Protest blijft duren in Colombia, 7.000 militairen op straat om orde te bewaren
In Colombia is er voor de derde dag op rij betoogd tegen de regering van president Ivan Duque. Vooral 's avonds kwamen gisteren duizenden betogers op straat in de hoofdstad Bogota. Vrijdag kondigde de burgemeester een avondklok af in de hoofdstad, maar die hield de manifestanten niet tegen.
De Colombiaanse president Ivan Duque heeft gezegd dat vandaag de "nationale dialoog" van start zou gaan, waarmee hij het protest wil bezweren. Duque is van plan om met verschillende burgemeesters, gouverneurs, en andere sociale groepen in gesprek te gaan.
Sinds donderdag woeden er protesten in Colombia tegen de regering, toen kwamen er zo'n 250.000 mensen op straat. Zaterdag kondigde de burgemeester van de hoofdstad Bogota, waar de grootste protesten zijn, een avondklok af.
Maar die maatregel had weinig resultaat: op zaterdagavond kwamen weer duizenden mensen op straat in de hoofdstad. Ze trommelden op potten en pannen als teken van hun ongenoegen.
Er is een grote politiemacht ingezet en ook 7.000 militairen moeten de situatie onder controle houden. Zaterdag raakte ook een tienerjongen zwaar gewond, toen de politie met traangas een groep manifestanten uit elkaar wou drijven.
Waarom wordt er geprotesteerd?
De protesten zijn gericht tegen het conservatieve beleid van de regering van Duque, en mogelijke hervormingen van onder meer het minimumloon en de pensioenen. Duque zegt zelf dat mogelijke hervorming besproken zouden worden met vakbonden. De manifestanten zijn ook ontevreden over de uitvoering van het vredesakkoord met de rebellengroep FARC (Revolutionaire Gewapende Macht van Colombia).
In verschillende landen in Zuid-Amerika is het de laatste weken bijzonder onrustig. In Chili woeden hevige protesten en ook in Bolivië. Daar moest de president Evo Morales aftreden, onder druk van de betogers. De manifestanten komen vooral op straat tegen sociale ongelijkheid en corruptie van de machthebbers.