Direct naar artikelinhoud
Coronavirus

Hoe dodelijk is het coronavirus nu écht?

Hoe dodelijk is het coronavirus nu écht?
Beeld AFP

In China overlijdt 3,8 procent van het aantal vastgestelde besmettingen met coronavirus aan de gevolgen van de ziekte. In Iran overlijdt 2,5 procent, en in Italië overlijdt maar liefst 4,2 procent. Hoe zijn die verschillen mogelijk? En hoe dodelijk is het virus nu écht?

Volg alles over het coronavirus op de voet in deze liveblog.

Wereldwijd zijn meer dan 100.000 mensen besmet met het coronavirus. Tot nu toe zijn 3.400 patiënten eraan gestorven. Hoe groot de kans is op sterfte na besmetting kunnen wetenschappers nog steeds niet goed zeggen. De schattingen lopen uiteen van 1 op 30 tot amper 1 op 200. 

Donderdag maakte WHO-topman Tedros Adhanom Ghebreyesus bekend dat tot dusver 3,4 procent van alle coronapatiënten aan het nieuwe virus is overleden. Dat is beduidend meer dan de aanvankelijke schatting van de WHO: ongeveer 2 procent sterfte. Het zou nogal wat betekenen: bij een pandemie waarbij 40 procent van de wereldbevolking besmet raakt, zouden wereldwijd meer dan 100 miljoen mensen overlijden. Dat is meer dan alle Duitsers en Belgen bij elkaar.

Maar waarschijnlijk zit Ghebreyesus te hoog. De WHO-bestuurder kreeg zijn percentage door het aantal overledenen te delen door het aantal bevestigde patiënten. In werkelijkheid zitten daarbij, naar kenners aannemen, onevenredig veel zwaar zieke patiënten: die duwen de sterfte omhoog.

“In China hanteerde men aanvankelijk een zeer hoge drempel voor wie men meerekende als casus”, zegt hoogleraar virologie Marion Koopmans. “Je moest koorts hebben en zelfs een longontsteking. Dat geeft een hoger overlijdenspercentage dan wanneer je ook de mensen meerekent met heel milde klachten.”

Enorme verschillen

In de praktijk verschilt het overlijdenspercentage sterk per land en per werelddeel. Afgaande op de huidige cijfers, overlijdt in Azië tot dusver 3,5 procent van de patiënten, in de VS 4,5 procent en in Europa 2,5 procent. Als Italië niet wordt meegerekend (met zijn 3,8 procent), dan slinkt het Europese sterftecijfer naar een minder verontrustende 0,7 procent.

Zulke enorme verschillen zijn normaal bij een nieuwe uitbraak. In de VS brak de ziekte door in een verpleeghuis. Daar zie je dan in korte tijd meer sterfgevallen en dat drukt op de statistieken. In België zien we vooral besmettingen bij mensen die in Italië zijn geweest, voor werk of wintersport. Die zijn gemiddeld een pak gezonder en welvarender.

Uiteindelijk houdt viroloog Koopmans er rekening mee dat het gemiddelde sterftecijfer uitkomt op 1 à 2 procent. “Omdat we het sterftecijfer ook weer niet zo heel hard omlaag zien gaan. Maar wie weet gaat het meevallen.”

Ziekenhuis

Dat het overlijdenscijfer in Noord-Italië zo hoog ligt, komt doordat daar vermoedelijk meer mensen besmet zijn dan men denkt. Die hebben weinig klachten en ontbreken in de tellingen, met als gevolg dat het sterftepercentage hoger lijkt dan het is. Overigens woedde de ziekte ook in Italië in een ziekenhuis: dat kan de sterfte extra hebben vergroot.

Er zijn bijkomstigheden waardoor de sterfte in het ene land lager kan uitvallen dan in het andere: hoe gezond de inwoners zijn, hoeveel hart- en vaatziekten men heeft en hoe goed de zorg per land is geregeld. Zo bleek uit een analyse van enkele duizenden Chinese patiënten dat mensen die langer dan vijf dagen wachtten voordat ze medische hulp kregen, 2 procent kans hadden om te overlijden. Van de patiënten die sneller hulp kregen, overleed minder dan 1 procent.

Ook persoonskenmerken maken uit. Van de 70- en 80-plussers overlijdt volgens de huidige cijfers 8, respectievelijk 15 procent aan de ziekte. En volgens Aziatische statistieken overlijdt van alle hartpatiënten met covid 10,5 procent. Bij diabetici is dat 7,3 procent, bij mensen met een chronische ademhalingsaandoening 6,3 procent en bij mensen met een hoge bloeddruk staat de overlijdenskans momenteel op 6 procent.