B. is van Marokkaanse afkomst, maar bracht zijn hele leven in Molenbeek door. In 2014 werd hij in ons land gevat en veroordeeld tot vier jaar cel tijdens het zogenaamde Zerkani-proces, waar verschillende terroristen veroordeeld werden. B. was een goede vriend van ISIS-commandant Abdelhamid Abaaoud, die de aanslagen in Parijs regisseerde en in de nasleep daarvan omkwam bij een schietgevecht met de Parijse politie.

Otman B., die voor de terrorismezaak al vijf andere veroordelingen opliep in ons land, was een soort boodschapper van Abaaoud. Hij vertrok van Molenbeek naar Syrië met kleren en 8.000 euro cash voor de commandant. Hij vocht er ook aan diens zijde bij ISIS. Tijdens een telefoongesprek met zijn ex vertelde hij: “Ik verzorg zieken en vermoord ongelovigen.”

Nadat hij zijn straf uitgezeten had, enkele maanden geleden, is B. meteen naar het gesloten centrum in Vottem gestuurd, met oog op een uitwijzing naar Marokko. Maar de man tekende verzet aan. “Er bestaat een kans dat ze me daar zullen folteren, en volgens het mensenrechtenverdrag mag je dan niet uitgewezen worden”, luidt zijn verdediging. Bovendien zegt B. ook dat hij hiv of zelfs aids heeft, wat door verschillende welingelichte bronnen wordt bevestigd. Omdat hij vreest dat hij in Marokko niet de verzorging kan krijgen die nodig is, wenst hij niet uitgewezen te worden.

Voor de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen werd zijn verzoek verworpen, waardoor hij voorlopig in Vottem opgesloten blijft. Het is niet duidelijk of de man beroep aantekent bij de Raad van State. Indien niet, zal hij alsnog uitgewezen worden. Geen van zijn beide advocaten wou iets kwijt over de zaak. “Dit behoort tot de privacy van onze cliënt.”(cds, phu)