Turkse inval in Noord-Syrië nakend, Koerden roepen op tot mobilisatie

“We kondigen drie dagen van algemene mobilisatie aan in het noorden en oosten van Syrië”, aldus een verklaring waarin alle burgers worden opgeroepen om “naar de grens met Turkije te gaan om zich te verzetten tijdens dit gevoelige historische moment”.

Ook Koerden in de rest van Syrië en in het buitenland worden opgeroepen om te protesteren tegen het geplande offensief van Ankara.

De Turkse regering had eerder gezegd dat een offensief tegen de Koerden in Noord-Syrië “spoedig” zou beginnen. Een Turkse beambte, die anoniem wenste te blijven, meldde vanmorgen aan Bloomberg dat troepen al begonnen waren met de oversteek naar Syrië. Dat bericht is intussen ontkend door Turkse functionarissen. “De voorbereidingen zijn bezig”, klinkt het. “Soldaten hebben vanmorgen met zwaar materiaal een blok verwijderd aan de grensmuur.”

Turkije begon zich op de inval voor te bereiden sinds de Amerikaanse president Donald Trump zondag de terugtrekking van Amerikaanse troepen in het gebied aankondigde. Die plotse koerswijziging van Trump werd wereldwijd bekritiseerd, ook binnen zijn eigen partij.

Noodtoestand

Als reactie op de Turkse aanval roepen de Syrische Koerden ook burgers op om zich naar de frontlinies te begeven. De Koerdische autoriteiten in het noordoosten van Syrië hebben de noodtoestand uitgeroepen. “We kondigen drie dagen van algemene mobilisatie aan in de regio”, klinkt het.

Verwacht wordt dat het Turkse leger de Koerdische stellingen eerst met artillerievuur en luchtbombardementen zal bestoken voor er een grondoffensief komt.

Het offensief richt zich tegen Koerdische troepen ten oosten van de Eufraat. De Koerdische Volksbeschermingseenheden (YPG) controleren daar een groot gebied aan de grens met Turkije. Ankara beschouwt de militie als een terreurorganisatie. De YPG is tegelijk een belangrijke bondgenoot van de Verenigde Staten in de strijd tegen de terreurmilitie Islamitische Staat (IS) in Syrië. 

De secretaris-generaal van de Verenigde Naties, António Guterres, heeft alle betrokken partijen opgeroepen tot maximale terughoudendheid. Hij vraagt dat burgers en civiele instellingen beschermd worden en dat de humanitaire toegang tot noodlijdenden bewaard blijft.