Dat cijfer slaat bovendien enkel op de hulp die via lokaal aangesloten verenigingen werd aangeboden. Daarnaast kregen nog 152.524 mensen hulp via de niet-aangesloten organisaties en OCMW’s, wat het totaal op 321.000 mensen bracht.

Dat bleek maandag bij de inhuldiging van het nieuwe, grotere gebouw van de regionale Voedselbank Brussel-Brabant in Neder-Over-Heembeek.

'Voor die stijging hebben wij ook geen sluitende verklaring. Er is in elk geval geen onderzoek naar gevoerd', zegt Jozef Mottar, gedelegeerd bestuurder van de Belgische Federatie van Voedselbanken aan De Standaard. 'Wel hebben we een sterk vermoeden. We zien dat makkelijk 90 procent van de toename in 2019 toe te schrijven valt aan een gestegen vraag naar de diensten van voedselbanken in landelijke delen van de provincies Antwerpen en Luik. We vermoeden dus dat voedselbanken, die vroeger voornamelijk werden gebruikt door stedelingen, nu ook veel meer worden gebruikt door inwoners van het platteland. Mogelijk is de schaamte van plattelandsbewoners om naar de voedselbank te gaan verminderd.'

Zorgen over toekomst

De voedselbanken zijn niet gerust over hun toekomst. Door de voorziene hervorming van het Europees Fonds voor hulp aan de meest behoeftigen (FEAD) dreigen de budgetten voor voedselhulp vanaf 2021 drastisch te verlagen, zeggen ze: 'Dat zou een belangrijke impact op de totale hoeveelheid en de kwaliteit van de levensmiddelen die kunnen verdeeld worden aan mensen in nood.'

De Federatie van Voedselbanken pleit er daarom bij de overheid voor om minstens het huidige toegewezen Europees budget voor de aankoop van levensmiddelen te behouden.