“Een bom in de Jacob.” Zo klonk het telefoontje van een fuifganger in de nacht van 22 september 2001 naar de politie. Vermoedelijk was de man de toegang tot de fuifzaal in de Antwerpse Sudermanstraat geweigerd. De ontruiming van zaal Jacob verliep niet zonder slag of stoot.

Twee groepjes allochtone jongeren raakten verderop slaags met elkaar. Er werden zelfs messen getrokken. Mohammed A.I. (17) – die pas van Antwerpen naar Moeskroen was verhuisd – werd geraakt en overleed. Het moordwapen werd later in een discotheek gevonden.

De illegaal Mohamed D.A. kwam als verdachte in beeld. Betrokkenen bij de knokpartij legden belastende verklaringen af en herkenden hem op foto’s. Maar de man was met de noorderzon verdwenen. Het Antwerpse gerecht vaardigde daarop een internationaal aanhoudingsbevel uit.

De verdachte was naar Frankrijk gevlucht, waar hij onder een valse naam een nieuw leven begon. Maar de criminaliteit zweerde hij niet af. Mohamed D.A. belandde meerdere keren in een Parijse cel, maar nooit werd de link gelegd met de steekpartij in Antwerpen.

DNA-onderzoek

Tot onderzoekers aan de hand van een nieuwe techniek het DNA van Mohamed D.A. op het moordwapen vonden. De verdachte werd eind 2013 gearresteerd en uitgeleverd aan ons land.

De veertiger betwist dat hij de fatale messteek toebracht. “We hebben twijfels bij de betrouwbaarheid van de verklaringen in het dossier”, zeggen ­advocaten Jorgen Van Laer en Sanne De Clerck.

De nabestaanden verwachten veel van het proces. “Ze hopen op een veroordeling, zodat ze verder kunnen met het verwerken van het verdriet”, zegt advocate Joke Vanbelle.