Direct naar artikelinhoud
Seksueel geweldNieuwe peiling

Eén op de vijf Belgische vrouwen werd ooit verkracht

Archiefbeeld ter illustratie.Beeld Getty Images

Een op de vijf Belgische vrouwen geeft aan ooit te zijn verkracht. Dat blijkt uit een rondvraag van Amnesty International Vlaanderen. ‘Deze cijfers bewijzen dat we van seksueel geweld een topprioriteit moeten maken.’

In ons land doen elke dag gemiddeld tien slachtoffers van verkrachting aangifte bij de politie. Maar hoe hallucinant dat cijfer ook mag klinken, in werkelijkheid zijn er heel wat meer slachtoffers. Het zogenaamde dark number ligt hoog bij seksueel geweld: naar schatting 90 procent van de vrouwen en mannen die hier mee te maken krijgt, doet nooit aangifte. 

Om die reden deed Amnesty International zelf een rondvraag, met de hulp van onderzoeksbureau Dedicated, bij een representatieve staal van 2.302 Belgen tussen de 15 en 75 jaar oud.

Bijna de helft van de ondervraagden geeft aan dat ze ooit het slachtoffer zijn geworden van seksueel geweld: herhaald aandringen op seks, intieme foto’s die zonder toestemming werden genomen, ongewild betast worden op een publieke plek... Zowat 20 procent van de bevraagde vrouwen zegt ooit verkracht te zijn geweest. Bij mannen is dat 14 procent, bij jongeren tussen de 15 en 24 jaar ligt het percentage met 24 procent het hoogst. 

“De cijfers spreken voor zich’, zegt Wies De Graeve, directeur van Amnesty International Vlaanderen. “Het probleem blijft, ondanks de inspanningen die er de voorbije jaren zijn gebeurd, te groot. In brede lagen en leeftijden van de bevolking is dit een mensenrechtenschending die aangepakt moet worden.”

Eén op de vijf Belgische vrouwen werd ooit verkracht
Beeld DM

De mensenrechtenorganisatie vindt dat de verschillende regeringen in ons land nog meer en beter werk moeten maken van preventie, nazorg en vervolging. “Dat ruim de helft van de verkrachtingszaken door het parket zonder gevolg wordt geseponeerd, is pijnlijk”, zegt De Graeve. “Net zoals het vandaag eigenlijk niet meer zou mogen voorvallen dat politieagenten weigeren om een klacht te registreren als het gaat over een verkrachting binnen het huwelijk. Maar dat gebeurt dus wél.”

Ook mythes over seksueel geweld blijven hardnekkig. Vier op de tien van de bevraagde mannen vindt dat er geen sprake is van verkrachting als iemand niet expliciet weigert. Bijna de helft van de mannen vindt overigens ook dat slachtoffers op de een of andere manier mee verantwoordelijk zijn voor het geweld. Zowat vier op de tien vrouwen is het met die stelling eens. “Victim blaming bij seksueel geweld is een oud zeer”, zegt Julia Day, beleidsmedewerker Preventie van seksueel grensoverschrijdend gedrag bij Sensoa. “Ergens is dat ook psychologisch te verklaren. Mensen denken nogal snel: ‘Mij kan dit niet overkomen’. Daardoor voelen we ons ook veilig. De werkelijkheid dat we het allemaal kunnen meemaken, is angstaanjagend.”

Betere dataverzameling nodig

Experts die deze thematiek al jaren volgen, zijn niet verbaasd over de resultaten. “Ze stroken met eerdere studies”, zegt Day. “Al blijft het jammer dat wij dit in België niet structureel onderzoeken en bevragen. Af en toe duikt er zo’n rondvraag op, maar dan is de vraagstelling telkens anders, waardoor je steeds net iets andere cijfers krijgt. Je kan die studies dus nooit vergelijken. We hebben nood aan een betere dataverzameling. In Nederland doen ze dat wel en kunnen ze dus ook nagaan of het stijgt, daalt, of een bepaalde aanpak werkt... Wij kunnen dat helaas niet.” 

Amnesty International richt zijn pijlen nadrukkelijk op de Belgische, Vlaamse en Waalse autoriteiten. Net omdat deze thematiek versnipperd zit over een resem bevoegdheden is er dringend nood aan een coherent beleid. “De overheid heeft de taak om haar burgers tegen dit soort schendingen te beschermen”, zegt De Graeve. Minister van Gelijke Kansen Nathalie Muylle (CD&V) is het eens met de analyse van Amnesty International en benadrukt dat er concrete plannen zijn om de zorgcentra na seksueel geweld uit te breiden zodat er een is in elke provincie. “Daarnaast heb ik net ook 1 miljoen euro vrijgemaakt voor de opleiding van zedeninspecteurs.”