Direct naar artikelinhoud
VRT

Interim-CEO Leo Hellemans: ‘Je moet mensen overtuigen en niet constant roepen dat je te weinig geld hebt’

Interim-CEO Leo Hellemans: ‘Je moet gewoon goede politieke contacten hebben. Zijn die er niet, dan heb je een probleem.’Beeld Tim Dirven

Op zijn 68ste komt Leo Hellemans de VRT depanneren. Maar een crisismanager mogen we hem niet noemen. ‘De VRT is helemaal niet in crisis.’ 

Hellemans is een man met een missie: na het ontslag van Lembrechts zo snel mogelijk de rust aan de Reyerslaan herstellen. Te beginnen met het ruziënde directiecollege.

Hoe wil u de vier directeurs verzoenen met hun collega Peter Claes nadat ze in een vlammende brief om zijn ontslag vroegen?

“Daar kan ik nu nog niet op antwoorden. Ik ga zo snel mogelijk met alle betrokkenen praten. Ik ken ze allemaal en ik apprecieer ze ook allemaal. Ik weet dat ze, net als ik, voor een sterkte VRT willen gaan. Het komt er nu vooral op aan om zo snel mogelijk tot een oplossing te komen. Dit mag geen weken meer aanslepen.” 

U zal er de komende weken ook moeten in slagen de onrust bij het personeel de kop in te drukken. Die zagen in Lembrechts de man die hen voor verregaande besparingen behoedde. 

“Ik ben evengoed met het personeel en hun verzuchtingen begaan. En natuurlijk zal ik de te volgen koers van de VRT met de vakbonden bespreken. Maar het is mij in de eerste plaats om de toekomst van de VRT te doen.”

Pertinent besparingen weigeren, zoals Lembrechts deed, moeten we van u dus niet verwachten?

“Kijk, als de Vlaamse regering beslist om te besparen in alle sectoren, dan zou het naïef zijn om te denken dat je als VRT helemaal buiten schot kan blijven. Ook al lever je goed werk en ben je belangrijk voor de samenleving, dan nog maakt dat je niet onaantastbaar.”

“De enige manier om je daar tegen te wapenen is zorgen voor een goed verhaal dat getuigt van inzicht in het veranderende medialandschap en werk maken van een duidelijke toekomstvisie voor de openbare omroep. Pas als die er is, dan kan je beginnen te onderhandelen over de bijhorende financiering. En dan heb ik het niet alleen over de dotatie van overheidswege, maar ook over de mogelijkheden op bijvoorbeeld de reclamemarkt. Uiteraard moet dat in overleg gebeuren met zowel de privé-omroepen als met de Vlaamse regering.” 

Was daar de laatste jaren te weinig aandacht voor?

“De voorbije jaren is de openbare omroep alleszins te vaak in het defensief gedrongen. Je moet mensen overtuigen van het verhaal. Niet constant roepen dat je te weinig geld hebt. De relatie met je aandeelhouder, in deze de Vlaamse regering, is van het grootste belang. En dan heb ik het niet over politieke beïnvloeding. Je moet gewoon goede politieke contacten hebben. Zijn die er niet, dan heb je een probleem.”