Direct naar artikelinhoud
Defensie

Belgisch leger mikt op crisismanager om niet in afgrond te duiken

Belgisch leger mikt op crisismanager om niet in afgrond te duiken
Beeld Tim Dirven

Het Belgisch leger denkt na over de aanstelling van een crisismanager. Een topmilitair die ervoor moet zorgen dat de krijgsmacht strijdbaar blijft, ondanks de dalende troepensterkte en financiële problemen.

Volgens meerdere goed geïnformeerde bronnen overweegt de legerleiding om een generaal aan te duiden als crisismanager. Die moet zich dan voltijds gaan bezighouden met de malaise binnen het leger. Vooral de naam van generaal Marc Thys valt. Hij leidt momenteel de landmacht en staat te boek als een vernieuwer. Thys wordt ook regelmatig genoemd als toekomstig legerbaas. Het mandaat van de huidige chef, generaal Marc Compernol, loopt af in juli 2020.

Rand van de afgrond

Het leger balanceert op de rand van de afgrond. De leiding eist 2,4 miljard euro extra deze regeerperiode (2019 tot 2024). Volgens de topgeneraals is dat geld nodig om de krijgsmacht strijdbaar te houden. In de eerste plaats gaat het dan om de rekrutering. De komende jaren verliest het leger 40 procent van zijn personeel door pensionering. Om de huidige troepensterkte te houden, moeten er 12.000 nieuwe rekruten aangeworven worden tegen 2025. Een loodzware opdracht.

Veel militaire basissen zijn afgeleefd en hebben een renovatie nodig. Volgens de legerleiding moeten er sowieso kazernes bij komen. Het is vandaag geen uitzondering dat militairen uit West-Vlaanderen dagelijks naar Limburg pendelen.

9,2 miljard 

Het leger heeft de komende jaren ook een reeks nieuwe contracten af te betalen. Het gaat dan onder meer om de contracten voor nieuwe gevechtsvliegtuigen, drones, voertuigen voor de landmacht, fregatten, mijnenjagers. Alles samen een pakket van 9,2 miljard euro. Het is aan de toekomstige federale regering om de voorziene budgetten vrij te maken. Als dat niet gebeurt – de socialisten zijn bijvoorbeeld tegen de aankoop van de F-35’s – stelt zich een probleem.

Generaal Thys onthoudt zich voorlopig van commentaar. Begin dit jaar vertelde hij in Het Laatste Nieuws wel al over de “existentiële crisis” van het leger. “Het is dagelijks puzzelen met manschappen om de opdrachten uit te voeren”, zei hij. “Als er iemand ziek valt, is het niet zeker dat we een vervanger vinden. (...) Wij zijn afhankelijk van de overheid en de budgetten die voor ons vrijkomen, maar we horen op het vlak van defensie-uitgaven al bij de slechtste leerlingen uit de NAVO-klas. Als we in de volgende jaren niet op het juiste pad verder gaan, dan krijgen we écht een fundamenteel probleem.” 

Opblazen

Van alle NAVO-leden geven alleen het Groothertogdom Luxemburg en Spanje verhoudingsgewijs minder geld uit aan hun legers dan België. In oktober presenteert de NAVO een nieuwe doorlichting van haar lidstaten. Voor ons land wordt het – voor de zoveelste keer – spitsroede lopen. Amerikaans president Donald Trump heeft al herhaaldelijk gedreigd om het militair bondgenootschap op te blazen als de Europese lidstaten niet snel (veel) meer geld gaan bijdragen.

De eindbeslissing over de aanstelling van een crisismanager ligt bij de politiek. Afscheidnemend minister van Defensie Didier Reynders (MR) zou al ingelicht zijn over de denkpiste door legerbaas Compernol. De kans is klein dat de liberaal het dossier zelf nog ter hand neemt. Reynders werd dinsdag officieel voorgesteld als Eurocommissaris voor Justitie.