De pensioenhervorming door minister Daniel Bacquelaine heeft ook gevolgen voor de erg lange carrières, zo waarschuwt de socialistische vakbond. De minister verdedigt de maatregel.

Vroeger kon men maximaal 45 jaar loopbaan laten meetellen in de pensioenberekening. Maar de regering wil wie lang werkt daarvoor belonen. Vanaf 2018 zullen ook de periodes na 45 jaar loopbaan meetellen in het pensioen.

Een goede zaak dus voor wie op jonge leeftijd is beginnen werken en ook op het einde van zijn carrière nog actief is. Maar, zo waarschuwt de socialistische vakbond, de extra dagen tellen enkel mee als ze effectief worden gepresteerd.

“Wie meer dan 45 jaar loopbaan heeft maar op het einde van zijn loopbaan ziek of werkloos valt, of op brugpensioen gaat, zal daar geen pensioen meer voor krijgen”, legt Celien Vanmoerkerke van de ABVV-studiedienst uit.

Zware achteruitgang

En er is een tweede maar, aldus nog het ABVV. “Vandaag worden bij de pensioenberekening van lange loopbanen de beste 45 jaar als basis gebruikt voor de berekening. In de toekomst worden dat de 45 eerste jaren. De eerste jaren zijn niet de beste, maar juist vaak de jaren met de laagste lonen, met interimcontracten of zelfs werkloosheid. Dit is een erg zware achteruitgang”, klinkt het bij het ABVV.

De vakbond wijst ook op een discriminatie. “Er wordt een discriminatie ingevoerd tussen wie inactief is gedurende de loopbaan en wie dat is op het einde van de lange loopbaan. Wie midden in de loopbaan ziek of werkloos valt maar op het einde wel actief is, zal wel een hoger pensioen krijgen, terwijl die beide groepen in de feiten toch evenveel gewerkt hebben.”

Gepresteerde werkdagen

Minister van Pensioenen Daniel Bacquelaine verdedigt de maatregel. “Het betreft een zeer positieve maatregel die het voortzetten beoogt van de beroepsactiviteit na de 14.040 dagen die noodzakelijk zijn voor een volledige loopbaan. Alle gepresteerde werkdagen voor de pensionering zullen inderdaad in aanmerking worden genomen voor de pensioenberekening”, zegt hij.

Maar zo’n aanvullende pensioenrechten hebben ook een kost, wijst de minister er op. Die kost wordt gecompenseerd door het nieuwe systeem. “Het komt er op neer dat de teller van de beroepsloopbaan stopt met tellen na 14.040 dagen, behalve voor de effectief gepresteerde werkdagen. Deze laat niet meer toe te kiezen voor de meest voordelige loopbaandagen zoals momenteel het geval is wanneer men de éénheid van loopbaan overschrijdt”.

(belga)