Direct naar artikelinhoud
Openbaar vervoer

Internationale studie kan bepalend zijn voor toekomst: De Lijn ziet de bui al hangen

Internationale studie kan bepalend zijn voor toekomst: De Lijn ziet de bui al hangen
Beeld Bob Van Mol

Hoe goed scoren de bussen van De Lijn tegenover die in Schotland? De Vlaamse regering heeft het licht op groen gezet voor een internationale studie die zal beslissen over de toekomst van De Lijn. ‘Maar ze moet wel appelen met appelen vergelijken’, klinkt het.

“Als De Lijn ook na 2020 haar monopolie wil behouden, dan zal ze de vergelijking met private aannemers moeten doorstaan.” Vlaams mobiliteitsminister Lydia Peeters (Open Vld) wond er geen doekjes om toen ze eind vorig jaar haar plannen in deze krant toelichtte. 

De cruciale benchmark zal de toekomst van De Lijn bepalen. “Als ze slaagt, zit ze tot 2030 veilig. Lukt dat niet, dan verliest ze haar status en wordt ze vervangen door een andere aannemer.”

De Vlaamse regering heeft nu een besluit genomen om de vergelijkende studie te laten uitvoeren door een onafhankelijk consultancybureau. Kostprijs: 300.000 euro. In het besluit, dat De Morgen kon inkijken, staat dat De Lijn op tien punten zal worden beoordeeld, waaronder haar productiviteit, de kwaliteit van haar reizigersaanbod, haar gemiddelde tarief per kilometer en de mate waarin ze haar eigen boontjes kan doppen met de inkomsten uit tickets en abonnementen (haar ‘kostendekkingsgraad’).

Jambon I legt op voorhand vast dat De Lijn op zijn minst de vergelijking moet doorstaan met de vervoersmaatschappijen in Schotland, de ‘Verkehrsverbünde’ in Nordrhein-Westfalen en drie Zuid-Nederlandse provincies: Zuid-Holland, Noord-Brabant en Limburg. 

Die eerste zijn volledig privé, de andere twee gedeeltelijk. Daar komen nog minstens twee andere maatschappijen bij. Namen die worden genoemd, zijn Keolis, een dochter van het Franse spoor, en Hansea, het vroegere Veolia.

Hoogspanning

Bij De Lijn zien ze de bui al hangen. “Ze moeten appelen met appelen vergelijken”, zegt een bron bij het bedrijf. “In Nederland is een abonnement tien keer duurder dan in Vlaanderen. Is het dat wat we willen?” 

In Schotland leggen de bussen dan weer gemiddeld langere afstanden af dan in Vlaanderen, waardoor hun commerciële snelheid – en dus ook hun kostenefficiëntie – een pak hoger ligt dan bij ons. Ook daar moet de regering rekening mee houden, klinkt het.

De nakende privatisering veroorzaakt hoogspanning bij De Lijn. De vakbonden en de directie liggen op ramkoers, de relaties in de raad van bestuur zijn verzuurd en de reizigers waren nog nooit zo ontevreden. 

Aan de ene kant sust minister Peeters door te zeggen dat De Lijn kan blijven bestaan “als ze haar best doet”. Tegelijk staat in het regeerakkoord dat er sowieso een proefproject komt waarbij een deel van de taken van De Lijn wordt overgeheveld naar een private vervoersmaatschappij.

Roger Kesteloot, de topman van De Lijn, waarschuwde vorige week in deze krant nog dat bij een privatisering heel wat Vlaamse kmo’s die nu in onderaanneming voor De Lijn werken van de kaart worden geveegd. 

Hoogspanning
Beeld Bob Van Mol