Direct naar artikelinhoud
Taal

‘Winkelhieren’: slap woord van het jaar, wel ‘slim van Unizo’

‘Winkelhieren’: slap woord van het jaar, wel ‘slim van Unizo’
Beeld Tim Dirven

Het woord van het jaar is ‘winkelhieren’ laat de Vlaamse Dikke Van Dale weten. En die keuze heeft alles te maken met de campagne die bedenker Unizo hiervoor voerde. ‘Slim’, vinden marketingexperts. Al is het maar de vraag of het woord ook een vaste plek in onze taal zal krijgen.

‘Klimaatspijbelaar’. Intuïtief dachten veel mensen dat dit het woord van het jaar zou worden. Maar dat is niet het geval. Het nieuwe woord dat opgenomen wordt in de digitale Dikke Van Dale is ‘winkelhieren’, oftewel bij lokale bedrijven en winkels kopen. Van de 9.000 Vlamingen die een online stem uitbrachten, hebben er 33 procent of bijna 3.000 voor dit woord gekozen.

Dat ‘winkelhieren’ gewonnen heeft, wordt opmerkelijk bevonden. Het is immers lastig uit te spreken, de ‘h’ zit wat in de weg. Ook hoor je maar weinig mensen het woord effectief gebruiken. Maar dat is in deze competitie allemaal van weinig tel, zegt Ruud Hendrickx, taaladviseur van de VRT en hoofdredacteur van de Vlaamse Dikke Van Dale. “Winkelhieren is een campagnewoord en er is veel campagne voor gevoerd, namelijk door Unizo”, zegt hij. In de zomer pakte de Unie van Zelfstandige Ondernemers met de vondst uit om mensen zo aan te vuren vaker te kopen bij binnenlandse handelaars in plaats van in pakweg China via een digitale bezorgdienst. Unizo haalde met de winkelhieren-campagne zelfs Het journaal en is sindsdien blijven oproepen om het tot woord van het jaar te verkiezen.

“Dat dat is gelukt, is niet zo verbazend”, zegt Hendrickx. “Het gebeurt nog dat campagnewoorden het goed doen en in de lijst genomineerden of in de top drie belanden.” Zo ijverde Natuurpunt voor ‘egelwegel’ en probeerde Radio 1 ‘jagger’, een woord dat de actieve oudere moet omschrijven, op één te krijgen. ‘Moordstrookje’, het woord dat vorig jaar won, komt ook uit de activistische sfeer. Fietsersverenigingen gebruikten de term, die gebruikt wordt om aanliggend, gelijkgronds fietspad te duiden, om mensen wakker te schudden. Onder meer de Fietsersbond riep op om voor het woord te stemmen. 

Digitaal expert Clo Willaerts vindt weinig verrassend dat onlinepolls op deze manier gekaapt worden. “Dat gebeurt al heel lang. Het is eigen aan het internet.” 

Ze illustreert met oude voorbeelden, die aantonen hoe snel en succesvol je een gemeenschap kan mobiliseren. Veelal zorgt dat voor grappige situaties vindt ze. “Het bekendste voorbeeld is volgens mij Boaty McBoatface, de naam die via een internetpoll gekozen werd voor een nieuw, duur Brits onderzoeksschip. Het onderzoeksagentschap dat de poll organiseerde hoopte natuurlijk om een statige, symbolische naam te vinden. Dat bleek naïef te zijn, want het werd dus de inzending van een grappenmaker die won.” En er zijn nog voorbeelden zat, ook dichterbij huis. Denk aan ‘Africa’, de hit van Toto, die in 2017 door een vriendengroep vanuit het niets hoog in de De Tijdloze-lijst van Studio Brussel belandde. Of wat langer geleden, in 2005, toen de leden van Seniorennet de bedenker van hun site, Pascal Vyncke, aan een nominatie voor De Grootste Belg hielpen. 

Willaerts, die ook marketingspecialiste is, zegt dat ze het vooral slim vindt van een Unizo om zichzelf via zo’n stemming op de kaart te zetten. “Dit werkt veel beter dan een of andere bewustwordingscampagne met foldertjes of een aparte site.” Willaerts schat in dat de Dikke Van Dale er zelf niet van wakker zal liggen. “Of het nu het ene of het andere woord wordt: volgens mij gaat het hen er vooral om dat mensen over taal nadenken en praten.”

Ze merkt ook nog op dat het niet bepaald moeilijk om in een landje als België op zo’n stemming door te wegen. Je hebt relatief weinig mensen nodig om een verschil te kunnen maken. “Ik vind het vooral een onschuldig iets. Al mag je niet vergeten dat ditzelfde fenomeen, van snel een grote gemeenschap online kunnen mobiliseren, ook een andere andere, meer verontrustende kant kan hebben. Denk aan fake news verspreiden, of oproepen tot geweld. Dat zag je onder meer bij de gele hesjes.”