© Joris Herregods

Tien intimi stellen tien vragen aan Wout van Aert: “Sorry Remco, je mist techniek om mee te doen aan het WK”

Na zijn horrorcrash in de Tour en zijn lange revalidatie is Wout van Aert (25) zondag slechts een outsider op het WK veldrijden. Over zijn lijdensweg en comeback weet u intussen alles, daarom vroegen we tien intimi van Van Aert – van mama Ivonne, over Remco Evenepoel tot Mathieu van der Poel – om een persoonlijke vraag te stellen. En dan krijg je verrassende antwoorden: over gierige crossers, koffie, wintersporten en zelfs een koppel ezels. “Dit was leuker dan een interview!”

Van onze reporter in Dübendorf Werner Bourlez

“Amai, meteen een ernstige vraag van ons ma. Het is toch helemaal anders. Zondag in Dübendorf heb je vanaf het opstaan stress. Je moet verkennen, alle materiaal nog eens uittesten en heel belangrijk: je moet de keuze van de banden bepalen. Die moet meteen goed zijn, net als de start. Je moet vanaf de eerste seconde supergeconcentreerd zijn en volle gas geven. Dat is de dag van de Ronde van Vlaanderen toch anders. Op de dag zelf heb je de voorbereiding al achter de rug. Je moet ook niks doen, alleen het startblad tekenen. En je trekt tot aan de start op met je ploegmaats, je kan rustig babbelen en zelfs ontspannen. Er is minder stress. Die eerste kilometers heb je de tijd om erin te komen.”

© Kris Van Exel

“Dat is nog niet voor meteen, maar het klopt dat ik mijn eerste stappen aan het zetten ben in de wereld van de koffie. Ik wil de beste koffie kunnen zetten, maar moet nog veel leren. Sarah staat al verder, want ze is al een paar keer ingevallen als dienster in een koffiebar van vrienden. Ik heb voor haar verjaardag dan ook een groot en degelijk toestel gekocht. Al geef ik toe: het was ook een beetje voor mezelf. (lacht) Ik drink ontzettend graag koffie, zoals de meeste renners. Coureurs zoeken overal waar ze koersen de beste koffiebars op. Koffiedrinken is een van de weinige dingen waar je niks verkeerds kan mee doen. En tijdens een lange trainingsrit is het zo leuk om bij te tanken met een koffie. Tja, vroeger dronken de renners trappisten, nu is het koffie.” (lacht)

© Photo News

“Het gevoel dat ik eventueel prof zou kunnen worden in het veldrijden, had ik pas bij de beloften. Of misschien iets eerder, toen ik op het WK bij de junioren tweede werd achter Mathieu van der Poel. Toen besefte ik: ik zal wel talent hebben. (lacht) Het gevoel dat ik bij de besten van de wereld was, dat ik toch iets speciaals in mij had, kwam er na mijn eerste wereldtitel bij de profs in Zolder. Het gevoel dat er eventueel ook iets in zat op de weg kreeg ik in 2014 in de Ronde van Luik: ik won twee ritten en werd eindwinnaar. En dat als voorbereiding op het crossseizoen. Toen dacht ik: ik heb ook de motor om op de weg te koersen. Maar de beslissing om het ook te proberen in de klassiekers kwam er in 2017, toen ik onder meer de GP Cerami en de Elfstedenronde won.”

© Photo News

“Ik heb van kleinsaf altijd maar aan één sport gedacht en dat was wielrennen. Andere sporten interesseerden mij niet. Maar als ik dan toch moet kiezen: dan graag iets spectaculairs en wat ver van mij af staat: skiën. Ik ben onder de indruk als ik die profs bezig zie op tv. Ik heb het vroeger al gedaan en heb een paar jaar geleden de draad weer opgenomen, maar door na het veldritseizoen te kiezen voor het voorjaar op de weg, is dat weer weggevallen. Het is nochtans leuk. Ik kijk tijdens de winter ook graag op Eurosport naar de wintersporten, zoals ook biatlon en schansspringen. Zelfs in de camper voor een cross. In de zomer volg ik vooral de fysieke sporten, zoals atletiek, zwemmen en triatlon.”

© BELGA

“In de cross was dat ongetwijfeld het WK in Valkenburg in 2018, waar ik mijn derde regenboogtrui op rij pakte. Los van het onverwachte, want Mathieu was voor eigen volk topfavoriet, was het een dag waar alles klopte. De voorbereiding was perfect verlopen en vanaf het startschot ging het als vanzelf. Op de weg moet dat nog komen, hoop ik, want daar gaat het toch elk jaar beter. Maar als ik toch een wedstrijd moet kiezen: dan het BK tijdrijden in Middelkerke vorig jaar. Al was het gevoel in die tijdrit in de Dauphiné ook niet slecht. In een tijdrit kan je het beter meten, ben je op jezelf aangewezen. In een koers spelen ook andere factoren een rol, je hebt het niet allemaal in de hand.”

“Een interessante vraag, want er is wel degelijk een verschil. Als crosser leer je je plan trekken. Dat is minder als je in een wegteam zit. Want daar worden jongeren al vanaf het begin in een structuur gestoken. Als een crossers fiets kapot is, dan is die gewoon om dat op te lossen. Of hij doet de was eens zelf. In een hotel stappen zij ook naar de receptie om vragen te stellen als er iets niet in orde. Een wegrenner is gewoon dat alles voor hem geregeld wordt. Die schiet niet zelf in actie. En het gierigst? (lacht) Ik weet wat Daan bedoelt. Crossers zijn spaarzamer met hun geld. Op de weg heb je inderdaad renners die meteen veel geld betalen voor een luxewagen, of zo. Een crosser leeft iets gewoner, zeker Daan Soete!”

© Photo News

“Sorry Remco, maar ik zou jou thuislaten. (grijnst) Hij moet nog te veel aan zijn techniek en explosiviteit werken. Het is ook fout om over een halve wegwedstrijd te spreken. Crossen die zo worden omschreven, draaien heel anders uit. Ook in Hoogerheide werd dat gezegd, maar een wegrenner zonder crosservaring heeft er niks te zoeken. Een goede start is ook belangrijk, en ik heb nog niet veel wegrenners dat zien doen. Crossen is specifiek, als je er geen ervaring in hebt, moet je er niet aan beginnen. Dan kan je er ook geen voordeel uithalen voor op de weg. Het moet ook plezant blijven en dat is het niet als je niet meekan en al na een paar ronden de cross moet verlaten. (grijnst) Maar Remco mag het natuurlijk altijd proberen.”

© Photo News

“Het is verbazingwekkend. De crossen die ik na mijn revalidatie heb gereden, waren de drukste ooit. De mensen keken echt uit naar mijn terugkeer, ik werd ook heel erg aangemoedigd. Je merkt dat ik door die pech op veel sympathie kan rekenen. Tijdens de revalidatie klampten veel mensen mij ook aan: Het komt toch goed, hé Wout? Je voelde die twijfel bij hen, het duurde voor hen iets te lang. (lacht) Uiteraard heeft ook die ritzege in de Tour geholpen. Ik was niet meer die crosser die het ook op de weg probeerde. Je wordt na zo’n prestatie, met ook die twee ritzeges in de Dauphiné, in een ander groepje van renners ingedeeld. In het peloton, maar ook daarbuiten.”

“Toch wel een beetje. Zo’n ommezwaai doet je beseffen dat je moet genieten van elk mooi moment. Ik heb veel over mijzelf geleerd. Die lange revalidatie heeft mij sterker gemaakt en doen beseffen hoe graag ik fiets. Mijn leven heeft ook altijd om koers gedraaid, er is geen andere optie. Ik besef: koersen is mijn enige passie en het enige wat ik wil doen. Ik ga bijvoorbeeld niet acteren, een figurantenrol in Thuis was genoeg. (grijnst) Alhoewel, zeg nooit nooit. Ze zeggen wel dat ik het goed kan uitleggen, maar acteren is toch wat anders. Tijdens mijn carrière neem ik ook niet deel aan spelprogramma’s of zo, want ik wil geen energie verspillen. Daarna zien we wel.”

“Ja… dat is een grote discussie bij ons thuis. We wonen nog niet lang in onze nieuwe woning en hebben nu de ruimte om dieren te houden. We zijn ook een stal aan het zetten. Ik wil graag twee ezeltjes, maar Sarah verkiest twee dwerggeiten. Ik weet ook niet of de combinatie van beide een goed idee is, het mag geen dierentuin worden. Ik heb ook al gedacht aan alpaca’s, maar qua voeding moet je daarmee opletten en je hebt ook werk met hun wol. Het moet makkelijk te onderhouden zijn. Als we er niet zijn, wil ik niet dat anderen veel werk hebben. Kippen mogen er misschien ook bij, want dan heb ik iedere dag verse eieren. Maar de stal is nog niet af, suggesties zijn welkom.”

© Photo News