Direct naar artikelinhoud
Parijs

Staking openbaar vervoer krijgt Parijzenaars massaal op de fiets

Elodie Denis kijkt naar fietsen in fietsenwinkel BeastyBikes.Beeld Joris Van Gennip

Onwennig halen Parijzenaars hun fietsen uit de berging. Slingerend en vallend zoeken ze hun weg naar hun werk, nu het openbaar vervoer in staking ligt. Met tegenzin, maar toch. Wat geen fietsvriendelijk overheidsbeleid lukte gebeurt nu gewoon: Parijs gaat met le vélo.

Op de Boulevard de Magenta, de drukke verkeersader die van het Place de la République naar Montmartre loopt, luidt het vallen van de schemering het begin van de avondspits in. Driftig toeterende automobilisten zetten elkaar muurvast. Scootertjes komen van alle kanten, kriskras slalommend door het voortkruipende autoverkeer. 

De drukte op de Parijse wegen is van oudsher berucht, maar nu het metronetwerk door de almaar aanhoudende staking tegen de pensioenhervorming zo goed als platligt is er helemaal geen doorkomen aan. Op ieder kruispunt heerst chaos.

In een poging de hectiek te omzeilen wenden Parijzenaars zich massaal tot een vervoermiddel waarvan het gebruik tot dusver maar niet echt van de grond wilde komen: de fiets. Of het nu gaat om het aantal tweewielers op de fietspaden of het gebruik van de deelfiets ‘Velib’: record na record gaat eraan. Wat de gemeente decennialang niet is gelukt lijkt nu, als onbedoeld neveneffect van de staking, eindelijk te gebeuren: Parijs omarmt le vélo.

Recreatief

Grote vraag is of de doorbraak van de fiets als alledaags vervoermiddel blijvend is. Veel Parijzenaars hebben wel een fiets, maar gebruiken die normaliter slechts af en toe voor recreatieve tochtjes op mooie weekenddagen. Nu de stakingen aanhouden halen ze en masse hun stalen ros uit de berging.

Fietsenmaker/verkoper Kevin Olanier kijkt toe hoe Gele Hesjes langs zijn fietsenwinkel gaan.Beeld Joris Van Gennip

Bij Bike Shop l’Hirondelle (‘de Zwaluw’) voeren ze dezer dagen drie keer zoveel kleine reparaties uit als normaal. “Sommige fietsenmakers in de buurt kunnen de aanloop niet meer aan en sturen hun klanten naar ons”, vertelt fietsenmaker Kevin Olanier. Mensen die hun fiets uitvoerig willen laten repareren vraagt hij in het nieuwe jaar terug te komen.

Terwijl de fietsenmaker een band vervangt vormt zich een lange rij in het kleine winkeltje. Het is lunchtijd, spitsuur in de fietswinkel. Wie onderweg naar kantoor een lekke band heeft opgelopen, probeert die in de middagpauze gauw te laten plakken. Volgens Olanier houdt het grote aantal lekke banden verband met de demonstraties die plaatsvinden in dit deel van Parijs, vlakbij Place de la République. “De gemeente spuit de straten schoon, maar er blijven altijd wat glasscherven liggen.”

Beetje lui

Élodie Denis heeft dubbel pech: haar band is lek én haar zadel is gejat. Normaliter gaat Denis, die voor de klas staat, met de metro naar haar werk. Vanaf haar appartement in de voorstad Pantin tot haar school in het noordoosten van Parijs kost dat 35 minuten. Op de fiets doet ze er twintig minuten over. “Ik ben een beetje lui”, antwoordt Denis lachend op de vraag waarom ze dan niet altijd de fiets pakt.

De infrastructuur voor fietsers is de afgelopen jaren danig verbeterd. Burgemeester Anne Hidalgo besteedde 150 miljoen euro aan het ‘plan vélo’ en beloofde 1.400 kilometer aan fietspaden. Een paar maanden voor het verstrijken van haar termijn staat de teller op 1000 kilometer. In veel voorsteden zijn de fietspaden volgens Olanier echter “archaïsch en nauwelijks verlicht”. Dat veel Parijse werkgevers de OV-abonnementen van hun personeel vergoeden, is ook niet bepaald een stimulans om vaker de fiets te nemen.

Onwennig passen Parijzenaars een fietshelm, maar ook het fietsen zelf is nieuw voor ze.Beeld Joris Van Gennip

Om de Parijzenaar definitief op de fiets te krijgen is bovendien meer nodig dan een uitgebreid fietspadennetwerk. “Het is hier niet zoals in Nederland”, zegt Olanier. “Veel mensen weten niet hoe ze met een fiets om moeten gaan. Als ze hier komen met een zachte band, en ik vraag wanneer ze hem voor het laatst hebben opgepompt, kijken ze me vaak glazig aan.”

Onwennig

Ook op de fietspaden is te merken dat de meeste Fransen niet gewend zijn dagelijks te fietsen. Inhalen gaat nauwelijks, niet zozeer doordat de paden relatief smal zijn, maar vooral omdat veel fietsers onwennig en zwalkend midden op het pad fietsen, met één grote langgerekte fietsfile als gevolg. Afslaan en stoppen doet de gemiddelde Parijse fietser zonder eerst om te kijken. Bij kruispunten is het helemaal feest; ogenschijnlijk stellen veel Franse automobilisten zich op het standpunt dat je fietsers best omver mag rijden.

Amadine Kayk, die in de fietswinkel wacht tot haar band wordt vervangen, kan erover meepraten. Onlangs werd ze aangereden door een auto. Ze kwam er met een paar schaafwonden vanaf. Sindsdien draagt ze een fluorescerend roze windjack.

Voor de stakingen begonnen fietste Kayk alleen bij mooi weer, maar de afgelopen weken merkte ze dat ‘een beetje regen niet zo erg is’. Desondanks is ze niet van plan dagelijks te blijven fietsen als de metro’s weer rijden. “Iedere keer dat je op de fiets stapt neem je een risico. En als het hard regent, zit ik toch echt liever in de metro.”

Terwijl de stakingen tegen de pensioenhervorming voortduren, is de architect van die hervorming opgestapt. 
Jean-Paul Delevoye, in 2017 door Macron aangesteld als ‘hoge commissaris van Pensioenen’, bleek meerdere nevenfuncties te hebben verzwegen, met mogelijke belangenverstrengeling tot gevolg. Het aftreden van Macrons ‘pensioenpaus’ wordt gezien als klap voor de president. Delevoye is de achtste door Macron aangestelde bestuurder die na een affaire opstapt.