Direct naar artikelinhoud
Interview

De vriendin en dochter van Wesley Sonck: ‘Ik had geen fraai beeld van voetballers. Allemaal scheefpoepers, dacht ik’

De vriendin en dochter van Wesley Sonck: ‘Ik had geen fraai beeld van voetballers. Allemaal scheefpoepers, dacht ik’
Beeld Marco Mertens / Humo

Wesley Sonck (41) is voetbalanalist, jeugdtrainer bij Racing Genk en bondscoach van de Rode Duivels onder 18 jaar. Minder bekend is de voormalige Gouden Schoen als entertainer van een groot, nieuw samengesteld gezin met vijf kinderen. In Groeten uit treden ze voor het eerst samen voor het voetlicht. Vriendin Virginie Van Mol (42) en dochter Amy Sonck (21) doen dat nu al. ‘Hij kan voetballen, dansen en zingen. Er is maar één ding dat hij niet heeft: gevoel voor esthetiek.’

Wesley Sonck is meegekomen naar de plek van afspraak, een koffiebar in het centrum van Ninove. Hoewel hij zich heeft voorgenomen om zich bij een goed glas wijn terug te trekken aan de toog, kan hij het toch niet laten zijn hoofd af en toe te laten zien, gekke bekken te trekken of even tussen te komen: ‘Wat hoor ik daar?’

Als het van hem had afgehangen, zaten jullie hier nu niet. Hij stond niet te springen voor dit interview.

Amy Sonck: “Dat verbaast me niets, ik ken mijn papa. Hij heeft ons altijd ver weggehouden van de media. Maar ondertussen ben ik oud genoeg om zelf te beslissen.”

Virginie Van Mol: “Ik kreeg een berichtje: ‘Ze willen u interviewen over Groeten uit.’ Meer info kreeg ik niet. Mijn ervaring is dat ik hem dan niet te veel vragen moet stellen, of hij raakt geïrriteerd. Dan is hij in staat om te zeggen: ‘Laat maar, ge moet het niet doen.’”

Hij liep ook al niet warm voor die deelname aan Groeten uit.

Virginie: “Zelf ben ik best cameraschuw. Maar toen we het de kinderen voorlegden, vonden die het alle vijf een tof idee. We zijn door hen gezwicht. Al heb ik de voorbije weken weleens gehoopt dat niemand naar die aflevering zal kijken. (lacht)

Amy: “Volgens mij was papa’s twijfel ingegeven door zijn scheiding. Met je nieuwe gezin in zo’n programma verschijnen: het blijft een beetje raar. Dat vond ik zelf ook wel.

“Mijn papa en Virginie hanteren andere opvoedingsregels. Dat botst soms, dus ik maakte me wat zorgen: hoe zal dat overkomen op televisie?”

Virginie: “Die vraag heb ik me ook gesteld: zijn wij wel geschikt om aan zo’n programma deel te nemen? Niet alles verloopt vlekkeloos bij ons. Moeten we dan doen alsof? Een rolletje spelen?

“Ik vind het normaal dat Amy niet stond te springen toen ik in haar leven kwam: ‘Joepie, mijn papa heeft een nieuw lief!’ Het begint nu voorzichtig te lopen, maar makkelijk is het niet geweest. Ik heb het zwaar onderschat. Ik heb twee zonen, geen dochter, en dacht: tof, dan kan ik met haar gaan winkelen. Dat was naïef, want zo vlot ging het niet.”

Hoe voelt het om hier nu samen te zitten voor dit interview?

Amy: “We wonen intussen al een hele tijd samen: ik begin het normaal te vinden. Maar toen ze mij tijdens de opnames opdroegen ‘Zeg eens tegen je mama dat...’ had ik het wel moeilijk.”

Virginie: “Ik ben je mama niet en zal dat ook nooit zijn. Mocht ik Amy hebben leren kennen toen ze vijf jaar jonger was, zou dat misschien anders geweest zijn.”

Inmiddels zijn jullie drie jaar samen.

Virginie: “In augustus 2016 heb ik gebroken met mijn ex-man. Wesley was toen al weg bij zijn vrouw. Al denk ik wel dat er voor zijn ex-vrouw – en misschien ook voor de kinderen – op mijn voorhoofd een stempel staat: ‘Gij zijt de slechte.’ Ik heb me erbij neergelegd dat ik daar niet tegen kan vechten.”

Amy: “Ik ben de oudste en snap het wel: ik gun mijn papa alle geluk van de wereld. Mijn broers hadden het er moeilijker mee.”

Heeft de scheiding jouw kijk op relaties veranderd?

Amy: “Toch wel. In een ideale wereld blijf je een leven lang gelukkig in je relatie. Die hoop koester ik wel: dat ik oud en gelukkig kan worden met dezelfde man. Als ik later kinderen heb, hoop ik dat ze niet hetzelfde hoeven mee te maken. Maar ik vind het niet erg dat mijn ouders uit elkaar zijn: ze zijn gelukkiger nu dan toen ze op het eind nog samen waren.”

Virginie: “Onlangs kwam ik een boekenwijsheid tegen: ‘Het leven draait niet om wachten tot de storm voorbij is, maar om te leren dansen in de regen.’ Dát is de kunst: omgaan met wat er op je pad komt.”

Hoe heb je Wesley leren kennen?

Virginie: “Net als Wesley ben ik van Ninove. Als ik op zondag ging lopen in het park, zag ik hem soms. Meer dan ‘hallo’ zeiden we niet. Tot hij na een tijdje wat vaker naast mij kwam lopen, wat ik vervelend vond, want ik loop niet zo snel.

“Wat later kreeg ik een ingeving. Ik heb een commerciële functie bij een bedrijf dat gespecialiseerd is in proteïne-diëten – in bijberoep werk ik ’s avonds in mijn eigen praktijk rond afslanken en huidverjonging. Omdat proteïnevoeding ook aan sporters wordt gelinkt, zag ik een opportuniteit om de naamsbekendheid te vergroten. Ik wilde Wesley gebruiken als uithangbord. Omdat het na een eerste meeting even windstil bleef, begon Wesley me zelf te bellen: ‘Hoe zit het nu?’

“Gaandeweg gingen die telefoongesprekken niet meer over het werk, maar over koetjes en kalfjes. Ik heb altijd open kaart gespeeld met mijn ex-man: ‘Moet je horen, Wesley heeft wéér gebeld.’ Tot ik me begon af te vragen of er meer achter zat en twijfelde of ik de telefoon nog wel moest opnemen als hij belde. Ik was getrouwd en had twee kinderen. Het beeld dat ik van voetballers had, was niet fraai: allemaal scheefpoepers, dacht ik. (lacht) Zo zit ik niet in elkaar. Ik weet nog dat ik hem zei: ‘Het kan nooit iets worden tussen ons.’ Maar kijk, zeg nooit nooit. Stap voor stap heeft hij me, met zijn enthousiasme en positiviteit, overtuigd.”

Sprak hij daarover met jou, Amy?

Amy: “(trekt grote ogen) Ik weet níéts van dat hele verhaal! Dat zegt genoeg over hoe open mijn papa is, zeker? Als het om gevoelens gaat, is hij erg gesloten. Ik ook, trouwens: ik zal hem niet gauw iets vertellen.”

Virginie: “Zo zie je maar hoe nuttig een interview kan zijn. (lacht)

Amy: “Via via had ik wel gehoord dat ze elkaar soms tegenkwamen tijdens het lopen.”

Virginie: “Het volstaat dat je twee minuten naast een bekende Vlaming loopt of er wordt al geroddeld. In alle eerlijkheid: er was toen nog niets tussen ons.”

Wat had jij met voetbal?

Virginie: “(lacht) Niets! Ik denk dat er niet één WAG (spelersvrouw, red.) is die minder van voetbal weet dan ik. Ik pas niet in het cliché van de voetballersvrouw die een luxeleventje leidt en de hele dag niets anders te doen heeft dan mooi zitten wezen. Mijn vriendinnen lachen er soms mee, maar 95 procent van de tijd voel ik mij een trekpaard en 5 procent een paradepaard.”

Wist je echt niets van zijn carrière?

Virginie: “Zijn salto's, ja. Maar verder? Alle Ninovieters waren fier op hem, mijn vader liet zijn naam weleens vallen. Maar ik heb het nooit gevolgd. Zijn voetbalcarrière was dus zeker niet wat me aantrok in hem.”

Hou jij van voetbal, Amy?

Amy: “Ik kan het... accepteren. (lacht) Mijn ouders hebben me al vrij vroeg meegenomen naar wedstrijden. Zo ben ik het gewoon geworden. Ondertussen kan ik me geen leven zonder voetbal meer voorstellen. Ook op school werd ik er vaak mee geconfronteerd. Sommige klasgenootjes hadden posters van mijn papa op hun kamer hangen en vroegen me om zijn handtekening. Daar zorgde ik dan voor.”

Je vader heeft bij Ajax in Nederland en bij Mönchengladbach in Duitsland gevoetbald. Je bent vaak van school veranderd.

Amy: “Een keer of tien, geloof ik. Verhuizen, nieuwe plaatsen ontdekken, nieuwe mensen ontmoeten: ik heb dat altijd leuk gevonden. Al is het gevolg dat ik niet veel dichte vrienden heb, maar vooral kennissen. Het leukst vond ik Amsterdam. Ik heb zelfs een tijdlang met een Amsterdams accent gesproken: opgepikt in de kleuterschool. Mijn papa heeft me daar nog om uitgelachen.

“Ik hou van Amsterdam, naar die stad keer ik zeker terug. Ik zie me er wel wonen. Maar mijn scherpste herinneringen bewaar ik aan de periode bij Club Brugge. Toen ben ik pas echt gaan beseffen hoe bekend mijn papa is.”

Als het aantal volgers op Instagram een graadmeter is, ben je inmiddels populairder dan je vader.

Amy: “Blijkbaar. (lacht verlegen) Ik ben daar ook van geschrokken.”

Google Wesley Sonck en bij de eerste zoekresultaten duiken al artikels op over zijn ‘erg knappe dochter’ en verwijzingen naar enkele ‘sexy foto’s’.

Amy: “Het is begonnen met een foto in zwemkledij. Al mijn vriendinnen hadden mooie foto’s van zichzelf op het strand gepost. Ik dacht: waarom mag ik dat niet? Als dochter van een bekende voetballer ben ik altijd erg voorzichtig geweest. Ook al omdat papa het niet graag heeft. Maar goed, die keer heb ik het tóch gedaan. Het is helemaal ontploft: door een paar voetbalsites raakte die foto overal verspreid. In twee maanden tijd ging ik van 600 naar 15.000 volgers.”

Het hele gezin in ‘Groeten uit’. Amy: ‘Papa heeft ons altijd ver weggehouden van de media. Maar nu ben ik oud genoeg om zelf te beslissen.’Beeld VTM

Je vriendinnen zijn vast jaloers.

Amy: “Goh, het heeft voor- en nadelen. Ik heb er een paar samenwerkingen met kledingmerken aan overgehouden, waarmee ik een centje bijverdien. Het nadeel is dat ik een stempel van dikke nek heb gekregen.”

Virginie: “Niemand kan ontkennen dat Amy er supergoed uitziet. Als ik vrienden een foto van haar laat zien, vallen ze bijna allemaal achterover van verbazing. Volgens mij heeft ze het in zich om het als model te maken.”

Amy: “Het lastige is dat mensen niet meer kijken naar je karakter. Ze gaan er niet meer van uit dat er op dat lijf ook een kop staat. Ik volg een opleiding om mijn mama te kunnen helpen in haar schoonheidssalon en zet ondertussen mijn bachelor bedrijfsmanagement verder.

“Maar goed, ik ben het gewoon dat mensen hun mening over mij bij voorbaat gevormd hebben. Ik trek het me niet meer aan: foert, doe maar!”

Virginie: “Onlangs vroeg iemand me wat de golfhandicap van Wesley is. Ik wist het niet, dus antwoordde ik: ‘Dat balletje zit al na een paar slagen in de hole.’ ‘Ach ja,’ zei die man, ‘hij zal het wel gewoon zijn in hollekes te zitten.’ Ik heb er niet op gereageerd. Het is zoals Amy zegt: aan vooroordelen verspil je beter geen energie.”

Is Wesley Sonck ijdel?

Amy: “Toch wel, ja. Hij is altijd erg bezig geweest met zijn lijf. Ook na zijn carrière: hij gaat nog altijd geregeld sporten. Dan vist hij weleens naar bevestiging: ‘Zie ik er nog goed uit?’ ‘Je wordt ouder, papa’, zeg ik dan. Dat beseft hij zelf ook wel: eerst noemde hij zijn lichaam een kathedraal, nu nog een kerkje.”

Wesley: (onderbreekt) Een kapelleke!”

Virginie: “Zo ijdel hij is over zijn lichaam, zo weinig kunnen zijn kleren hem schelen. Heb je hem hier zien binnenkomen? Ik begrijp niet waarom hij een T-shirt heeft aangetrokken. Je houdt er toch rekening mee dat je mee op de foto moet? Op zijn lichaam kijkt hij veel nauwer toe. Eigenlijk vraagt hij nooit of hij er nog goed uitziet, hij poneert het eerder als een stelling en verwacht dan bevestiging.”

Amy: “(knikt lachend)

In het VIER-programma Eeuwige roem, waarin topsporters het tegen elkaar opnamen, pakte hij enkele jaren geleden maar wat graag uit met zijn gespierde torso.

Amy: “Precies. Trouwens, ik wist dat hij ging winnen. Als hij aan iets meedoet, wil hij altijd winnen. Net als ik. We kunnen niet tegen ons verlies. Nog voor Eeuwige roem werd uitgezonden, belde hij me: ‘Ik moet je iets bekennen: ik heb gewonnen.’ (lacht)

Virginie: “Het was de periode dat we elkaar soms kruisten in het park. Ik vergeet nooit die keer dat hij naast mij kwam lopen: ‘Als ik iets wil, doe ik er alles aan om het te krijgen.’ (lacht) Ik laat in het midden wat hij ermee bedoelde, maar hij kan erg zelfverzekerd zijn.”

Toen ik hem naar aanleiding van Eeuwige roem interviewde, deed hij me het relaas van een zware valpartij kort voordien thuis. Hij brak enkele nekwervels en moest met spoed geopereerd worden.

Amy: “We woonden nog samen, bij mama thuis. Hij stond bovenaan de trap, kreeg een flauwte en is naar beneden gevallen. Mama en ik stonden klaar om naar school te vertrekken en zagen alles gebeuren. Nog altijd staan die beelden me helder voor de geest. Mama is in shock gegaan, maar ik besefte razendsnel dat ik iets moest doen. Ik ben naar de keuken gelopen en heb de hulpdiensten gebeld. Toen mijn papa even bij bewustzijn was, wilde hij rechtop gaan zitten. ‘Blijven liggen,’ zei ik, ‘de ziekenwagen komt.’ Achteraf is mij verteld dat bewegen heel nefast was geweest, dat hij daardoor zelfs in een rolstoel had kunnen eindigen, want hij had drie nekwervels gebroken. Hij heeft geluk gehad: hij heeft er alleen tintelingen in zijn vingers aan overgehouden.”

Virginie: “Nog altijd waarschuwt hij me, als ik hem vastpak: ‘Pas op voor mijn nek.’ Er zit nog ijzer in.”

Amy: “Na die val heeft hij een knop omgedraaid. Hij staat anders in het leven. Met het besef dat het, voor je ’t weet, gedaan kan zijn. ‘Doe wat je graag wilt!’, heeft hij me gezegd. ‘Ga ervoor, met alles wat je in je hebt, en zie waar je uitkomt.’”

Kijken jullie naar de voetbaltalkshow Extra Time, waarin Wesley Sonck analist is?

Amy: “Ik wel, met mijn kleine broertje Ryan. De andere kinderen zijn niet zo’n fan. Meestal willen zij naar iets anders kijken en komt Ryan naar mij: ‘Gaan we voetbal kijken?’ Dan kijken we samen naar Extra Time op mijn computer. Ik heb eraan moeten wennen om mijn papa op tv te horen praten, maar ik vind dat hij het goed doet. Dat hoor ik ook van anderen: hij weet waarover hij praat. Je ziet ook dat hij er plezier in heeft.”

Virginie: “Geen idee: ik kijk nooit. Maar zoals ik hem ken, zal hij er wel geen doekjes om winden. Hij zegt wat hij denkt, maar op zo’n manier dat het sympathiek overkomt en hij ermee wegraakt.

“Voetbal is heel aanwezig in ons leven: Wesley is vaak weg, thuis moet hij ook een pak wedstrijden zien, en de jongste twee voetballen bij de U12 van Ninove. Als ik eraan kan ontsnappen, doe ik het. Onlangs was er een mama die mij een groot plezier dacht te doen met kaarten voor een wedstrijd van AA Gent. Ik heb vriendelijk bedankt.”

Jullie alludeerden al op verschillen in de opvoeding. Kun je daar een voorbeeld van geven?

Amy: “Wij mochten laat opblijven, en sliepen weleens uit tot elf uur, terwijl Virginie haar jongens op tijd naar bed moesten om genoeg slaap te hebben. Wij kregen ook meestal nog een tweede cola.”

Virginie: “Zo verwonderlijk zijn die verschillen in visie niet. Wesleys verleden, dat is kort samengevat: het café en het voetbal. Twee ruwe werelden. Ik heb tijdens mijn studies vijf jaar op kot gezeten: dat is een ander leven. Wesley vindt het heel belangrijk dat Ryan goed voetbalt en zal vlakaf zeggen: ‘School is niet belangrijk.’ Ik begrijp dat: in zijn jeugd is het dat ook nooit geweest.”

Amy: “Voor papa is het simpel: het volstaat dat je 50 procent haalt op school.”

Virginie: “Mijn broer en ik moesten en zouden een licentiaatsdiploma behalen. Dat werd er thuis ingeramd. Zodra ik het had – ik heb handelswetenschappen gestudeerd – vroeg ik me af: ‘En nu?’ Eigenlijk paste dat diploma niet bij mij.”

Amy: “Nu, mijn papa is wel streng op een andere manier. Toen ik zestien was, mocht ik voor het eerst uitgaan. Tot 2 uur: ‘Als je niet buiten staat, kom ik naar binnen. In mijn pyjama!’ En effectief: toen het één minuut over 2 was, was hij al uitgestapt en stond hij op het punt naar binnen te komen. Oh my god, dacht ik. Ik schaamde me rot.”

Virginie: ‘Ik vind het normaal dat Amy niet stond te springen toen ik in haar leven kwam. Het begint nu voorzichtig te lopen, maar makkelijk is het niet geweest.’Beeld Marco Mertens

Wat weet je over hoe het er vroeger bij hem thuis aan toe ging?

Amy: “Als we iets mispeuterd hadden, zei hij altijd dat hij helemaal niet streng was: ‘Jullie moesten eens weten hoe het in mijn tijd was.’ Maar straffe verhalen hebben we hem nooit horen vertellen. Ook zijn broer is geen grote prater. Wat we wisten, hoorden we meestal van anderen. Dat het niet altijd fraai was, en niet geschikt voor de oren en ogen van een kind.”

Toen hij als 18-jarige profvoetballer werd, zo zei hij ooit in Sport/Voetbalmagazine, had het leven al geen geheimen meer voor hem: in het ouderlijke café had hij alles gezien.

Virginie: “Hij heeft er een degout aan overgehouden. Hij ziet het sneller dan anderen wanneer iemand een glas te veel opheeft, lang voor er wangedrag in het spel is. Zijn humeur kan daar helemaal door omslaan.”

Dat zei hij ook: ‘Ik kan moeilijk verdragen dat mensen anders doen door dronkenschap. Maskers vallen af zodra er alcohol in het spel is.’

Amy: “Als kind heeft hij gezien hoe lelijk mensen dan kunnen doen.”

Virginie: “Ik herinner me een reis met ons twee. Ik dronk een tweede aperitief en hij werd al kregelig.”

Zijn vader hield zich niet bezig met de opvoeding en het café – dat draaide om zijn moeder. Heeft hij het als vader anders willen doen?

Amy: “Mijn mama heeft het grootste stuk van onze opvoeding voor haar rekening genomen, hoor. Als we van school thuiskwamen, was hij er vaak niet, of lag hij te slapen. Op het einde van zijn carrière is dat verbeterd. En toen hij stopte, was hij van de ene op de andere dag altijd thuis. Ineens wilde hij overdreven veel met ons doen. Dat waren wij niet gewoon: ‘Zeg, doe eens rustig!’ (lacht) Ik denk dat het zijn manier was om de verloren tijd met ons in te halen. Op dat vlak was hij anders dan zijn ouders. Allee, dat denk ik toch: ik heb zijn mama nooit gekend. Zijn papa wel, maar niet heel goed.”

Wacht eens even: zijn moeder leeft toch nog?

Amy: “Ja, maar papa heeft al lang geen contact meer met haar. Ik heb geen idee wie ze is.

“Papa was 19 toen hij met mijn mama is gaan samenwonen. Zijn moeder heeft hem toen voor de keuze geplaatst: ofwel kies je voor een leven met haar, ofwel blijf je bij ons. Papa heeft toen voor mijn mama en zijn voetbalcarrière gekozen. Twee jaar later is mijn mama – ze was 21 – bevallen van mij.”

Ben je niet nieuwsgierig naar wie je grootmoeder is?

Amy: “Nee, ik zou niet weten waarom. Ze heeft zich na mijn geboorte niet eens de moeite getroost om mij te bezoeken. Ze heeft het van bij het begin verknoeid. Dan hoeft het nu ook niet meer.”

Het pronkstuk van het café was de jukebox.

Virginie: “Daar hebben ze in Groeten uit vaak naar verwezen. Er werden in café Madelon vooral meezingers gedraaid. Die voorliefde voor Vlaamse klassiekers heb ik met Wesley gemeen, ik was een grote fan van Tien om te zien. Soms komt er nog weleens zo’n liedje voorbij dat iedereen allang is vergeten – van Phil Kevin of zo – maar dat wij nog van voor tot achter kunnen meezingen. Bij onze vrienden vallen de monden soms open als ze ons bezig horen. Daar komt bij dat Wesley ook nog eens enorm goed kan dansen.”

Amy: “Op feestjes staat hij als eerste op de dansvloer en stapt hij er als laatste weer af. Zoals hij dan staat te springen, je gelooft je ogen niet. Mensen vragen dan: ‘Wat heeft die gedronken? Of heeft hij iets gepakt?’ Nee, dus: hij is bloednuchter. En maar springen, en maar blijven gaan.”

Virginie: “Als het al wat laat begint te worden, kan hij stillekes zeggen: ‘Ik zal ze eens allemaal naar huis dansen.’ (lacht) Hij is een danser én een entertainer, podiumvrees kent hij niet.”

Hij zegt zelf dat hij geboren is om te dansen. En hij weet ook wat hij was geworden als hij geen voetballer was geweest: zanger.

Amy: “Dat heeft hij al vaak gezegd. Hij zou ook graag piano kunnen spelen.”

Virginie: “Hij heeft zó veel talenten. Eigenlijk kan hij alles. Er is maar één ding dat hij niet heeft: gevoel voor esthetiek. Hoe zich te kleden of een huis in te richten: dat interesseert hem niet. Nu, of hij écht een goede zanger zou zijn, weet ik nog zo niet.”

Amy: “Hij zou véél hulp nodig hebben. (lacht)

Virginie: “Hij schaamt zich niet en zal zich altijd volledig geven, ook al klinkt het vals.»

Amy: “Er is geen plek waar hij niet zingt: in de auto, onder de douche. Hij doet het overal. Tenzij hij chagrijnig is.”

Virginie: “Wat soms het geval is. Zonder aanleiding. Ik kan welgemutst van mijn werk thuiskomen, maar dan het deksel op de neus krijgen en meegesleurd worden in zijn slechte humeur. Meestal is het een halfuur later al over. Die moodswings, dat is óók Wesley.”

Amy: “Er is geen tussenweg: ofwel is hij superhappy, ofwel heel slechtgezind. Het beste is om hem dan te negeren.”

Virginie: “Dan gaat het sneller voorbij.»

Wesley Sonck als het grootste kind in huis: ik kan er mij iets bij voorstellen.

Amy: “Hij voelt zich nog zó jong. Dat zegt hij ook vaak: ‘Mijn lichaam werkt nog goed en in mijn hoofd ben ik nog jong.’ Speels en enthousiast, dat is mijn papa. Ik ben de fase voorbij dat ik dacht: papa, doe eens normaal.”

Virginie: “Hij is goed zoals hij is: hij is de lijm tussen ons.”

Een alfamannetje, maar dan eentje dat ook een traantje wegpinkt. Zoals toen Ryan in Eeuwige roem zei: ‘Papa, ik wil worden zoals jij.’

Amy: “Die gevoelige kant toont hij niet vaak.”

Wat is zijn mooiste eigenschap?

Virginie: “Dat hij met iedereen het beste voorheeft. De manier waarop het er soms uitkomt, is niet altijd tactvol. Maar zijn bedoelingen zijn goed. Hij staat ook bescheiden in het leven.”

Bescheiden?

Wesley: “(komt erbij zitten) Ik ben opgegroeid in een volkscafé. Als je niet bescheiden bent, kun je geen man van het volk zijn. Vraag maar aan mijn trainersstaf of de mensen bij Woestijnvis wie ik echt ben. Je zult versteld staan. Ik doe alles in samenspraak, nooit alleen. Anders maak je geen vrienden.

“Maar ik wil even terugkomen op daarnet, over het belang van school. Vind jij het normaal dat een kind zo opgeslorpt wordt door huiswerk? Waarom zou je elke dag drie uur voor je boeken zitten als er iets is waarin je top kunt worden? Met een brede opleiding kom je niet ver, je blinkt beter in één specifiek domein uit. Ik heb veel bewondering voor mensen die iets bereiken, maar het maakt mij niet uit of dat als advocaat of als loodgieter is. Mij gaat het erom: ben je tóp in wat je doet?”

Virginie: “Dat is kortzichtig. Ik ben opgeleid als econome. Ik heb het niet nodig in mijn job, maar toch beklaag ik het mij niet: het heeft mij mee gevormd tot de persoon die ik ben.”

Wesley: “Maar wat telt op het einde van de maand? Dat je je rekeningen kunt betalen. Toch?”

Hebben jullie vaak zulke discussies?

Virginie: “Dagelijks! Héél vermoeiend. (lacht)

Wesley: “Ik heb duizend-en-één vragen waarop ik het antwoord zoek.”

Hoe eindigen die discussies meestal?

Amy: “Hij zijn gedacht, de rest zijn gedacht. Mensen mogen ons wijsmaken wat ze willen: ze zullen ons nooit van mening kunnen doen veranderen.”

Wesley: “Uiterlijk lijkt Amy op haar moeder, maar qua karakter is ze mijn evenbeeld. Als ik haar zie, is het alsof ik in de spiegel kijk.”

Je hebt nog niet geantwoord op de vraag naar zijn mooiste eigenschap, Amy.

Amy: “Ik bewonder hem om hoe hij zijn carrière heeft opgebouwd, van niets naar zó veel. Ik hoop dat later ook te kunnen zeggen. Daarnaast bewonder ik hem voor de papa die hij is. Hoe hij met ons omgaat en voor ons zorgt. Dat mag wat vaker gezegd worden, want zelf beseft hij het niet altijd.”

Het staat nu zwart op wit geschreven.

Amy: “Dan kan ik het altijd onder zijn neus schuiven.”

Wesley: “(scrolt schijnbaar onbewogen op zijn telefoon) Wat heb je gezegd?”

Amy: “Je zult het wel lezen.”

Groeten uit – VTM, vanavond om 20.35 uur

© Humo