Een opvallende politieke zet in Nederland, waar premier Mark Rutte een kopstuk van een oppositiepartij opneemt in zijn kabinet. Martin Van Rijn (PvdA) is de nieuwe minister van Medische Zorg.

Alles begon donderdag, toen VVD-minister Bruno Bruins plotseling opstapte wegens ‘oververmoeidheid’. Even voordien was hij tijdens een Kamerdebat over de coronacrisis onderuit gegaan. Een dokter schreef hem enkele dagen rust voor, want uiteraard niet evident is in deze uitzonderlijke tijden. Daarom koos Bruins ervoor om zijn ontslag in te dienen.

Nu treedt er dus een politicus van PvdA toe tot de regering, ook al is die partij niet opgenomen in de coalitie. ‘Ik heb niet gekozen voor een PvdA’er, maar voor de beste persoon: iemand die meteen beschikbaar is, die het ministerie kent en in wie ik een enorm vertrouwen heb’, verklaarde premier Mark Rutte (VVD) zijn keuze.

Martin Van Rijn heeft namelijk heel wat ervaring als minister, want tussen 2012 en 2017 was hij staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Kritiek over de besparingen die Van Rijn in het verleden doorvoerde, wilde Rutte niet horen. ‘Jongens, we zitten in de zwaarste crisis sinds mensenheugenis. Zullen we even blij zijn dat iemand met zoveel ervaring bereid is om dit te gaan doen?’

De gebeurtenissen in Nederland staan in contrast met de aanpak in België. Afgelopen weekend werd er een politiek akkoord gesloten tussen de partijen in minderheidsregering-Wilmès (Open Vld, MR en CD&V) met een aantal oppositiepartijen, die steun zouden leveren in het parlement. Een scenario waarbij N-VA opnieuw zou toetreden tot die regering, lag eveneens op tafel, maar dat botste op een veto van PS en de groenen.