© Victoriano Moreno

Horecaondernemer Wim Van der Borght na de twee granaten in Grand Café Den Brandt: “Bang? Ik sta recht in mijn schoenen”

Sinds Wim Van der Borght afgelopen zomer twee keer een granaat in zijn Grand Café Den Brandt kreeg, heeft hij voornamelijk gezwegen. Maar vandaag spreekt de horecaondernemer weer. Omdat het Grand Café in Wilrijk minstens een maand langer openblijft. Maar toch en vooral ook om het over die twee hoogst onverkwikkelijke incidenten te hebben. “Ik kan zoiets van me afzetten.”

Greg Van Roosbroeck

Een warm weekje op Ibiza met de partner en twee kinderen. Tot daar de enige volwaardige pauze die Wim Van der Borght (49) afgelopen zomer genomen heeft. Voor de rest was het volle gas vooruit met zijn festivals elrow Town, We Can Dance en Fire Is Gold. Met daarbij het draaiende houden van zijn zeven Antwerpse restaurants. Toch oogt de Antwerpenaar in zijn kantoor in park Den Brandt scherper dan een pas geslepen tweesnijdend zwaard.

Er ligt ook wel wat werk op de plank. In november viert restaurant Danieli Il Divino zijn 25-jarig bestaan door 25 uur lang de deuren te openen - wie wil, kan dus ’s nachts komen dineren. Naast Umami op het Antwerpse Zuid komt een nagelnieuw vleesrestaurant. En Grand Café Den Brandt, de haast koninklijke pop-up in het gelijknamige park, blijft een maand langer open dan gepland.

“Dat laatste hadden we niet verwacht”, is Van der Borght eerlijk. “Het is een prachtig pand, maar wel eentje dat wat in de vergeethoek zat. En toch is het een overdonderend succes geworden. Dat maakt dat we nog minstens tot het einde van de maand voortdoen. Als de zaak blijft werken na de vakantiemaanden, dan willen we het Grand Café ook in de winter openhouden.”

Toch was het Grand Café geen ononderbroken succesverhaal. In de vroege ochtend van 17 juli vond de politie er een niet-ontplofte handgranaat. In het aangrenzende restaurant Murni was brand gesticht. Hoe hebt u het nieuws vernomen?

Wim Van der Borght: Opeens stond de politie van Kontich voor mijn deur. Er was een melding binnengekomen van een grote brand in restaurant Murni. Ik ben achter de politie gereden en keek angstvallig naar een grote rookpluim. Maar die kwam gelukkig niet en bij aankomst bleek het allemaal mee te vallen. De grote brand had maar een kleine onschuldige brandhaard.

Wat dacht u toen u die granaat zag liggen in het Grand Café?

Ik was natuurlijk verbaasd. Hoe kwam zoiets in een van mijn zaken terecht? Maar dan begin je aan introspectie te doen. Ik heb niks met drugs te maken en dat heeft de politie inmiddels ook uitgezocht. Dus de actie kon, zoals quasi alle andere granaataanslagen in Antwerpen, niet aan het drugswereldje gelinkt worden. Wat dan wel de reden is? Ook ik heb daar het raden naar.

Sommigen beweren dat u schulden zou hebben en dat de oorzaak daar gezocht moet worden.

Ik heb geen schulden. Bij niemand. Mijn bedrijven hebben heel normale handelsschulden. Wij kopen bij wijze van spreken een brood aan en die factuur staat open, maar die wordt dertig dagen later betaald.

Ik ben wel een ondernemer die graag uitdagingen aangaat en bedrijven overneemt die in moeilijkheden zitten. Zoals mijn eigen reclamebedrijf Bananas, dat ik in 2013 weer overgenomen heb van investeringsmaatschappij Gimv omdat het op dat moment virtueel failliet was. Dan heb je als ondernemer maar een paar mogelijkheden. Ofwel doe je niets en ga je failliet. Ofwel kom je tot een oplossing met de schuldeisers en gebruik je een WCO (tijdelijke bescherming tegen schuldeisers onder de wet betreffende de continuïteit van de ondernemingen, red.) Dat is een technisch moeilijk model waardoor het, voor een buitenstaander, alleen maar lijkt alsof je schulden hebt en daar bescherming tegen zoekt. Maar eigenlijk is het een techniek die een bedrijf helpt om het voortbestaan te garanderen. Uiteindelijk hebben we ook 250 jobs gered. En iedereen heeft zijn centen gekregen. Maar die zaak wordt door buitenstaanders wel aangehaald om te beweren dat ik schulden heb.

In een vorig interview zei u: “Ik heb de afgelopen jaren vijanden gemaakt”.

Wij hebben zakelijke disputen gehad met mensen en hebben die nog steeds. Van een kleine leverancier tot complexere zaken. Dat is niet abnormaal als je een dertigtal vennootschappen hebt. Maar dat vecht je dan op een geciviliseerde manier voor een rechtbank uit. Daarvoor dienen ze.

© Victoriano Moreno

Waar komen die granaten dan vandaan? Bij één keer zou je nog kunnen spreken over toeval of een verkeerd adres. Maar op 19 juli, twee dagen na de eerste gevonden granaat, ontploft een nieuw exemplaar in hetzelfde Grand Café.

Ik heb nog steeds geen idee vanuit welke hoek die twee granaten komen. Wat mij verteld wordt, is dat de tweede keer een rechtzetting zou kunnen geweest zijn voor de eerste keer. Het gaat dus maar om één actie. Er is iemand die de opdracht gekregen heeft om een granaat tot ontploffing te brengen en de eerste keer is dat niet gelukt. Dus is hij teruggekomen om het werk af te maken. Maar wie? Nogmaals, ik weet het niet.

Er moet dan toch wel iemand het op u gemunt hebben. Hebt u zelf nooit de denkoefening gemaakt en een lijstje met mogelijke verdachten opgesteld?

Ik heb een lijst gemaakt met mensen die het heel misschien geweest konden zijn en de politie heeft die doorlopen. Maar ze hebben niks gevonden. Ik wil daar ook niet over blijven nadenken. Voor mij is het belangrijkste dat ik alle informatie die ik kan geven ook doorgegeven heb aan de politie. En dan is het zo snel mogelijk weer over naar de orde van de dag.

Dat zegt u makkelijk. Maar u hebt een vrouw en twee kinderen. Bent u op zulke momenten niet bang voor uw gezin?

Mijn vrouw zat naast mij in de trein op weg naar Londen toen ik telefoon kreeg met het nieuws van de tweede aanslag. Ze had kunnen doorreizen, maar is mee uitgestapt. Ze steunt me onvoorwaardelijk omdat ze me door en door kent. Ze is, net als ik, niet bang omdat ik recht in mijn schoenen sta.

U hebt gerust geslapen die twee avonden en de daaropvolgende weken.

Ik kan zoiets snel van me afzetten. Net omdat ik weet dat we met niemand problemen hebben. Mijn team heeft ook zijn onvoorwaardelijke steun betuigd aan mij. Dat voelt heel erg goed. Wij proberen dan ook leuke horecaconcepten neer te zetten. Op een wettelijk legale manier, met witte kassa’s en mensen die correct en op tijd betaald worden.

Waarom spreekt u nu pas en niet in pakweg de week na de twee incidenten?

Ten eerste had ik nog nooit zoiets meegemaakt. Ten tweede heeft de politie gevraagd om in het belang van het onderzoek een tijd niets te zeggen. En ten derde ben ik geschrokken van een aantal artikels dat ik gelezen heb. Uw krant heeft zich netjes gehouden aan de feiten, maar dat hebben ze niet allemaal gedaan. Ik weet wel dat het komkommertijd was, maar dat is geen reden om te speculeren en iemands imago te besmeuren met verzonnen verhalen, zoals die vermeende schulden. En dan die titels: wie viseert horecapaus? Ik, een horecapaus? Komaan, er zijn wel meer groepen zoals wij. Een drugsbaron? Ik heb nog nooit drugs gebruikt.

Laat ons het dan over uw imago hebben. In hoeverre hebben die twee incidenten u schade berokkend?

Als het de bedoeling was om mijn imago te besmeuren, dan is dat bij de gewone man in de straat misschien wel gelukt. Maar de mensen die me kennen, hebben geen seconde aan me getwijfeld.

Met de start van het nieuwe schooljaar lijkt ook het granaatseizoen weer begonnen, met een niet-ontploft exemplaar in de Noorderlaan en een ontploft tuig in Borgerhout. Hoe kijkt u vandaag naar dat soort nieuws?

Hoe meer ik over zulke toestanden lees, hoe meer ik me de vraag stel hoe zoiets mogelijk is in Antwerpen. Dit zijn zaken die normaal in grootsteden als Londen of New York gebeuren, maar ze komen steeds dichterbij. Tegelijk sterken de berichten me in de overtuiging dat ik gewoon pech gehad heb, net omdat ze steevast gelinkt worden aan het drugsmilieu. Ik sta recht in mijn schoenen en dat mag iedereen weten.