Direct naar artikelinhoud
Reportage

Chileense jongeren blijven demonstreren voor een nieuwe volksvertegenwoordiging

Demonstranten in Santiago, de hoofdstad van Chili.Beeld Kees Broere.

Baby’s trotseren traangas terwijl hun ouders tegen de ‘corruptie van het kapitalisme’ demonstreren in de Chileense hoofdstad Santiago. Dinsdagnacht protesteerden weer tienduizenden tegen de extreme ongelijkheid in het land. Correspondent Kees Broere ziet hoe de radicalen geweld incalculeren en de straat overnemen.

De man van het boekenstalletje is totaal verrast. Hij heeft net zijn tweedehands exemplaar van een bundel met de titel Burgerlijke ongehoorzaamheid op zijn tafel buiten netjes recht gelegd, als een groep jongeren door zijn steegje in het centrum komt rennen. Demonstranten? Hier ook al?

Jazeker, ook hier. Hij kijkt om zich heen. De menigte die zich uit de voeten maakt voor traangasgranaten van de politie, bestaat vrijwel helemaal uit jongeren van onder de dertig jaar. Zij zijn de Latijns-Amerikaanse variant van de Born Free generatie in Zuid-Afrika. Geboren in vrijheid, na de dictatuur van Pinochet.

Maar het enthousiasme en de felheid waarmee deze jongeren demonstreren, voor de zoveelste dag alweer in de Chileense hoofdstad Santiago, doet bijna vermoeden dat ze niet het gevoel hebben in een heuse democratie te leven. De teksten die ze op kartonnen borden met zich meedragen, versterken dat idee. Of de spreuken die ze op muren kalken, als trotse erfgenamen van beroemde Chileense dichters.

Prefiero morir a perder la vida’ staat ergens geschreven: Ik sterf nog liever dan het leven te verliezen. Niet minder dan hun hele toekomst lijkt hier op het steeds harder gespeelde spel te staan. Ze willen het aftreden van president Sebastián Pinera. Ze eisen dat alle volksvertegenwoordigers plaatsmaken voor een nieuwe grondwetgevende vergadering. En o ja, dit hebben zij nog meegekregen van de protesten van de vorige generatie: ‘Un pueblo unido, jamás será vencido’: een verenigd volk zal nooit overwonnen worden.

Een baby met traangas in de ogen.Beeld Kees Broere

Traangasgranaten

De demonstratie van dinsdag, die tegen het einde van de middag goed op gang komt, trekt opnieuw vele tienduizenden, wellicht honderdduizenden mensen. Dit keer probeert de harde kern te protesteren bij La Moneda, het presidentieel paleis. Maar pantserwagens, sommige uitgerust met waterkanonnen, en politieagenten die van behoorlijk dichtbij traangasgranaten afvuren, zorgen ervoor dat de meute niet echt dicht in de buurt van het paleis komt.

Het zijn historische tijden, daarover lijkt vrijwel elke Chileen het eens te zijn. Dat de volksprotesten ver weg in Libanon voor het aftreden van de premier daar hebben gezorgd, is in Santiago nog nauwelijks bekend. Hier maakt een vrouw zich nu vooral zorgen over haar dochtertje, dat zomaar ineens het woord ‘uitgaansverbod’ ging gebruiken. Een andere ouder schreeuwt om water, als zijn zuigeling traangas in de ogen heeft gekregen.

Dat de protesten allang niet meer rustig verlopen, lijkt deze dinsdag iedere demonstrant in te calculeren. Tot nu toe zijn bij de demonstraties zeker negentien doden en honderden gewonden gevallen. Ook vandaag is het al snel druk bij een geïmproviseerde tent van het Chileense Rode Kruis. Een ambulance wringt zich tussen de mensen op straat door. Links knalt het; rechts klinkt angstig geschreeuw. Alleen een huisschilder maakt, heel stoïcijns, dat ene hoekje nog even netjes af.

Van interviews komt het nu even niet. Ook onderling zijn de jongeren weinig met elkaar in gesprek. Het is zaak voortdurend alert te blijven, meteen in beweging te kunnen komen, en steeds uit te kijken naar de hoek waarvandaan een nieuwe flard traangas hun tegemoet kan waaien. Alleen op een groot plein, bij het standbeeld van een uit de gratie geraakte held op, jawel, een paard, is er tijd om met veel verschillende vlaggen te zwaaien en een halflekke groene bal hoog in de lucht te houden.

Demonstranten op straat in Santiago.Beeld Kees Broere

Politieke reactie

Ondertussen blijft het voor de demonstranten gissen naar de reactie van de politieke autoriteiten op de aanhoudende protesten. President Pinera heeft de afgelopen dagen te kennen gegeven zich toch te vinden in de vele zorgen die zijn burgers hebben, kondigde een programma van ‘sociale hervormingen’ af en ontsloeg een aantal van zijn ministers. Maar om nu meteen ook maar de liberale markteconomie helemaal af te schaffen, zoals een aantal radicale groepen wil, daar heeft hij geen oren naar. De meeste Chilenen trouwens evenmin.

Het gaat niet om “kapitalisme ja dan nee”, zegt een demonstrant, “maar om de corruptie die bij dat kapitalisme in Chili ongebreideld is gebleken”. Het sociaalpolitieke systeem moet transparanter; de vaak enorme sociaaleconomische ongelijkheid doet steeds meer burgers het geloof in hun democratie verliezen. Maar dat de regering vaak zo hard tegen de betogers optreedt, geeft volgens diezelfde betogers aan dat de politieke leiders de bevolking niet echt tegemoet willen komen. “Dan zal het protest op zeker moment doven”, zegt een andere demonstrant, “en zal blijken dat er nog steeds niets echt veranderd is”.

Die laatste gedachte kan voorbarig zijn. Los van wat ‘de straat’ momenteel in Chili allemaal losmaakt, en heus niet alleen in de hoofdstad, beseffen veel mensen dat echte oplossingen pas na overleg tot stand kunnen komen. Onbekend is momenteel of achter de schermen en achter de traangasgranaatwolken dat overleg inmiddels op gang begint te komen.

In het centrum van Santiago is dat dinsdagavond zeker niet het geval. De sfeer wordt steeds grimmiger en de overheersende kleur van de kleding van demonstranten steeds anarchistisch-zwarter, naar mate de duisternis de straten in bezit neemt. Na acht uur ’s avonds lijken de knallen steeds meer op echte geweerschoten. Alles is in beweging. Alleen de eeuwige sneeuw op de flanken van het majestueuze Andesgebergte, daarnet nog net zichtbaar even buiten de hoofdstad, verroert zich niet.

De Chileense president kondigde eerder sociale hervormingen aan. Is het genoeg?