nieuwsgierigheid. Je kan dus zeggen dat er hier een vorm van Coucke-toerisme bestaat. En het helpt natuurlijk dat Marc Coucke zelf af en toe in het treintje springt en de bezoekers via de micro toespreekt. Mensen vinden dat geweldig.”