Direct naar artikelinhoud
Terrorisme

‘Wie niks te verliezen heeft, grijpt opnieuw naar terreur’

Illustratiebeeld.Beeld EPA

Europa kampt met een probleem van terroristisch recidivisme, zo onderstreept een nieuwe studie. Dat uit zich het nadrukkelijkst bij terroristen die ook in de misdaad actief zijn geweest. Daar bedraagt het aandeel meermaals op terreur betrapten bijna twintig procent. Om de samenleving te beschermen tegen die hardnekkigheid zijn langere gevangenisstraffen aangewezen, zeggen experts.

Het was een spektakelstuk, de arrestatie die geschiedde op een Schaarbeeks tramperron in maart 2016. De aanslagen op Zaventem en Maalbeek waren nog maar drie dagen oud en er werd al een verdachte voor een nieuw complot gevat. Het bleek Abderrahmane Ameuroud te zijn die was geveld door een politiekogel in het been terwijl hij daar met zijn dochtertje zat. Een Algerijn die ooit bekendstond voor het dealen van drugs, zich in 1999 in Afghanistan bij Al-Qaida aansloot, daar zes jaar later voor in de gevangenis vloog en nu dus weer met terroristische plannen rondliep.

Het is geen unicum, die vastberadenheid om te blijven strijden voor de jihad. Uit een studie die vandaag wordt voorgesteld en die Het Laatste Nieuws exclusief kon inkijken, blijkt dat een schrikwekkend aantal terroristen van geen ophouden weet. De onderzoekers bestudeerden 326 personen die in 2015 voor terrorisme opgepakt zijn, uitgewezen werden of als daders het leven verloren. Ze inventariseerden die in elf Europese landen, waaronder ook België.

Zeven procent van die individuen bleek eerder al eens vastgezeten te hebben voor terroristische feiten. Dat lijkt misschien nog niet zo veel, maar het cijfer steunt grotendeels op publiek toegankelijke bronnen, wat maakt dat het in werkelijkheid allicht nog hoger ligt. En in België lag het aandeel recidivisten voor álle veroordeelden in 2016 - waarbij dus zelfs verkeersovertreders meegeteld zijn - op minder dan vijf procent voor álle mogelijke feiten - dus niet noodzakelijk tweemaal hetzelfde vergrijp.

‘Gangsterjihadisten’

In de subgroep van terroristen met een verleden in de ordinaire misdaad loopt het terroristisch recidivisme zelfs op tot 19 procent — aldus het onderzoek van Globsec, een toonaangevende Europese denktank inzake veiligheidsbeleid. Verondersteld kan worden dat terroristen met een criminele voorgeschiedenis des te meer voorbij een ‘point of no return’ zijn geraakt, waarbij het gevoel dat ze niets meer te verliezen hebben des te harder speelt.

In België is die categorie van ‘gangsterjihadisten’ buitenproportioneel vertegenwoordigd, zo leerde een eerder Globsec-rapport. Terwijl een kwart van alle Europese jihadisten een verleden in de misdaad heeft, loopt dat in België op tot nagenoeg de helft. Volgens terrorismekenner Pieter Van Ostaeyen is dat reden genoeg om voor strengere straffen te pleiten. “In België krijgen terroristen nu gemiddeld vijf jaar cel”, zegt hij. “Dat is te kort wanneer de kans zo groot is dat ze herbeginnen. De samenleving moet beter tegen hen worden beschermd.”

Pieter Van Ostaeyen: ‘De samenleving moet beter tegen terroristen worden beschermd.’Beeld Tim Dirven

België staat niet alleen met die eerder korte straffen. Zo ligt het gemiddelde in Duitsland en Frankrijk maar één jaartje hoger, krijgen terroristen in Spanje en Groot-Brittannië doorgaans ook vijf jaar en in Nederland zelfs maar drie. Van de 199 terroristen in de Globsec-studie die een gevangenisstraf opliepen, zal 57% weer op vrije voeten zijn tegen het eind van 2023 — en 45 individuen zijn op dit ogenblik al terug vrij. Dat maakt ook de onderzoekers zelf bezorgd. “We moeten ervan uitgaan dat een significant aantal na zijn vrijlating opnieuw naar terreur grijpt”, waarschuwen zij.

Langere gevangenisstraffen?

Kijken naar voorafgaande feiten is nog iets anders dan proberen te voorspellen wie in de toekomst hervalt. Het meeste onderzoek daarnaar werkt omgekeerd: vertrekkend van een staal veroordeelden nagaan hoeveel van hen er later opnieuw zijn betrapt. Maar cijfers uit de Verenigde Staten, waar terroristische feiten beduidend strenger worden bestraft, lijken toch wel op een lagere graad van recidivisme te wijzen. Daar verscheen er in april een studie naar 561 voor terreur veroordeelden sinds september 2001 — van wie er in maart 2018 slechts 1,6% hervallen bleken te zijn.

Hervallen is natuurlijk moeilijker voor wie nog vastzit — al bestaat dat ook, wanneer bijvoorbeeld wordt gekeken naar terroristische activiteiten zoals het verspreiden van propaganda en de enkele gevallen waarbij er terroristisch geweld wordt gepleegd binnen de gevangenismuren. Maar het beperkte recidivisme bij terroristen in de VS valt zeker niet te verklaren doordat iedereen daar nog opgesloten zou zitten. Op het ogenblik van de staalname, in maart 2018, was 44% van alle bestudeerden immers weer vrij.

Er kan nog altijd worden geopperd dat langere gevangenisstraffen het probleem alleen verschuiven in de tijd. “Maar door terreurveroordeelden al te snel weer vrij te laten, maak je het hen alleszins gemakkelijker om terug aansluiting te vinden bij de netwerken waarin ze actief waren”, aldus Pieter Van Ostaeyen. “Hoe meer leden van zo’n netwerk voor geruime tijd uit circulatie verdwijnen, hoe meer die netwerken worden ontmanteld — en hoe moeilijker het voor een onverbeterlijke terrorist ook wordt om na zijn vrijlating meteen opnieuw te beginnen.”