Direct naar artikelinhoud
Vlaams regeerakkoord

Lees hier de samenvatting van het regeerakkoord

Gwendolyn Rutten (Open Vld), Jan Jambon en Bart De Wever (N-VA) en Wouter Beke (CD&V) bij de voorstelling van het akkoord vandaag.Beeld BELGA

Op de volledige tekst van het Vlaamse regeerakkoord is het nog wachten tot morgen, maar formateur Jan Jambon (N-VA) deelde wel al een beknopte versie, die u hieronder kan lezen.

Vlaanderen staat sterk. De werkloosheid is laag, de productiviteit hoog, en dankzij onze ambitie, onze veerkracht en onze creativiteit scheren we hoge toppen. Cultureel, maatschappelijk en economisch stralen we. Toch is er ook onbehagen. Samenleven in diversiteit stelt ons voor uitdagingen. En te veel mensen hebben het moeilijk om rond te komen, ook als ze aan het werk zijn. Het gevoel leeft dat de lasten en lusten niet altijd evenredig verdeeld zijn.

Naar een samenleving in topvorm

De Vlaamse Regering zet alle zeilen bij om te bouwen aan een harmonieuze samenleving, waarin iedereen kansen krijgt om vooruit te gaan. De Regering doet een warme oproep aan alle Vlamingen om samen aan dit wervende verhaal te schrijven. Er staan ons de volgende jaren bovenmaatse uitdagingen te wachten. We hebben het engagement van iedereen nodig om daar een succes van te maken.

Het is onze ambitie dat Vlaanderen een onbetwiste referentie wordt in het Europa van de jaren twintig. Zowel economisch als maatschappelijk richten we onze blik naar het noorden en meten we ons met samenlevingen als Nederland en Scandinavië. We leggen de lat hoog in alle domeinen van onze samenleving. Maar we doen dat op zo’n manier dat iedereen mee kan. Ongeacht afkomst, overtuiging, geaardheid of beperking. We scheppen een kader dat iedereen aanmoedigt om het beste uit zichzelf te halen en mee te bouwen aan een Vlaanderen dat schittert.

Excellent onderwijs

Excellent onderwijs is de belangrijkste hefboom om elk talent te ontwikkelen en om er als samenleving collectief op vooruit te gaan.

Afgelopen jaren werd ons onderwijs grondig hervormd. De zorgzame uitrol van recente hervormingen moet helpen om een nieuwe kwaliteitscultuur in ons onderwijs tot stand te brengen. Hervormingen kunnen evenwel worden vervolmaakt, net zoals elke hervorming ook grondig wordt gemonitord en geëvalueerd met het oog op noodzakelijke bijsturingen.

Op vijf grote uitdagingen wil deze Vlaamse regering een antwoord bieden: de onderwijskwaliteit, het lerarentekort en hun status, de juiste begeleiding van onze kinderen op de juiste plaats, het capaciteitstekort en de studieduur in ons hoger onderwijs.

Kwaliteitsvol onderwijs is de sleutel, inclusief de beheersing van een rijke Nederlandse taal. Kinderen die een taalachterstand hebben, laten we een taalintegratietraject volgen met desgevallend ook een taalbadklas of een volwaardig alternatief zodat we leerachterstand en schooluitval vermijden en kinderen dus echt gelijke kansen geven. Maar evengoed zetten we in op de kennis van de moderne vreemde talen als troef.

Het kleuteronderwijs zal evenveel werkingsmiddelen als het lager onderwijs krijgen. Bijkomende kinderverzorgers zorgen voor extra handen in de klas.

We blijven werken aan de opwaardering van het aspect kennis, naast vaardigheden, attitudes en persoonlijkheidsvorming. We introduceren gestandaardiseerde net- en koepeloverschrijdende proeven en aangescherpte eindtermen.

De vrijheid van onderwijs blijft een belangrijk uitgangspunt. De overheid bepaalt wat de leerlingen moeten kennen en kunnen, de scholen en leerkrachten bepalen hoe ze dit pedagogisch realiseren. In de derde graad van het secundair onderwijs kan het gemeenschapsonderwijs overschakelen van 2u levensbeschouwing naar 1u levensbeschouwing en 1u interlevensbeschouwelijke dialoog. Maar vrijheid is geen vrijblijvendheid. Mensen en middelen zijn bedoeld voor onze kinderen en scholen, eerder dan voor overkoepelende structuren.

Door in alle scholen in Vlaanderen één overzichtelijke, eenvoudige en uniforme tabel te gebruiken, zorgen we voor een transparant aanbod van het eerste tot het laatste jaar. In het Secundair Onderwijs waken we erover dat het huidige aanbod van onderwijsvormen (ASO, TSO, KSO en BSO) met de finaliteiten (doorstroom/dubbele finaliteit/arbeidsmarkt), gegarandeerd blijft en er geen brede eerste graad wordt uitgerold. Meer kwaliteit wil immers zeggen; in het lager onderwijs en bij aanvang van het secundair een bredere basisvorming, maar vervolgens zo snel mogelijk kiezen en bekwamen.

Het lerarentekort beantwoorden we o.a. door het lerarenberoep opnieuw aantrekkelijk te maken. Leerkrachten moeten de status krijgen die ze verdienen. We streven naar maximale planlastvermindering en stappen af van de cultuur om alles te rapporteren. Door het beter honoreren van anciënniteit voor nieuwe zij-instromers, willen we meer nieuwe leerkrachten aantrekken én behouden.

We herstellen het respect voor de leerkracht, voor de klassenraad en de directie. De lerarenopleiding wordt opgewaardeerd.

Betrokken ouders maken ook sterk onderwijs. Zij bouwen actief mee aan de ideale leeromgeving die nodig is voor goede onderwijsprestaties.

Evenzeer moeten we ervoor zorgen dat onze kinderen de juiste begeleiding krijgen: de juiste plaats in de juiste school met de juiste omkadering. Het M-decreet schaffen we af en vervangen we door een echt begeleidingsdecreet voor kinderen met zorgnoden én hun leerkrachten. Daarmee geven we een pragmatische en realistische invulling aan de begeleiding van kinderen met zorgnoden: gewoon onderwijs indien mogelijk, buitengewoon onderwijs indien nodig.

Capaciteitstekorten vormen een uitdaging. Daarom gaan we extra investeren in duurzame en ecologische schoolgebouwen. We kiezen voor maximale vrijheid voor ouders om een school naar wens te kiezen voor hun kinderen en schaffen de dubbele contingentering af. We trekken de principes zoals die voor het secundair onderwijs in het inschrijvingsdecreet zijn uitgewerkt, door naar het basisonderwijs. Een echte buurtschool moet bovendien het kloppend hart van de lokale gemeenschap zijn. De schoolinfrastructuur, zeker sportaccommodatie en polyvalente zalen, moet openstaan voor verenigingen uit de buurt.

Ons hoger onderwijs scoort internationaal bijzonder sterk. Het aandeel van anderstalige bachelors trekken we op. De flexibilisering moeten we echter terugdringen in het belang van studenten, ouders en docenten. Verplichte maar niet-bindende toelatingsproeven met aangepaste remediërings- of heroriënteringstrajecten vormen deel van de oplossing, net als een sterkere ‘knip’ tussen bachelor en master.

Een sterke economie en arbeidsmarkt

Ons onderwijs heeft de opdracht en de ambitie om elk talent in Vlaanderen te ontginnen en onze jongeren te vormen, en met de beste troefkaarten naar de arbeidsmarkt te sturen. De uitdagingen zijn groot. Vacatures geraken niet ingevuld, onder meer omdat werkzoekenden niet altijd over de juiste competenties beschikken. Tegelijk zitten nog te veel Vlamingen zonder werk. De Vlaamse Regering zal alles op alles zetten om de werkzaamheidsgraad op te trekken naar 80 % . Zo zullen we aansluiten bij de top van Europa. We willen de volgende jaren 120.000 Vlamingen extra aan een job helpen. Dat vergt een rist aan activerende maatregelen. Zo zal de Vlaamse Regering via de nieuwe jobbonus het verschil tussen werken en niet-werken groter maken. Ook het toekennen van sociale rechten in functie van het inkomen in plaats van statuut maakt de werkloosheidsval kleiner. We leveren daarnaast bijkomende inspanningen om de Vlamingen om- en bij te scholen (onder meer via het principe van “levenslang leren”). Digitale vaardigheden worden de volgende jaren cruciaal. Met een nieuw STEM-actieplan pakken we het tekort aan technische en wetenschappelijke profielen aan.

Werkzoekenden begeleiden we intensief naar een job. De VDAB krijgt een duidelijkere regisseursrol. Na drie maanden sluit de werkzoekende een verplichte overeenkomst over een persoonlijk traject naar werk. Ook nieuwkomers schrijven zich verplicht in. Wie ver van de arbeidsmarkt staat, geven we kansen in de sociale economie en in het wijkwerken. Wie binnen de twee jaar niet aan de slag geraakt, kan verplicht worden ingezet in gemeenschapsdienst. Daardoor halen we mensen uit hun maatschappelijk isolement en dat past steeds in een traject naar werk, waarbij de vaardigheden van de werkzoekende worden versterkt.

Een sterke economie is ook maar denkbaar met gemotiveerde ondernemers. We stimuleren meer dan ooit de ondernemerscultuur in Vlaanderen. We doen inspanningen om drempels die KMO’s ondervinden verder weg te werken. Al wie de handen uit de mouwen wil steken en risico durft te nemen, krijgt onze steun. We helpen ze nog beter starten, innoveren, digitaliseren, exporteren en energiezuiniger worden, en dat allemaal met zo weinig mogelijk administratieve lasten.

De digitalisering treedt een nieuwe fase in, waarbij alles met alles en iedereen met iedereen verbonden is. Klassieke modellen en methoden komen onder druk te staan. Dat schept kansen om economische en maatschappelijke problemen op een innovatieve manier aan te pakken, maar het houdt ook risico’s in. Initiatieven in verschillende beleidsdomeinen moeten meer dan ooit op elkaar afgestemd worden. Samenwerking is het antwoord.

De Regering maakt van innovatie en digitale transformatie een speerpunt van haar beleid. Vlaanderen moet smaakmaker en voortrekker worden op het vlak van toepassingen in de nieuwe data-economie en artificiële intelligentie. Een zo snel mogelijke invoering van het 5G-netwerk in heel Vlaanderen is een grote prioriteit. Want dat zal ervoor zorgen dat we de nieuwste spitstechnologieën kunnen inzetten om Vlaanderen gezonder te maken, verkeersstromen beter op elkaar af te stemmen, energie te besparen, informatie efficiënter uit te wisselen, fraudeurs sneller te klissen, maar ook bijvoorbeeld nieuwe roboticatoepassingen te lanceren of zware videobestanden in een oogwenk door te sturen.

Met een taskforce in de schoot van de Vlaamse regering zullen we de komende weken alle mogelijke maatregelen treffen om de nefaste invloed van een mogelijke “no-deal brexit” op te vangen.

Een warm en zorgzaam Vlaanderen

De Regering legt de lat hoog en wil dat alle Vlamingen het beste van zichzelf kunnen geven, maar dat is enkel mogelijk in een warm en sociaal Vlaanderen. Vlaanderen is rijk aan organisaties, verenigingen en vrijwilligers. Ze geven onze samenleving mee vorm en verdienen onze steun. Wie hulp nodig heeft, laten we nooit in de steek. Voor de ondersteuning van kwetsbaren maakt de Vlaamse Regering de nodige budgetten vrij. Deze gaan bij voorkeur naar de mensen zelf in plaats van de structuren. Voor mensen met een handicap dringen we de wachtlijsten zo snel mogelijk terug. Maar we investeren ook verder in jeugdhulp, in geestelijke gezondheidszorg en in kwaliteitsvolle en betaalbare thuis- en residentiële zorg voor onze ouderen. Sociaal ondernemerschap kan helpen om de wachtlijsten in te korten. We zien erop toe dat de factuur voor zorgbehoevenden in een woonzorgcentrum betaalbaar blijft. Er komt een nieuw zorgbudget voor ouderen die moeite hebben om de rusthuisfactuur te betalen, we voorzien meer personeel per rusthuisbed en we verstrengen de controle op de dagprijzen. We zorgen ook voor extra plaatsen en meer flexibiliteit in de kinderopvang, De betaalbaarheid en leefbaarheid van de kinderopvang staat voorop. Daardoor zullen Vlamingen werk en gezin beter kunnen combineren. Het “Groeipakket”, het nieuwe systeem van kinderbijslag, gaan we efficiënter organiseren.

De armoedeproblematiek, in het bijzonder ook kinderarmoede belangt ons allemaal aan. Het gaat om een gedeelde verantwoordelijkheid, van de samenleving, van het hele beleid. We nemen maatregelen in onderwijs, werk, wonen, … om armoede te voorkomen en tegen te gaan.

In een warm Vlaanderen moet iedereen ook goed kunnen wonen. Veel Vlamingen kiezen ervoor om een woning te kopen, en dat is een goede zaak. We verschuiven tijdens deze bestuursperiode het fiscale voordeel van het “hebben” van een woning naar het “verwerven” ervan. De woonbonus – die de huizen duurder heeft gemaakt - laten we uitdoven. Nadat de registratierechten tijdens de vorige regeerperiode van 10% naar 7% zakten, verlagen we ze nu verder naar 6%. We stimuleren de renovatie van woningen, zodat ze minder energie gebruiken en CO2 uitstoten. Maar net zo goed houden we de privé-huurmarkt kwalitatief en betaalbaar. We blijven ook in sociale woningen investeren. Iedere gemeente engageert zich op het zogenaamde Bindend Sociaal Objectief. Gemeenten die het BSO hebben bereikt, kunnen financiering van de Vlaamse overheid verkrijgen tot maximum 15%.

De toewijzing van sociale woningen aan de mensen zelf gebeurt chronologisch: wie eerst komt, heeft voorrang. Daarbij geldt de absolute voorrangsregel van lokale binding: een kandidaat-huurder moet de jongste tien jaar voor de toewijzing minstens vijf jaar onafgebroken in de gemeente hebben gewoond. Om misbruiken te voorkomen, voeren we ook een middelentoets in bij de inschrijving en toewijzing van een sociale woning.

Strijd tegen misbruiken

De Vlaamse Regering wil dat alle middelen die worden geïnvesteerd, op de juiste plaats terechtkomen. Tegen alle vormen van fraude en misbruik treden we streng op. De Vlaamse Regering maakt van een effectieve en efficiënte handhaving een topprioriteit, zonder ellenlange procedures. Bij inbreuken op Vlaamse regelgeving moeten bestuurlijke handhaving en strafrechtelijk beleid aanvullend aan elkaar worden ingezet. Vlaanderen heeft tal van bevoegdheden inzake justitie, handhaving en bestuursrechtspraak. De Minister van Justitie en Bestuurlijke Handhaving ziet daar op toe.

We voeren, binnen onze bevoegdheden, de strijd op tegen georganiseerde en ondermijnende misdaad. We organiseren daarvoor een speciale Vlaamse Handhavingsdienst. De Vlaamse overheid is gebaat bij een vlotte informatie-uitwisseling met de federale inlichtingen- en veiligheidsdiensten, maar ook met de lokale overheden.

Een inclusieve samenleving

Diversiteit in de Vlaamse samenleving kan een meerwaarde vormen, maar stelt ons ook voor uitdagingen. Daarom kiezen we resoluut voor een nieuwe aanpak. Een aanpak waarbij we meer inspanningen vragen aan wie toetreedt tot onze samenleving, maar waar we tegelijk ook de inspanningen opvoeren om meer “met” en minder “naast” elkaar te leven. Nieuwkomers die succesvol inburgeren, krijgen alle kansen in onze samenleving. Iedereen heeft gelijke rechten, maar ook gelijke plichten.

De lat wordt voor nieuwkomers hoger gelegd inzake de kennis van het Nederlands, onze gedeelde normen en waarden en het actief deelnemen aan onze samenleving. We vragen hen om een Vlaamse participatieverklaring te ondertekenen en stappen af van het gratis inburgeringsbeleid. Inburgeraars zullen een financiële bijdrage moeten betalen wanneer ze in een inburgeringstraject stappen. De toegang tot ons sociaal systeem wordt beperkt. Nieuwkomers moeten eerst bijdragen aan het systeem voor ze de voordelen van de Vlaamse sociale bescherming kunnen genieten. Wie aanspraak wil maken op een zorgbudget moet voortaan tien jaar wettelijk en legaal en vijf jaar ononderbroken in Vlaanderen verblijven. Asielzoekers krijgen bij erkenning geen retroactieve kinderbijslag meer.

Maar we bieden nieuwkomers ook meer kansen, door de invoering van een nieuwe pijler in het inburgeringstraject, waarbij we bijvoorbeeld via buddyprojecten nieuwkomers een netwerk laten bouwen en helpen om sneller te integreren. We bundelen goede praktijken op het vlak van samenleven en promoten die. Organisaties die segregatie in de hand werken subsidiëren we niet langer, maar initiatieven die samenleven bevorderen verdienen onze steun.

Wie hier geboren is of met succes is ingeburgerd, is een volwaardig lid van onze gemeenschap. We verwerpen racisme in al zijn vormen en treden er consequent tegen op. Er komen extra acties om discriminatie op de arbeidsmarkt aan te pakken.

Bij de Vlaamse overheid moeten veel mensen met veel verschillende visies kunnen werken. Maar de uiterlijke tekenen van die persoonlijke overtuiging kunnen niet worden getoond. Uiterlijke symbolen van levensbeschouwelijke, religieuze, politieke of andere overtuigingen worden daarom bij rechtstreeks klantencontact niet gedragen. Lokale besturen behouden wel hun vrijheid om de neutraliteit van hun dienstverlening vorm te geven. Ook in het onderwijs waarborgen we de neutraliteit. In het Provinciaal en het Gemeenschapsonderwijs zorgen we voor de levensbeschouwelijke neutraliteit voor leerkrachten en leerlingen. Voor het vrij onderwijs en dat van de steden en gemeenten geldt de autonomie.

We creëren een helder kader in het omgaan met geloofsgemeenschappen. De erkenningsregels worden scherper, zodat we beter het kaf van het koren kunnen scheiden. Wie tegen ons maatschappijmodel ageert, verliest zijn erkenning. Wie zich inschakelt, zijn onze bondgenoten. Lokale geloofsgemeenschappen die willen erkend worden en de bijbehorende financiering ontvangen, moeten een wachtperiode van vier jaar met gunstig gevolg doorlopen.

Ook voor nieuwe scholen komen er strengere erkenningsvoorwaarden. Een school oprichten kan nog enkel na formele goedkeuring door de Vlaamse Regering. We willen er zeker van zijn dat Vlaamse scholen de grond- en mensenrechten strikt toepassen. Bij twijfel over radicalisering, veiligheid van de staat of buitenlandse inmenging voeren we een grondige audit uit.

Een zelfbewust Vlaanderen

Een gedeelde samenleving is maar mogelijk als onze jonge generaties beseffen vanwaar we komen. Het is essentieel dat we de Vlaamse identiteit complexloos kunnen beleven, onder meer via gedeelde symbolen. Tegen die achtergrond vragen we aan een groep onafhankelijke experts om op wetenschappelijke basis een Canon van Vlaanderen op te stellen. Het gaat om een lijst van ankerpunten uit onze Vlaamse cultuur, geschiedenis en wetenschappen, die zowel in het onderwijs als in het kader van inburgeringstrajecten ter ondersteuning gebruikt worden. We kijken ook uit naar een museum dat onze Vlaamse geschiedenis en cultuur voor het brede publiek ontsluit. Ook de VRT draagt bij aan de Vlaamse identiteit.

De Vlaamse regering zal ook voluit investeren in een ambitieus en coherent internationaal beleid. We ondersteunen onze bedrijven in hun exportactiviteiten en spelen onze toeristische troeven uit. Een ambitieus toeristisch beleid draagt daartoe bij.

Omgeving, klimaat en energie

Een andere uitdaging is de zorg voor het klimaat. Daarbij gaan we uit van ambitieuze en realistische doelstellingen. Voor de omslag naar een klimaatneutrale en duurzame samenleving is wereldwijde actie nodig. Dat kan Vlaanderen niet alleen. Door de nadruk te leggen op technologische innovatie (carbon capture, waterstof,…) kunnen onze bedrijven en kennisinstellingen veel doen, zonder onze economische groei, de concurrentiepositie van onze ondernemingen en onze maatschappelijke welvaart te fnuiken. We streven naar een vermindering van minstens 80% van de uitstoot van broeikasgassen in Vlaanderen tegen 2050. We hebben in Vlaanderen voldoende ondernemerschap, creativiteit, kennis en expertise in huis om die klus te klaren. We trekken daarbij voluit de kaart van de energie-efficiëntie en verdubbelen wind- en zonne-energie tegen 2030. Verstandiger omgaan met energie tempert ook onze energiefactuur.

Ook de open ruimte staat in Vlaanderen onder druk. We kunnen ons niet permitteren alle ruimte die er nog is, vol te bouwen. Daarom maken we werk van een bouwshift, waarbij we naar een beter evenwicht streven tussen kwaliteitsvol wonen, ondernemen en het beschermen van de open ruimte. Er komt een Staten-Generaal om een werkbaar Beleidsplan Ruimte Vlaanderen concreet op te stellen. Daar worden ook de lokale besturen, projectontwikkelaars en de milieuverenigingen actief bij betrokken. De overheid moet betrouwbaar zijn. We waken erover dat het eigendomsrecht gewaarborgd blijft: wie nadeel ondervindt van een herbestemming, wordt volledig financieel gecompenseerd. Tegen 2030 moet er 10.000 hectare bos bijkomen. Daarenboven moet er 20.000 bijkomende hectare natuur onder effectief natuurbeheer komen. Vlaanderen zal dus groener worden. Bescherming van de open ruimte gaat hand in hand met een duurzame en innovatieve land- en tuinbouw als belangrijke schakel in de voedingssector en de Vlaamse industrie. Ook voor het welzijn van dieren blijven we het voortouw nemen. Lokale besturen met veel open ruimte krijgen extra middelen om die ruimte ook te vrijwaren.

Mobiliteit

Verder zal de mobiliteitsdruk de volgende jaren ongetwijfeld toenemen. De Regering zal daarom fors investeren in maatregelen die erop gericht zijn om burgers en bedrijven vlot te laten schakelen tussen verschillende vervoersmiddelen. Een openbaar vervoer, dat we groener en efficiënter maken, en de fiets bieden een weg uit de file in elke gemeente en stad. Met een gegarandeerde dienstverlening, extra aanbod en meer stiptheid zorgen we voor een betrouwbaar openbaar vervoer. En met een verdubbeling van de investeringen in fietspaden maken we van de fiets nog meer een volwaardig alternatief.

Maar evengoed blijven we zwaar investeren in weginfrastructuur, naast de alternatieven voor de wagen. De aanschaf van een nieuwe milieuvriendelijke wagen wordt fiscaal aantrekkelijker. Bij grote infrastructuurprojecten willen we ervoor zorgen dat het algemeen belang primeert. Het kan niet dat louter particuliere belangen infrastructuurwerken buitenproportioneel lang tegenhouden. We zetten ondertussen voluit in op technologie die onze infrastructuur en voertuigen slimmer maakt.

Een slanke moderne overheid met een gezonde begroting

De Vlaamse Regering heeft zich op het financiële vlak altijd een goede huisvader getoond, en dat zal zo blijven. We houden het budgettair tekort zo klein mogelijk, en streven naar een begroting in evenwicht 2021. De nieuwe Vlaamse Regering wil een echte investeringsregering zijn. Dat is nodig om Vlaanderen voor te bereiden op de snel veranderende wereld. Tegen het einde van de legislatuur willen we de 3% norm voor de gezamenlijke O&O-investeringen van overheid en ondernemingen bereiken. Gerichte investeringen zijn verantwoord, als ze op termijn renderen. Als we hervormingen doorvoeren, zullen die moeten passen binnen de globale begrotingsdoelstellingen over de nieuwe bestuursperiode heen. We realiseren ook belangrijke belastingverlagingen in bepaalde domeinen (registratierechten in de woonfiscaliteit, de vriendenerfenis in de erfbelasting en de jobbonus). Dat moet onze gezinnen en onze bedrijven de nodige zuurstof geven om, samen met ons, de droom van Vlaamse excellentie te realiseren. Ook onze steden en gemeenten zullen kunnen rekenen op extra ondersteuning. Zo behouden we de groeinorm van 3.5% in het Gemeentefonds en dragen we bij in de pensioenlasten van de lokale besturen.

We willen een gezonde, slanke maar krachtige overheid, die elke euro omdraait, met een stevige dosis realisme. De lokale en Vlaamse overheden gaan ook radicaal digitaal. We mikken op een “state of the art”-dienstverlening aan de burger, met zo weinig mogelijk paperassen. Daarbij hebben we bijzondere aandacht voor de mensen die nog niet mee zij met de digitale trein. Voor regelneverij en navelstaarderij is er geen plaats.

Ook de politiek moet meegaan met haar tijd. Burgers krijgen meer inspraak bij lokale verkiezingen. We schaffen de opkomstplicht af, net zoals de lijststem. En we geven de burger meer invloed op de verkiezing van de burgemeester.

Institutionele context

Vlaanderen heeft zich in een lang historisch proces en dankzij de inzet van verschillende generaties ontwikkeld tot een deelstaat van het koninkrijk België en tot deel van de Europese Unie. Het is een democratische en sociale rechtsstaat en vormt een natie met een eigen taal en cultuur, met een democratische politieke traditie en met respect voor de individuele vrijheid, de lokale autonomie, het private initiatief en het verenigingsleven. Het heeft in zijn rechtsorde een systeem van rechten en plichten opgezet en een basisstructuur om samen te leven in solidariteit, in een streven om iedereen die in Vlaanderen leeft een menswaardig bestaan aan te bieden.

In het licht van de belangrijke maatschappelijke uitdagingen is het noodzakelijk dat we de institutionele hindernissen aanpakken en een besluitvorming ontwikkelen die efficiëntie en de democratische beginselen met elkaar verzoent. De Vlaamse Regering nodigt de Vlaamse volksvertegenwoordiging uit om een grondige reflectie op te starten over de gewenste staatsinrichting en geeft ze de nodige vrijheid en ruimte om die concreet invulling te geven.

Binnen het actuele wettelijke en grondwettelijke kader zal de Vlaamse Regering er intussen op toezien dat de bestaande bevoegdheden maximaal ingevuld worden en dat, wanneer overleg niet zou lukken, alle wettelijke instrumenten ingezet worden wanneer andere overheden op onze bevoegdheidsdomeinen ageren of onze belangen in het gedrang brengen.