Direct naar artikelinhoud
Politiek

Kiezersonderzoek toont aan: ‘Vlaams Belang en N-VA hebben nog veel groeimarge’

Bart De Wever (N-VA) en Tom Van Grieken (Vlaams BelangBeeld Florian Van Eenoo

De toekomst voor de drie traditionele partijen CD&V, Open Vld en sp.a ziet er niet al te rooskleurig uit, zo blijkt uit kiezersonderzoek waar Knack over schrijft. N-VA en Vlaams Belang daarentegen hebben nog heel wat marge.

Grote winnaar van de Vlaamse en federale verkiezingen van 26 mei 2019 was Vlaams Belang. De partij schoot omhoog naar 18 procent en pikte honderdduizenden kiezers af van de andere partijen. Tegelijkertijd bleef N-VA ondanks verlies de grootste partij. 

Uit postelectoraal kiesonderzoek, in juni uitgevoerd bij 2.000 Vlaamse kiezers, blijkt nu dat de top van die twee partijen mogelijk nog niet bereikt is. Knack kon het onderzoek inkijken en vaststellen dat ze allebei de grootste groeimarge hebben: naast eigen kiezers kon nog 11 procent van de ondervraagden zich voorstellen voor N-VA te stemmen, 12 procent voor Vlaams Belang. Daarmee bevestigt het kiezersonderzoek overigens de laatste Grote Peiling van Het Laatste Nieuws en VTM Nieuws.

Tegelijkertijd stabiliseert bij N-VA de aversie tegen de partij op 28 procent. Bij Vlaams Belang zakt de aversie wel fors in vergelijking met 2014, al blijft ze het hoogst van alle partijen: 47 procent.

Op CD&V stemmen “uit gewoonte”

Minder rooskleurig is het plaatje voor de drie traditionele partijen: daar zakt systematisch het aantal kiezers dat een stem op een van de drie overweegt, en stijgt de aversie. De omgekeerde beweging als bij N-VA en Vlaams Belang dus. Op de christendemocraten wordt vooral gestemd “uit gewoonte” of “omdat ik een partij moest kiezen”. Naast de score van 15,4 procent overwoog nog slechts 8 procent van de kiezers om voor de partij te stemmen, maar deed dat uiteindelijk niet. 21 procent heeft een regelrechte afkeer voor CD&V. 

Dezelfde cijfers vallen op te tekenen bij Open Vld. De partij haalde bij de Vlaamse verkiezingen 13,1 procent, amper 8 procent overwoog daarnaast zijn stem op de liberalen, en ook voor hen heeft 21 procent een afkeer. 

Helemaal dramatisch is het voor sp.a. Met 10,4 procent waren de verkiezingen al geen vetpot, bovendien overwoog daarnaast amper 6 procent een stem op de socialisten. Ook heeft 33 procent van de Vlamingen een afkeer van de partij. Groen en PVDA wekken bij net iets meer dan een derde van de Vlamingen afkeer op, terwijl zij met 10 en 8 procent van de Vlamingen die overwoog voor de partij te stemmen wel nog een hogere groeimarge hebben.

De hoge score en groeimarge voor N-VA en Vlaams Belang willen overigens niet zeggen dat de Vlaming zit te wachten op een onafhankelijk Vlaanderen: slechts 16 procent van de ondervraagden wil dat. Bij de N-VA-kiezers is dat nog altijd maar 25 procent, bij de Vlaams Belang-kiezers 33 procent. Slechts één op drie ondervraagden wil bovendien “meer Vlaanderen en minder of geen België”.