Direct naar artikelinhoud
Syriëstrijders

Regering in beroep tegen gedwongen terugkeer van tien kinderen uit Syrië

Al-Hol, het kamp in Syrië waar de kinderen met hun moeders verblijven.Beeld AFP

De regering heeft beroep aangetekend tegen het vonnis dat de Belgische staat dwingt om consulaire bijstand en documenten te voorzien voor tien kinderen van IS-strijders, zodat deze naar België kunnen terugreizen. Wat betekent dit voor de dwangsommen?

Premier Sophie Wilmès (MR) meldde in de Kamer dat de regering beroep heeft aangetekend in de zaak van tien kinderen van jihadisten in Syrische kampen. Midden december besliste een kortgedingrechter dat die kinderen consulaire bijstand en de nodige documenten moesten krijgen om onder begeleiding naar België te reizen. Hun ouders hebben daar geen recht op, omdat ze zich uit eigen beweging naar de conflictzone hebben begeven.

De rechtbank gaf de regering zes weken de tijd daarvoor, zo niet moet de staat elk kind 5.000 euro dwangsom per dag vertraging. Die zes weken zijn intussen verstreken. De regering tekende aanvankelijk geen beroep aan, de advocaten van de families wel, specifiek tegen het onderdeel over de ouders. De regering heeft nu beslist om “incidenteel beroep” (tegenberoep) in te stellen en ook de dwangsommen aan te vechten, zei premier Wilmès na vragen in de Kamer. 

Die beroepsprocedure is geen opschorting van de dwangsommen. “Dus voorlopig duwen wij door”, zegt Mohamed Ozdemir, advocaat voor de families van de kinderen. “Ergens in de loop van volgende week zullen we de gerechtsdeurwaarder vragen om de dwangsommen in te vorderen.” 

België heeft een diplomaat naar Irak gestuurd met doorgangsbewijzen voor de kinderen, maar een ontmoeting met de kinderen in Syrië is nog niet gelukt. Belgische militairen, die nodig zijn om het diplomatiek personeel te beveiligen, mogen niet op Syrisch grondgebied en de Syrisch-Koerdische autoriteiten willen de ontmoeting met de kinderen enkel organiseren in Syrië zelf, zei Wilmès.