Direct naar artikelinhoud
Digitale banken

Wat hebben nieuwe banken voor op oude banken? ‘De apps zijn prachtig, in tegenstelling tot hun klantendienst’

Niels Trescinski betaalt meer voor een rekening dan bij een traditionele bank, ‘maar ik apprecieer de functionaliteiten’. ‘Je moet alles wel goed uitvlooien. Zo kon mijn vrouw eerst niet aan het geld op mijn rekening mocht er mij iets overkomen.’Beeld wouter van vooren

Geen filialen, wel klanten. Bankapplicaties zoals Revolut, Bunq of N26 proberen traditionele spelers het vuur aan de schenen te leggen. Maar wat vinden klanten van die nieuwe, digitale banken dat ze bij KBC, Belfius of BNP Paribas Fortis niet vinden?

“Eigenlijk mag je niks meer uitgeven aan kleren.” Voor Aida Hinssen (20) is de app van Revolut niet zomaar een bankapp. Zodra ze de limiet heeft bereikt van het budget dat ze aan kleren mag uitgeven, laat de app haar dat in een notificatie weten. “Revolut is ook een beetje mijn geweten. 150 euro in een maand uitgeven aan kleren is wel pittig.”

De studente farmaceutische wetenschap aan Ugent kan zich haast geen leven zonder Revolut voorstellen. Papa Hinssen stort er zakgeld op, ze betaalt er in een wip haar treintickets mee, shopt online en ook de studentenkaart waarmee ze in het studentenrestaurant eten kan betalen, is gelinkt aan haar gratis Revolut-rekening. “Alleen als ik uitga, haal ik nog eens geld af met mijn oldskool oranje ING-kaart”, lacht ze.

De Britse start-up Revolut is lang niet meer de enige digitale bank die nieuwe klanten probeert te verleiden met een blitse app. Denk aan het Nederlandse Bunq en aan het Duitse N26. Sinds deze week probeert ook de oude Belgische bank Banca Monte Paschi Belgio onder de nieuwe naam Aion op die digitale sneltrein te springen.

Voordeel doen

Maar wat bieden die nieuwe spelers nu dat KBC of Belfius niet heeft? Dat zijn twee voorbeelden van traditionele banken die ook al enige tijd aandacht besteden aan hun digitale applicatie. Een kleine rondvraag van De Morgen leert dat je in de eerste plaats buiten Europa voordeel kan doen met de neobanken.

Wesley Vermeerschen (42) is een trouwe klant van TransferWise, nog zo’n nieuwe digitale speler. Als ingenieur bij baggerbedrijf De Nul verblijft hij drie vierde van het jaar in het buitenland. En dan is de rekening snel gemaakt. “Op een standaard visakaart in België verlies je al snel 7 tot 8 procent door de marge die genomen wordt op de wisselkoersen door traditionele banken. Bij mijn gratis TransferWise-account blijft dat onder de 1 procent.”

Een rekensom die ook Niels Trescinski, die voor Salesforce werkt, al maakte. Hij betaalt 9,99 euro per maand voor Bunq en 135 euro per jaar voor de Revolut Metal-formule. “De Bunq-rekening kost me al meer dan een rekening bij een traditionele bank, maar ik apprecieer de functionaliteiten.” Trescinski kan dankzij het premium account 25 rekeningen openen, die hij gebruikt om zijn financiën overzichtelijk te maken. Er is een spaarrekening voor een geplande reis, een rekening die gevuld wordt voor mogelijke onkosten en noem maar op. “Dankzij Bunq ben ik veel intenser bezig met mijn geld.”

De gadgetman in Trescinski viel dan weer voor het duurste Revolut-abonnement omdat hij er als klant een metalen kredietkaart bij kreeg. “De cashbacks die Revolut aanbiedt, betalen dat terug.” Hij zou mensen die op reis gaan naar een niet-EU-land altijd aanraden om een gratis rekening bij Revolut te openen. “De conversies zijn fenomenaal.”

Mogelijke boetes

Maar het is niet allemaal rozengeur en manenschijn. Wie een rekening bij een neobank opent, denkt daar beter twee keer over na. Zo is een Revolut-rekening Brits, een Bunq-rekening Nederlands en een N26-rekening Duits. “Buitenlandse rekeningen moet je aangeven bij de Belgische fiscus”, zegt Pascal Paepen, auteur van Bang voor de bank. Het is niet ondenkbaar dat heel wat van de tienduizenden klanten van die apps die verplichting over het hoofd zien, met mogelijke boetes tot gevolg.

“Bovendien moet je alles heel goed uitvlooien”, weet Trescinski, die naar eigen zeggen altijd uitgaat van het worstcasescenario. “Zo kwam ik erachter dat mijn vrouw niet aan het geld op mijn persoonlijke Revolut-rekening zou kunnen, mocht er mij iets overkomen.” Daarvoor nam hij contact op met de klantendienst van de Britse start-up. Maar wie dat probleem wil voorleggen aan een moeilijk te bereiken klantendienst waar geen Nederlands wordt gesproken, durft al eens gefrustreerd raken. “De apps zijn altijd uitstekend gebouwd, maar de klantendienst is altijd slecht geregeld”, zegt Trescinski.

Pascal Paepen is dan ook sceptisch of zulke banken in België snel zullen doorbreken. Toch probeert hij ook voorbij die kinderziektes te kijken. “De rentemarge waar traditionele banken geld mee verdienden, is weggesmolten als sneeuw voor de zon. Zij moeten hun inkomsten uit verzekeringen, leningen, beleggingen en andere diensten halen.” En laat net dat ook de vijver zijn waar de Bunqs en Revoluts van deze wereld op termijn in willen vissen. “Alleen slepen traditionele banken hun logge geschiedenis met zich mee en kunnen fintechs heel snel vernieuwen.”

De strategie van de nieuwe spelers is dan ook duidelijk. Zo snel mogelijk, zo veel mogelijk klanten werven. En als het kan liefst zo jong mogelijk. “Ons mediagebruik is veranderd, we bestellen haast alles online via Amazon en Bol.com, ook de manier waarop we met geld omgaan, is drastisch aan het veranderen”, zegt Paepen. “En dat hebben zowel de traditionele banken als de fintechs nu heel goed begrepen. Wie binnen tien jaar aan het langste eind trekt, is koffiedik kijken.”