camera closecorrect down eyefacebook Het Nieuwsblad nextprevquote share twitter video

Jo Dezutter en zijn vrienden fietsten naar Sluis om een pintje te gaan pakken.   credit

Nederlandse cafés profiteren van sluiting Belgische horeca door corona

“Het bier smaakt hetzelfde en iedereen klapt hier Vlaams”

Overvolle cafés, zwetende barmannen en ’s avonds meterslange polonaises: de Belg trekt in coronatijden massaal de grens over om op café te kunnen gaan. In Sluis wisten ze vrijdagavond en zaterdag niet goed wat ze meemaakten. Al had de plaatselijke horeca het wel zien aankomen. “Toen we het nieuws hoorden dat alles in België moest sluiten, wisten we dat het een stormloop zou worden.”

Corona stopt niet aan de grens, maar de Belgen ook niet. Neem onze bourgondische landgenoten hun cafébezoek af en ze zoeken koortsachtig een oplossing. Die ligt veelal maar enkele tientallen kilometers verder. Neem nu Sluis in Zeeland: de voertaal was daar zaterdag West-Vlaams en Antwerps. “We deden onze deur open om 11 uur en het was meteen boem patat”, vertelt Wesley de Haan, garçon in het populaire café Jopie.

In ons land blijven alle horecazaken sinds vrijdagnacht dicht, in Nederland drijven ze het niet zo ver. Al zou het idee wel op tafel liggen. “Ze hebben gezien wat er in België gebeurt. Ik denk niet dat ze lang zullen achterblijven, hoor. Dit is een heel vreemde situatie. Tien kilometer verder in West-Vlaanderen ligt het leven stil, hier doet iedereen gewoon gezellig door. Nou. Toen we het nieuws hoorden dat alles in België moest sluiten, wisten we dat het een stormloop zou worden.”

Gedachten verzetten

In hetzelfde café vinden we Jo Dezutter en zijn fietsvrienden van De Putters uit Oostkamp. De heren hebben al enkele biertjes soldaat gemaakt en zijn speciaal naar Nederland gereden om er een fijne dag van te maken. “Ik ben uitbater van Hotel Montanus in Brugge. Voor mij is de hele situatie een ramp, en daarom wil ik mijn gedachten even verzetten”, zegt Jo. Hij en zijn vrienden hebben het duidelijk naar hun zin. Van stress over het coronavirus is er geen sprake. “Het zij zo, we staan er nu voor dus we kunnen niet anders dan eventjes op de tanden bijten. Ik ben vooral blij dat we hier nog iets kunnen drinken onder vrienden. Of dit niet gevaarlijk is? Iedereen mag wel gewoon gaan werken en de bus nemen. Dus ik vind het allemaal toch een beetje relatief.”

En of het dus gezellig is. Café Jopie, ’s avonds ook de betere dansgelegenheid in Sluis, liep zelfs vrijdagavond al aardig vol rond middernacht. Letterlijk minuten nadat de maatregelen van kracht werden in België, doken de eerste polonaises met landgenoten op over de grens. Zaterdagavond verwachtte men dezelfde taferelen.

Ook Nieuw-Namen, tegen het Beverse Kieldrecht, profiteert van de Belgische drang naar een fris pintje. Als je vanuit Kieldrecht zo’n driehonderd meter over de Nederlandse grens stapt, kom je al twee cafeetjes tegen. Voor café Sint-Benedictus staat een groepje motards. “Het was vanochtend goed weer dus zijn we eropuit getrokken met de motor”, zeggen de vrienden van Kawasaki GTR1400. “Een van ons kwam met het idee om even over de grens te gaan kijken voor een cafeetje en toen kwamen we dit toevallig tegen. Daar hebben we uiteraard van geprofiteerd, want voor hetzelfde geld is het hier morgen ook gedaan met de pret.”

“Belachelijke maatregel”

Aan de overkant van de straat staan enkele knappe koersfietsen te blinken. Die behoren toe aan De Bollewiezen, een groepje wielertoeristen uit Nieuwkerken-Waas dat zo’n dertien kilometer terug in België ligt. “Elke week doen wij onze toer en drinken we achteraf een pintje onder de kerk in Nieuwkerken-Waas”, zeggen ze. “We hebben vandaag onze traditie doorbroken en zijn naar hier gereden voor onze stop. Wij hebben het geluk dat we niet ver van de grens wonen, maar we merken wel dat er hier veel mensen zitten die van verder komen.”

Aan de toog klinkt het unaniem dat het een “belachelijke” maatregel is dat alle cafés in België gesloten worden. Zo ook Mark Van den Branden, die de zaak waar hij werkt in Sint-Niklaas gesloten ziet tot begin april. “Dan komen we maar naar Nederland. Het bier smaakt hier hetzelfde en iedereen klapt hier Vlaams.”