Direct naar artikelinhoud
Mystery callsDiscriminatie

Mysterycalls op arbeidsmarkt zijn maat voor niets: amper twee onderzoeken

Mysterycalls op arbeidsmarkt zijn maat voor niets: amper twee onderzoeken
Beeld thinkstock

Bijna 20 maanden nadat een wet van kracht ging voor mysterycalls op de arbeidsmarkt, zijn er amper twee onderzoeken gebeurd. ‘De cijfers bewijzen dat de wet een lege doos is.’

De mysterycalls op de arbeidsmarkt leveren voorlopig geen enkel resultaat op. Tot nu toe werd er voor vier mogelijke gevallen van discriminatie een aanvraag ingediend om mysterycalls uit te voeren. Slechts in twee gevallen kwam er toestemming, telkens konden er geen inbreuken vastgesteld worden. Dat blijkt uit een antwoord van minister van Werk Nathalie Muylle (CD&V) op een vraag van onder meer Evita Willaert (Groen).

De wet op de mysterycalls ging in april vorig jaar in voege, maar was eigenlijk tandeloos tot begin dit jaar. Pas dan kon de arbeidsinspectie ook echt aan de slag. Als er een vermoeden is van discriminatie bij sollicitaties, kunnen inspecteurs zelf solliciteren en nagaan of er inderdaad mensen worden uitgesloten om onwettige redenen. Intussen zouden zo’n 30 mensen een opleiding gekregen hebben.

Critici wijzen er echter al lang op dat de wet en de precieze mogelijkheden van de inspecteurs met opzet zo log in elkaar zitten dat het zo goed als onmogelijk is om met mysterycalls discriminatie op te sporen. De drempel ligt daarvoor te hoog, klinkt het. Zo moeten er aanwijzingen zijn die ondersteund worden door datamining, en mag er geen andere manier zijn om de discriminatie te kunnen aantonen. “Het slachtoffer van de mogelijke discriminatie moet ook zelf klacht indienen. Maar vaak weet zo iemand helemaal niet dat hij slachtoffer is”, zegt Willaert. “De wet is een lege doos, dat bewijzen de cijfers.”

Bovendien geldt de wet enkel voor twee specifieke vormen van discriminatie: op basis van ras of van gender. De inspectie mag dus niet nagaan of iemand een job geweigerd wordt door homofobie, omwille van een handicap of omdat die persoon te oud is. De inspecteurs mogen ook enkel telefonisch onderzoek doen. Willen ze controleren of er gediscrimineerd wordt op basis van ras, dan moeten ze daarvoor een buitenlands accent imiteren.

“Het probleem is vooral dat we geen klachten krijgen om te onderzoeken”, zegt Miet Deckers, woordvoerster van minister Muylle. “De wet is ook nog maar een klein jaar operationeel.” Op de vraag of de wet niet moet bijgestuurd worden om ze slagkrachtiger te maken, antwoordt ze: “Daar moet de politiek maar over oordelen.”

Evita Willaert (Groen): ‘Het slachtoffer van de mogelijke discriminatie moet ook zelf klacht indienen. Maar vaak weet zo iemand helemaal niet dat hij slachtoffer is.’Beeld BELGA