Direct naar artikelinhoud
Factchecken in Turkije

Voor factcheckers is het dweilen met de kraan open in Turkije

Turks president Recep Tayyip Erdogan (r.) ontmoet mensen op straat bij het verlaten van een stembureau tijdens de lokale verkiezingen in Istanbul in maart.Beeld AFP

Van nepwapenvondsten in Syrië tot een monster in het Van-meer: Turkse factcheckclubs hebben hun handen vol aan al die valse geruchten in de (sociale) media.  

Recep Tayyip Erdogan is dood. De president is gestorven aan een hartaanval maar dat wordt door de autoriteiten verzwegen. Een dag of vijf zoemde het gerucht eind juli rond op sociale media in Turkije voor het als ‘onjuist’ de kop werd in gedrukt door Teyit, een Turkse organisatie van factcheckers. Een reeks telefoontjes met betrouwbare mensen die hem in levenden lijve hadden gezien volstond: met de president is alles oké.

De medewerkers van Teyit (‘Bevestiging’) en zusterorganisatie Dogruluk Payi (‘De waarheid delen’) hebben het druk, steeds drukker. De waarheid heeft het moeilijk in Turkije. De vrije pers is in het nauw gebracht. Kritische kranten zijn gesloten, zo’n 120 journalisten zitten gevangen. Waar het vertrouwen in de gevestigde pers daalt, vullen sociale media – vaak nog minder betrouwbaar – het gat.

De mislukte staatsgreep van juli 2016 en de nasleep daarvan hebben voeding gegeven aan geruchten, leugens en halve waarheden. In het gepolariseerde politieke klimaat is het vrij schieten op de tegenpartij.

In die schemering proberen Teyit en Dogruluk Payi waarheid te onderscheiden van verzinsel of overdrijving. Feiten checken is een wereldwijde trend, mede dankzij Donald ‘fake news’ Trump, maar in Turkije lijkt het allemaal een graadje urgenter te zijn. In Reuters’ Digital News Report prijkt het land bovenaan de fake news-lijst. De helft van de respondenten was in de voorgaande week “blootgesteld aan volledig verzonnen nieuws”.

De Turkse waarheidscontroleurs waren er vroeg bij. Het in 2014 begonnen Dogruluk behoorde tot de initiatiefnemers van IFCN, het in Florida gevestigde internationale netwerk van factcheckers. Dogruluk-oprichter Baybars Örek is er nu directeur.

Verifieerbare data

Dogruluk Payi stelt zich een beperkte taak. “We controleren alleen uitspraken van Turkse politici”, zegt coördinator Yüzyil Aydin in het kantoor in het centrum van Istanbul, waar negen mensen de hele dag bijhouden wat ministers en volksvertegenwoordigers in de media beweren. Verdachte uitspraken worden geselecteerd.

Ook de aanpak is nauw omschreven. “Het moet om verifieerbare data gaan. Meningen kun je niet checken.” Als feitenbron wordt TUIK gebruikt, het Turkse CBS, en gereputeerde databanken als Eurostat. Alles wordt online gecheckt. Er zijn vijf gradaties, van ‘waar’ tot ‘onjuist’.

Hoewel oprichter Örek ooit begon uit sympathie met het Gezi-protest van 2013 tegen de regering-Erdogan, waarover veel rare geruchten rondgingen, wil Dogruluk Payi neutraal zijn. “We proberen de balans te bewaren”, zegt Aydin. Regeringspartijen en oppositie worden ongeveer even vaak gecontroleerd.

Maar president Erdogan krijgt inderdaad veel aandacht, omdat die nu eenmaal voortdurend over van alles zijn mening geeft. Zo scoorde hij een ‘onjuist’ met zijn bewering dat de arbeidsdeelname in Turkije hoger dan ooit is. In 1996 was die hoger.

Geen monster

Het in 2016 opgerichte Teyit werpt het net wijder uit. De zestien medewerkers, met kantoren in Ankara en Istanbul, houden alles in de gaten wat in beeld en woord rondgaat in de media. Volgers op sociale media kunnen dubieuze berichten melden. Per dag komen dertig meldingen binnen, volgens redacteur Oktay Kiliç. De afgelopen drie jaar werden 1.100 analyses gemaakt.

De website van Teyit bevat soms vermakelijke stof. Aangetoond wordt dat er – een gerucht met een historie van minstens honderddertig jaar – geen monster leeft in het Van-meer in Oost-Turkije. Korte metten werd gemaakt met het verhaal dat Adolf Hitler, 128 jaar oud, in Argentinië leeft. Turkse kranten hadden een grap van World Daily News Report – het Amerikaanse De Raaskalderij – klakkeloos overgenomen.

Zulke broodjes aap zijn laaghangend fruit. Ernstiger zijn de analyses van verhalen over Syrische vluchtelingen die in de watten zouden worden gelegd (niet waar). Beelden van een wapenvondst in Noord-Syrië bleken te komen van een wapenbeurs in Kentucky. Er zijn videoseries in de maak over het klimaat, onderwijs, gezondheidszorg en het lokaal bestuur.

Teyit gebruikt geraffineerde digitale technieken om beelden te analyseren, à la Bellingcat, maar ook het traditionele journalistieke gereedschap. “We bellen mensen en geregeld gaan we gewoon ergens heen om te zien wat er gebeurd is”, zegt Kiliç.

Problemen met de autoriteiten heeft Teyit – net als Dogruluk – nooit gehad. “We hebben nog niets van ze gehoord”, zegt Kiliç. “Terwijl we toch vaak uitspraken van Erdogan hebben gedebunkt. Maar omdat we altijd bewijs hebben, kunnen ze ons niets maken. We zijn in drie jaar nooit op een fout betrapt.”

Naar de rechter

De advocaat van de organisatie heeft het dan ook niet druk. Maar toen de extreemrechtse parlementariër Sinan Ogan onlangs twitterde dat Teyit-oprichter Mehmet Atakan Foça een zoon is van PKK-leider Abdullah Oçalan, werd de stap naar de rechter gezet. “We moesten hem wel aanpakken, anders kunnen zulke gasten doen wat ze willen. De tweet heeft hij ingetrokken.”

Wat opvalt bij zowel Teyit als Dogruluk Payi: de grote controversiële kwesties in de Turkse politiek blijven buiten schot. Niet uit onwil, maar omdat het de macht van de factcheckers te boven gaat.

Neem een bewering als ‘Prediker Fethullah Gülen zat achter de couppoging’. Wat kunnen ze daarmee? Niets. “Dat is te groot voor ons”, zegt Aydin. “Het moet wel checkable zijn.” “De rol van Gülen? Niemand die het echt weet”, zegt Kiliç. “Het is onmogelijk voor welke factchecker dan ook om tot een conclusie te komen.”

Idem voor vragen als ‘Is de pro-Koerdische partij HDP een tak van de PKK?’ of ‘Was de familie van Erdogan betrokken in een corruptieschandaal?’ Kiliç: “Dat gaat de factchecking voorbij.”

Zo gaapt er een kloof tussen de nauwgezette controle van feiten en de werkelijkheid van het politieke discours. En dat kan grotesk zijn, want Turkije is van oudsher een land van geruchten en samenzweringstheorieën. Deels is dat terug te voeren op de val van het Ottomaanse rijk, toen de Turken meenden dat de hele wereld zich tegen hen had gekeerd.

Complottheorieën

Na de Tweede Wereldoorlog ontwikkelde zich de deep state, het geheimzinnige conglomeraat van leger, veiligheidsdiensten, rechterlijke macht, seculiere politici en maffia. Tussen dit netwerk en de politieke islam woedde decennia lang een schimmige machtsstrijd, waarin de ene vermeende samenzwering volgde op de andere.

Verder worden er in Turkije altijd wel hogere machten bijgesleept die van alles bekokstoven, de üst akil, niet zelden met een Joodse haakneus. Zo kon Erdogan een ‘buitenlandse rentelobby’ de schuld geven van Turkijes economische problemen. En ten slotte was er de mislukte coup van juli 2016, die tienduizenden in de cel deed belanden op basis van vage beschuldigingen. Ook in het labyrint van het Turkse rechtssysteem kan de waarheid de weg kwijtraken.

Voor de Turkse factcheckers is het dus vaak dweilen met de kraan open. Slechts mondjesmaat wordt de schade van het complotdenken beperkt. Zo kon Teyit een video debunken waaruit zou blijken dat Israël van tevoren wist van de couppoging. Kiliç: “Je zag premier Netanyahu, die iets zei. Maar het ging eigenlijk over Iran. Er stond een foute Turkse vertaling onder zijn Hebreeuwse tekst.”

Met lezingen en workshops hoopt Teyit het kritisch denken bij het mediapubliek te bevorderen en de Turken alert te maken op fake news. Met Modyo TV wordt een reeks video’s van één minuut gemaakt voor in het openbaar vervoer van Istanbul. Vals gerucht: het is een opzetje van de nieuwe burgemeester, Ekrem Imamoglu van oppositiepartij CHP. Feit: elke dag krijgen 4,5 miljoen passagiers de filmpjes te zien.