Kinderen uit arme gezinnen nemen vaker antidepressiva

© picture alliance / Frank May

Kinderen in armere gezinnen nemen vaker antidepressiva dan kinderen in rijke gezinnen. Ze belanden ook vaker in een psychiatrisch ziekenhuis, zo blijkt uit een nieuwe studie van het socialistisch ziekenfonds.

Het socialistisch ziekenfonds bestudeerde de medische gegevens uit 2017 van bijna een half miljoen kinderen in zijn ledenbestand en maakte de vergelijking tussen kinderen uit armere en rijkere gezinnen. De VRT en De Morgen berichten er vandaag over.

In die laatste groep bleek 1 op 200 in de loop van een jaar medicijnen tegen depressie en psychose te nemen. In armere gezinnen met recht op verhoogde tegemoetkoming was dat 1 op 100, of zowat de helft meer. Kinderen uit armere gezinnen belanden ook veel vaker in een psychiatrisch ziekenhuis. 1 op 200 wordt opgenomen, terwijl dat in rijkere gezinnen slechts om 1 op 400 kinderen gaat.

De cijfers maken niet duidelijk of kinderen in armere gezinnen vaker met psychische problemen kampen. Het zou ook kunnen dat armere ouders makkelijker naar geneesmiddelen grijpen voor hun kinderen, of niet het geld en de tijd hebben om te investeren in therapie bij een psycholoog.

Topman Paul Callewaert van het ziekenfonds spreekt van ‘zorgwekkende cijfers’. ‘Het is niet alleen slecht gesteld met het mentaal welbevinden van onze kinderen. Maar we zien ook een duidelijke kloof in mentale gezondheid tussen armere en rijkere kinderen. En de kiem daarvan wordt gelegd van in de wieg.’