Direct naar artikelinhoud
Voor u uitgelegd

Hoe dodelijk is het coronavirus? Moeten de regels zo streng? Kan het virus nog muteren? Al uw vragen alfabetisch beantwoord

Hoe dodelijk is het coronavirus? Moeten de regels zo streng? Kan het virus nog muteren? Al uw vragen alfabetisch beantwoord

Van een ‘wat zwaarder griepje’ is het coronavirus in geen tijd uitgegroeid tot een globale bedreiging. Hoe is het zover kunnen komen? Wat ís dat verdoemde virus nu juist? En zal de wereld in de toekomst nog vaker onder dit soort ontwrichtende pandemieën kreunen? Om deze en andere prangende vragen te beantwoorden: ons grote corona-alfabet!

en

ALLEMAAL BEESTJES

Nieuwe virussen zijn vaak afkomstig van wilde dieren die zelf tegen het virus bestand zijn en het als gastheer meedragen. Coronavirussen, waartoe het nieuwe SARS-CoV-2 behoort, kunnen ook makkelijk van de ene soort op de andere overspringen, en vroeg of laat ook op de mens. Vooral vleermuizen en vleerhonden blijken populaire gastheren.

Wetenschappers achten de kans groot dat ook SARS-CoV-2 van vleermuizen afkomstig is, maar via welk dier het op de mens is overgesprongen, is nog altijd niet helemaal duidelijk. Een mogelijke verdachte was het schubdier, een op het gordeldier lijkend beest dat in China zeer gewild is voor het vlees en voor de schubben die in de traditionele geneeskunde worden gebruikt. Maar de beste DNA-match die tot nog toe werd gevonden met SARS-CoV-2, is het genetisch materiaal van een vleermuis die in de Chinese provincie Yunnan werd gevonden. Het DNA van de vleermuis kwam voor 96 procent overeen met dat van SARS-CoV-2. Dat de match net geen 100 procent is, zou er volgens onderzoekers op kunnen wijzen dat dit specifieke vleermuisvirus niet rechtstreeks op de mens is overgesprongen, maar via een andere gastheer. Kandidaat-gastheren zat alvast: op de markt in Wuhan waar de eerste besmetting plaatsvond, werden meer dan vijftig verschillende diersoorten verhandeld.

BEHANDELING

Het belangrijkste verschil met de klassieke griep is dat er voor corona géén medicijn bestaat. De bestaande antivirale middelen tegen de griep werken niet tegen het virus. In labo's over de hele wereld wordt wel bekeken of medicijnen tegen andere virussen mogelijk werken. Eén van de middelen waarnaar wordt gekeken, is lopinavir/ritonavir, een middel tegen hiv. Een ander is remdesivir, een middel dat zonder succes getest werd op ebolapatiënten.

In China loopt ook een klinische studie met het antimalariamiddel chloroquine. De eerste resultaten zouden deze maand nog moeten volgen, maar wetenschappers hebben al aangegeven dat we geen wonderen hoeven te verwachten. Een middel dat de symptomen bij de ernstigste gevallen wat zou verlichten, zou al een succes zijn.

CORONA

Het virus dat nu de ronde doet, is niet 'hét' coronavirus, maar 'een' coronavirus. Coronavirussen zijn een familie virussen die vooral voorkomen bij dieren, maar ze kunnen ook mensen besmetten. Ze hebben het op de luchtwegen gemunt en kunnen een gewone verkoudheid veroorzaken, maar ook ernstiger klachten zoals een longontsteking. De naam verwijst naar de krans ('corona' is Latijn voor 'krans') die rond de virusdeeltjes zit.

Van het virus zijn dertig stammen geïdentificeerd, waarvan er zeven bij de mens kunnen voorkomen. De bekendste (of beruchtste) coronavirussen tot nog toe waren SARS en MERS. Een uitbraak van SARS en de snelle en ongemerkte verspreiding van het virus naar 37 landen zorgde in 2002 voor globale paniek. Van de 8.000 mensen die toen besmet raakten, lieten ongeveer 750 het leven.

MERS is een nog gevaarlijker lid van de familie en dook in 2012 op in Saudi-Arabië en was tegen 2015 naar meer dan twintig landen verspreid, waaronder de VS, Bangladesh, Zuid-Korea, China en de Filipijnen. MERS is minder besmettelijk dan SARS, maar veel dodelijker. Van de ongeveer 2.000 geregistreerde gevallen overleefden 600 het niet.

Denk vooral niet dat we van MERS verlost zijn: in 2015 duidde de Wereldgezondheidsorganisatie MERS aan als één van de virussen die in de toekomst een pandemie zou kunnen veroorzaken, en waarnaar 'dringend' meer onderzoek zou gedaan moeten worden.

DON'TS

Op sociale media en in WhatsApp-groepen wemelt het van het goedbedoeld advies om corona te voorkomen en te genezen, maar veel informatie klopt gewoonweg niet. Een bloemlezing: 1 gram vitamine C per uur zou helpen tegen het coronavirus. Ieder kwartier een slokje water drinken ook, aangezien het virus zo naar de maag spoelt en door het maagzuur verbrand wordt. Onderzoekers zouden ontdekt hebben dat marihuana het tegengif is voor corona. Veel look eten, koken met sesam- of kokosolie, de mond regelmatig spoelen... Het zou allemaal helpen volgens het wijze internet, maar wetenschappers en factcheckers zijn stellig: het is allemaal baarlijke nonsens.

Wat u in deze fase vooral kunt doen, is sociaal contact zoveel mogelijk vermijden, op voldoende afstand blijven van uw medemens en regelmatig de handen wassen met zeep. Gebruik elke keer een nieuw papieren zakdoekje bij snuiten of niezen, en gooi het weg in een afsluitbare vuilnisbak. Geen zakdoek? Hoest of nies in je elleboogholte. Er is vooralsnog geen vaccin, en wondermiddeltjes bestaan niet.

ECOLOGIE

In de strijd tegen het coronavirus ligt in tal van landen het openbare leven nagenoeg stil. Fabrieken draaien op minimumcapaciteit, verplaatsingen worden beperkt tot het minimum en van vliegreizen is nauwelijks sprake. Een prettig neveneffect: de CO2-uitstoot in gebieden die strenge maatregelen opleggen, daalt zienderogen.

China blies de eerste weken van februari een kwart minder CO2 de atmosfeer in dan tijdens dezelfde periode vorig jaar: liefst 150 miljoen ton CO2, wat neerkomt op 0,5 procent van de wereldwijde jaarlijkse uitstoot. Een ongeziene daling in zo korte tijd. De verandering is zelfs vanuit de ruimte zichtbaar: waar Chinese grootsteden eind januari nog onder een dikke laag smog lagen, zagen de satellieten van NASA de lucht opklaren.

Of dat ook in Europa zo zal zijn, valt af te wachten, maar klimaatexpert François Gemenne van de universiteit van Luik vermoedt dat we door het nieuwe coronavirus net mínder doden zullen tellen dan in een normale periode. Volgens de WHO sterven er jaarlijk zo'n 7 miljoen mensen aan luchtvervuiling. De tijdelijke reductie van vervuiling zou weleens duizenden levens kunnen redden.

Toch vrezen klimaatactivisten dat de groene hoogconjunctuur snel voorbij zal zijn. Typisch voor economische crises is het gebrek aan duurzame investeringen. De prijzen voor olie dalen en wind- en zonne-energie worden relatief duurder. Verwacht wordt ook dat de Chinese industrie na de pandemie weer harder zal draaien. Zodra de economische motor weer warmdraait, zal ook de aarde weer verder opwarmen, klinkt het bij klimaatactivisten.

FRANKENVIRUS

In 2011 zorgden Yoshihiro Kawaoka van de University of Wisconsin en de University of Tokyo en Ron Fouchier van het Erasmus University Medical Center in Rotterdam voor grote ophef in de wetenschappelijke wereld, omdat ze onafhankelijk van elkaar het dodelijke influenzavirus H5N1 met opzet besmettelijker hadden gemaakt. In het lab hadden ze het virus zo gemanipuleerd dat het ook tussen fretten kon overspringen. Critici vreesden dat zulke experimenten gevaarlijk zijn: als het gemuteerde virus tussen fretten kan migreren, zou het namelijk ook op de mens kunnen overspringen. Zo'n kunstmatig gecreëerd Frankenvirus zou in theorie een pandemie kunnen veroorzaken als het per ongeluk uit het lab ontsnapt, of wanneer het in handen zou vallen van bioterroristen die het als wapen zouden gebruiken.

Wetenschappers als Fouchier argumenteren dat proefdieren met virussen besmetten en die virussen vervolgens manipuleren de enige manier is om nieuwe virussen te bestuderen. Op die manier kunnen we ons beter op toekomstige pandemieën voorbereiden. De wetenschappers benadrukken dat nietsdoen veel gevaarlijker is. Het komt erop aan uit te vissen welke van de duizenden virussen die mogelijk uitbreken de volgende pandemie kunnen veroorzaken.

GEEN GEWOON GRIEPJE

Het vervelende is dat het nieuwe coronavirus veel symptomen gemeen heeft met de griep. Zelfs dokters kunnen maar moeilijk het onderscheid maken tussen de twee. Het virus stak in het noordelijk halfrond dan ook nog eens uitgerekend te midden van het griepseizoen de kop op. Men vermoedt dat de infectie zich daarom in sommige landen ook zo snel heeft kunnen verspreiden. Veel mensen dachten dat ze een griepje hadden en vonden het niet de moeite om hun dokter te consulteren.

Coronapatiënten die in het hospitaal werden opgenomen, blijkt uit de eerste studies, hadden bijna allemaal koorts en een droge hoest. Velen hadden ook spierpijn en voelden zich vermoeid. Slechts 5 procent had keelpijn of een loopneus. Veel patiënten krijgen echter ook een longontsteking, wat vooral bij ouderen of mensen met een verzwakt immuunsysteem gevaarlijk kan zijn.

Mensen met het virus krijgen hetzelfde advies als grieppatiënten: rusten en veel drinken. Bij ernstige symptomen of longcomplicaties is een opname in het ziekenhuis aangewezen.

HOAX

Het coronavirus verspreidt zich in een razendsnel tempo, maar niet zo vlug als de hoaxen. Een populaire complottheorie stelt dat Chinese bioterroristen het virus hebben samengesteld en bewust verspreid over de wereld. Meer nog: kwade geesten zouden in hun keuken met een doe-het-zelfkit aan het virus kunnen sleutelen om het nóg besmettelijker en dodelijker te maken. Omgekeerd wint in China het idee aan populariteit dat het coronavirus zijn oorsprong kent in de VS, en niet in Azië. Zelfs Chinese ambassadeurs hinten nu op die theorie. “Misschien heeft het Amerikaanse leger corona wel naar Wuhan gebracht”, klinkt het.

Minstens even schadelijk als de groteske complotten zijn de kleinere brokjes van verkeerde, schijnbaar onschuldige informatie die burgers misleiden. Zo circuleert er online een kettingbrief met allerlei tips van een ‘Chinese dokter met een masterdiploma’. Volgens de brief wijst een loopneus met hoest op een verkoudheid, en een droge hoest zonder loopneus op corona. Dat is nochtans allerminst sluitend, net als andere wijdverspreide claims over het virus. Corona zou niet gedijen of zich niet meer verspreiden bij temperaturen boven de 26 graden, en dus verdwijnen in de zomer. De realiteit is dat virologen het gewoonweg nog niet weten.

De WHO moet dus niet alleen de pandemie bestrijden, maar ook de 'infodemie': een informatiestroom van pandemische proporties. Daarom heeft de WHO de handen – excuseer, de ellebogen – in elkaar geslagen met de belangrijkste sociale media en zoekmachines. Wie op Twitter, Google, Facebook, Instagram of TikTok naar 'corona' zoekt, krijgt niet de meest virale posts te zien, maar gebalde info van de overheid en nuttige, officiële links. Facebook geeft momenteel zelfs onbeperkt reclame weg aan de WHO.

HOUDBAARHEID

Over hoelang het virus actief kan blijven buiten een gastheer, lopen de meningen nogal uiteen. Volgens sommige experts kan het tot 48 en mogelijk zelfs 72 uur op een hard oppervlak blijven zitten, en iets minder lang op een zacht oppervlak. Anderen houden het dan weer op enkele uren. Hoe het juist zit, zal verder onderzoek zal dit moeten uitwijzen. Het advies daarom: handen wassen na contact met oppervlakken die door veel mensen worden aangeraakt.

IMMUUNSYSTEEM

Omdat er geen medicijn tegen het virus bestaat, zijn we vooral op ons eigen immuunsysteem aangewezen. Virusdeeltjes die via onze ogen, neus en mond ons lichaam binnendringen, pogen zich aan cellen te binden, en die vinden ze in eerste instantie in de neus, de keel en de bovenste luchtwegen. Het virus vermenigvuldigt zich in de cellen, de cellen sterven af en worden afgevoerd door extra slijmen. Vandaar al dat snot uit uw neus. Bij een infectie van neus, keel en bovenste luchtwegen heeft de patiënt alleen milde symptomen en is hij er na een dag of tien van verlost. Het ziet er momenteel naar uit dat het bij de meeste geïnfecteerden om die lichte vorm gaat.

In ernstiger gevallen kan er echter een longinfectie optreden. De cellen van de longblaasjes raken dan beschadigd door het virus, maar ook door het immuunsysteem dat immuuncellen naar de infectiehaard stuurt om het virus te bestrijden. Als longblaasjes beschadigd raken, kunnen ze vollopen met vocht uit het bloed en kan er littekenweefsel ontstaan, waardoor men moeilijker of zelfs helemaal niet meer kan ademen. In echt ernstige gevallen moeten patiënten extra zuurstof krijgen of zelfs volledig beademd worden.

Als het immuunsysteem minder goed werkt of ontregeld is – bijvoorbeeld bij ouderen, diabetici of patiënten met een hoge bloeddruk – is de immuunreactie minder efficiënt en worden niet de juiste cellen aangevallen of is de reactie te zwak of net te hevig. Voor hartpatiënten kan het virus ook gevaarlijk zijn, omdat de afweerreactie voor vochtopstapeling in het hartweefsel kan zorgen. 

Artsen kunnen wel middelen geven die de reactie van het immuunsysteem wat kunnen regelen. In ernstige gevallen wordt soms ook antibiotica toegediend om de patiënt te beschermen tegen bacteriën die het beschadigde longweefsel makkelijker kunnen binnendringen en een zogenaamde superinfectie kunnen veroorzaken, een infectie bovenop of naast een andere ziekte. Voor hartpatiënten kan het virus ook gevaarlijk zijn, omdat de afweerreactie voor vochtopstapeling in het hartweefsel kan zorgen.

Dat het virus ook alleen milde klachten kan veroorzaken, is mogelijk ook de reden waarom het zich in het begin zo snel heeft kunnen verspreiden. Alleen patiënten met ernstige longproblemen meldden zich toen in het ziekenhuis. Het vermoeden is dat ook mensen met lichtere of zelfs géén klachten anderen kunnen besmetten. 

KINDEREN

Opvallende vaststelling: heel weinig kinderen worden ziek tijdens de huidige gezondheidscrisis. De eerste studies suggereerden dat kinderen minder vatbaar waren voor corona, wat goed nieuws zou zijn voor de verdere verspreiding van het virus en de gezondheid van de oudere bevolking. Maar recenter onderzoek wijst het tegendeel uit: kinderen maken net zoveel kans als volwassenen om besmet te raken, maar ze hebben minder ziekteklachten. Door de milde symptomen zouden kinderen minder in de coronastatistieken terechtkomen. Mogelijk reageert het immuunsysteem van de jongsten effectiever op de infectie in het lichaam. Onderzoekers wijzen er ook op dat kinderen gezondere luchtwegen hebben dan hun ouders en grootouders, omdat ze nu eenmaal nog geen jaren blootgesteld zijn aan sigarettenrook en vervuilde lucht. Een antwoord op de hamvraag blijft evenwel nog uit: wat is de precieze rol van kinderen bij de verspreiding van het virus?

LI WENLIANG

Het nieuwe coronavirus heeft een martelaar: Li Wenliang, een 34-jarige oogarts uit het inmiddels wereldberoemde Wuhan, zette eind vorig jaar zijn leven op het spel door de alarmbellen te luiden over “een nieuw SARS-achtig virus”. SARS-CoV-2 was nieuw, onbekend en bijzonder besmettelijk, liet hij weten aan zijn studenten in een chatgroep. Hij had met eigen ogen gezien hoe een handvol patiënten in het ziekenhuis waar hij werkte in quarantaine lagen door het virus.

Oogarts Li Wenliang waarschuwde als eerste voor het virus, maar werd gearresteerd. Intussen is hij overleden.

Li's boodschap, die ook buiten de chatgroep gretig gedeeld werd, was niet naar de zin van de autoriteiten, die hem bestempelden als een paniekzaaier en hem in het midden van de nacht zelfs oppakten. Vóór zijn vrijlating moest Li nog officieel een tekst ondertekenen waarin hij zich openlijk excuseerde. Maar de tijd gaf Li gelijk. Steeds meer Chinezen raakten besmet, en ook Li zelf werd ziek. Begin februari bezweek hij.

Li's verhaal werd een symbool voor de aanpak van China: geheimhouding in plaats van krachtdadig optreden. Terwijl het land, dankzij de opmerkzaamheid van Li en zijn collega's, de sleutels in handen had om een beginnende crisis in de kiem te smoren. Mede daardoor staat de hele wereld vandaag voor een internationaal gezondheidsprobleem.

MUTATIE

Eén van de (vele) lastige kenmerken van virussen is dat ze voortdurend muteren, waardoor ze andere eigenschappen kunnen krijgen. Bij SARS-CoV-2 is de kans alvast groot dat het virus blijft muteren: omdat het vermoedelijk van het ene dier op het andere is overgaan en daarna op de mens, is het al een paar keer gemuteerd. Nu het op de mens is overgegaan en zich snel verspreidt, kunnen die mutaties zelfs van regio tot regio verschillen. Dat hangt onder andere af van de bevolkingsdichtheid: hoe groter de bevolking, hoe meer mensen besmet kunnen raken en hoe meer kansen een virus krijgt om te muteren. Als de populatie in een regio eerder al aan andere coronavirussen werd blootgesteld, kan dat, een beetje zoals bij de griep, ook hun gevoeligheid voor het nieuwe virus beïnvloeden.

Bij de recente ebola-uitbraak in West-Afrika, een virus dat van vleermuizen afkomstig is, paste het virus zich in de loop van de epidemie aan zijn nieuwe gastheer aan en muteerde het, waardoor het zich makkelijker aan menselijke cellen kon vasthechten. Het nieuwe coronavirus zou zich op dezelfde manier kunnen aanpassen, en zo makkelijker overdraagbaar worden van mens op mens. Een virus wil namelijk maar één ding: zo lang mogelijk overleven.

Dat hoeft niet te betekenen dat een virus gevaarlijker wordt, integendeel zelfs. Virussen leren om met de mens overeen te komen. Het zijn de ‘pubers’ onder de virussen die ons ziek maken, want die hebben nog niet geleerd om samen te leven met de mens. Voor een virus is het namelijk een ramp als een gastheer doodgaat, want dan kan het zich niet meer verspreiden. De kans dat een virus na dodelijker wordt, is kortom klein.

NAAMGEVING

Hoe héét het nieuwe virus nu eigenlijk? Eerst werd ernaar verwezen als het Wuhan-virus, daarna werd het 2019-nCoV en momenteel worden er twee benamingen gebruikt: Covid-19 voor de ziekte en SARS-CoV-2 voor het virus.

De reden voor die verwarring is dat twee instanties die instaan voor de namen van nieuwe virussen - puur toevallig - op dezelfde dag met een naam voor het nieuwe virus op de proppen kwamen. Op 12 februari zei WHO-directeur-generaal Tedros Adhanom Ghebreyesus – een man die twéé naamplaatjes nodig heeft om alles erop te krijgen – op een persconferentie dat de nieuwe ziekte de naam Covid-19 (voluit: corona virus disease 2019) had gekregen. Diezelfde dag echter had de Coronavirus Study Group (CSG) van het International Committee on Taxonomy of Viruses, het orgaan dat virussen nieuwe namen geeft, bepaald dat het virus SARS-CoV-2 zou heten.

Die verschillende namen zijn het gevolg van de verschillende criteria die beide organisaties hanteren: de WHO wil vooral neutrale namen, die niet stigmatiserend zijn en die niet verwijzen naar mensen, bevolkingsgroepen of geografische locaties. Ze mogen geen dierennamen bevatten, omdat die misleidend kunnen zijn. Virussen kunnen van verschillende diersoorten op elkaar overspringen voor ze de mens infecteren. Het voordeel van de WHO-naam is dat hij - in licht aangepaste vorm - gebruikt kan worden bij andere coronavirussen die in de toekomst nog op de mens overgaan. De CSG bekeek het daarentegen puur wetenschappelijk: volgens het genoom is het nieuwe virus een variant van het coronavirus dat in 2002 de SARS-epidemie veroorzaakte. SARS-CoV-2 was voor de CSG dus de logische naam.

De WHO liet kort daarna weten dat het die naam niet zal gebruiken, omdat hij te veel zou herinneren aan de traumatische SARS-epidemie. De WHO zal het daarom houden op 'het virus verantwoordelijk voor Covid-19' of 'Covid-19-virus'.

ONTBOSSING

Sars-CoV-2 zal zeker niet het laatste virus zijn dat ineens opduikt. Volgens experts is de kans op uitbraken zelfs groter dan ooit, omdat de mens steeds meer in contact komt met wilde diersoorten die virussen in zich kunnen dragen. Door massale ontbossing komen bepaalde vleermuizen – die normaal in de jungle verscholen zitten en beruchte gastheren zijn van virussen – steeds dichter bij de mens.

Bovendien zouden diersoorten die gestresseerd zijn, en daardoor een verzwakt immuunsysteem hebben, vatbaarder zijn voor virusinfecties. Dat is een mogelijke reden waarom besmettingen zo vaak op markten voorkomen, waar levende dieren in drukke omstandigheden en in kleine kooien worden gehouden.

OPWARMING

Ook de opwarming van de aarde kan voor de verspreiding van nieuwe virussen zorgen. Warmere temperaturen, hevige stormen, branden en overstromingen hebben als gevolg dat de leefgebieden van bepaalde diersoorten kleiner worden en in de richting van de bewoonde wereld opschuiven. Een voorbeeld is de uitbraak van Nipah in 1998 in Maleisië. Wetenschappers ontdekten dat vleerhonden die hun vaste habitat ontvlucht waren, zich voedden aan fruitbomen op boerderijen waar ook varkens rondliepen. De vleermuizen besmetten de varkens, die het virus op hun beurt aan de boeren doorgaven. Het resultaat: meer dan honderd doden.

PANDEMIE

Een pandemie betekent dat de mensheid getroffen wordt door een ziekte die zich snel verspreidt over de hele wereld. Dat laatste element maakt dat pandemieën een vrij recent fenomeen zijn, want zo lang zijn de continenten op onze aardkloot nog niet met elkaar verbonden. In 2009 was er de Mexicaanse griep, een variant van een seizoensgebonden griep, die zich over de wereld verspreidde en zo'n 17.000 dodelijke slachtoffers maakte, vooral kwetsbare en oudere mensen.

Meer tot de verbeelding spreekt de Spaanse griep, die honderd jaar geleden een pandemie veroorzaakte. Het virus verspreidde zich eerst in de VS en drong daarna Europa binnen via de jonge soldaten die vochten in WO I. De 'Spaanse' griep kreeg haar naam omdat de Spaanse kranten als eerste alarm sloegen over de intrede van de ziekte in Europa. Opvallend was dat niet traditionele risicogroepen zoals bejaarden het meest getroffen werden, maar wel twintigers. Al is dat beeld mogelijk vertekend door het tijdperk, want in 1918 vochten nogal wat mannelijke twintigers in penibele oorlogsomstandigheden. Al maakte de Spaanse griep volgens historici méér slachtoffers dan de oorlog zelf: schattingen gaan van enkele tientallen miljoenen tot honderd miljoen doden.

We leven in gezondere en modernere tijden, maar toch vallen er parallellen te trekken met toen. Zoals de maatregelen: wie ziek werd, moest onmiddellijk in quarantaine. Een Brugs document uit 1918 dat opnieuw circuleert, met voorzorgsmaatregelen om de verspreiding “der aanstekelijke Spaanschen griep” in te dijken, vraagt aan de bevolking om samenscholingen te vermijden. Telewerken bestond nog niet, maar vergaderen werd wel al afgeraden. En op blote knietjes vraagt de stad Brugge aan het vrije onderwijs om de lessen te schorsen. “In alle scholen der stad, van de hoogste tot de leegste.”

De wijze les? Draconische maatregelen wérken. Uit historisch onderzoek blijkt een duidelijk verband tussen de snelheid waarmee een stad reageerde op de Spaanse griep en het aantal doden. 'Hoe sneller er gereageerd werd, hoe minder doden en hoe later de piek van het aantal doden,' schreven de onderzoekers, die ook ontdekten dat steden die de maatregelen te snel afvoerden, een nieuwe piek aan doden te verwerken kregen. Cafés, bioscopen en restaurants sluiten was dus al geen makkelijke beslissing voor de overheid - ze langer dicht houden, misschien na maart, wordt al even complex.

QANON

Corona is geproduceerd in een lab om de wereldbevolking uit te roeien of president Trump van de troon te stoten. Complottheorieën genoeg, maar die van de beweging QAnon - 'Q' voor de vrienden - zijn wel érg waanzinnig. Volgens de aanhangers van die groep wordt Amerika geleid door een elite van joodse bankiers, linkse ratten, pedofielen en kannibalen. Onder het schorriemorrie: Microsoft-baas Bill Gates. Hij zou de uitvinder zijn van het coronavirus én het vaccin al gepatenteerd hebben. Zijn doel: een fortuin verdienen en de wereldbevolking decimeren.

Patiënten kunnen volgens de Q-doctrine alleen maar genezen door bleekmiddel te drinken. Dat treft, want de volgelingen stellen dat hún bleekwater ook aids, kanker en autisme geneest. En dat voor amper 60 euro per fles. De Q'ers maken zich de laatste maanden steeds meer kenbaar tijdens de rally's van Trump. De beweging telt intussen volgelingen in heel Europa.

Volgens de complotdenkers van QAnon is corona een uitvinding van Bill Gates en heeft hij het vaccin al gepatenteerd. Zijn doel: een fortuin verdienen en de wereldbevolking decimeren.

R.I.P.

Het was even schrikken toen de Ethiopische directeur-generaal van de WHO, Tedros Adhanom Ghebreyesus, vorige maand zei dat het nieuwe coronavirus een sterftegraad van liefst 3,4 procent had, hoger dan de eerste cijfers die over het virus de ronde deden en zeker hoger dan die van de griep.

Tedros kwam aan dat cijfer door het aantal officieel vastgestelde gevallen te delen door het aantal doden. Andere experts stelden meteen dat het cijfer nog zou worden bijgesteld, omdat veel mensen die wel geïnfecteerd waren, maar slechts milde of zelfs geen symptomen hadden, niet in de statistieken waren opgenomen. Hoe meer er getest wordt, hoe accurater (en meestal lager) de sterftecijfers. In Zuid-Korea, waar 1.100 tests per miljoen inwoners werden gedaan, lag het sterftecijfer op amper 0,6 procent. In Amerika, dat aan zeven tests per miljoen inwoners zat, was dat meer dan 5 procent. De grote uitzondering is Italië, waar men met 638 tests per miljoen nog altijd op een sterftecijfer van bijna 4 procent uitkwam. Waarom is voorlopig niet helemaal duidelijk.

Ter herinnering: SARS had een sterftegraad van 10 procent, MERS was met een sterfte van 34 procent nog een stuk dodelijker. Daarmee vergeleken lijkt het nieuwe coronavirus dus een braaf beestje, al heeft het wel een hogere mortaliteit dan de seizoensgriep die een sterftegraad heeft van 0,2 procent. Dat zijn wereldwijd wel nog altijd 400.000 doden per jaar.

Ouderen lopen het meeste risico om aan het virus te overlijden, maar dat betekent geenszins dat er geen jonge mensen aan zullen sterven. Nog een belangrijke risicogroep zijn hulpverleners, omdat zij lang en vaak aan het virus worden blootgesteld.

Er is overigens weinig reden tot paniek: volgens een Chinese studie – voorlopig de beste en grootste die we hebben – kreeg 80 procent van de geïnfecteerden slechts milde symptomen. Bij 15 procent leidde het virus tot kortademigheid, een laag zuurstofgehalte in het bloed en longproblemen. In minder dan 5 procent van de gevallen waren er zeer ernstige problemen zoals het stilvallen van de ademhaling, een septische shock of orgaanfalen.

SIMULATIE

Toeval of niet: op 18 oktober, een kleine drie maanden voor de huidige uitbraak, deden wetenschappers van het Johns Hopkins Center for Health Security op een congres in New York een simulatie van een pandemie. Daarmee wilde men nagaan welke impact die zou hebben op de gezondheid, maar ook op de economie en de samenleving. Het fictieve virus, CAPS gedoopt, zou resistent zijn tegen alle bestaande vaccins, dodelijker dan SARS, maar even besmettelijk als de griep.

De wetenschappers lieten hun pandemie niet in China beginnen, maar op een varkensboerderij in Brazilië. Via de boeren verspreidde het virus zich snel naar drukbevolkte en arme buurten in steden over heel Zuid-Amerika. Dat leidde in de simulatie tot geschrapte vluchten, geannuleerde reizen en massa's valse informatie op sociale media. Na zes maanden was het virus over de hele wereld verspreid. Na 18 maanden had het 65 miljoen doden geëist. De pandemie veroorzaakte ook een globale financiële crisis: de beurzen tuimelden 20 to 40 procent omlaag en wereldwijd daalde het bnp met 11 procent. In de simulatie slaagden wetenschappers er ook niet in om op tijd een vaccin te ontwikkelen dat de pandemie kon stoppen.

Eén van de conclusies was dat we dringend een manier moeten vinden om sneller vaccins te ontwikkelen, omdat gevaarlijke uitbraken zich anders snel wereldwijd kunnen uitbreiden. Ook omdat in steden almaar meer mensen dicht op elkaar wonen. Heeft de wereld iets geleerd van dit opmerkelijke experiment? We kunnen het maar hopen.

President Trump noemde het nieuwe coronavirus lange tijd een hype en weigerde lang om een noodplan uit te tekenen.

TRUMP

Wekenlang noemde Trump de aandacht voor het virus 'een hype', een poging van journalisten en de Democraten om de beurzen en zijn presidentschap te beschadigen. Volgens Politico verzuimde hij tot vorige week zelfs om een noodplan uit te tekenen voor het geval het mocht mislopen. Hij weigerde ook om de bevolking op grote schaal te testen op het virus. En ondanks alle goede raad die de man in het oor gefluisterd kreeg, was het enige dat hij leek te onthouden, de maand april. Dan zou corona namelijk vanzelf wel verdwijnen. Dat alles is des te opmerkelijker omdat Trumps familie al onzacht in aanraking kwam met de realiteit van een pandemie: zijn grootvader overleed aan de gevolgen van de Spaanse griep.

Toen bleek dat ook de VS stevig werden getroffen, kondigde Trump alsnog draconische maatregelen af: hij stelde een inreisverbod vanuit Europa in en riep de noodtoestand uit.

UW HANDEN

Mocht u het nog steeds niet begrepen hebben: u moet nog meer dan gewoonlijk uw handen wassen. Na toiletbezoeken, voor en na het eten, wanneer u thuiskomt en liefst nog vaker. Dat kan volgens de WHO met een desinfecterende handgel, maar ook gewoon met water en zeep. Dat moet grondig, en minstens 20 seconden lang.

Even belangrijk, maar ook even vaak vergeten, is het drogen van de handen. Wie met natte handen rondloopt, helpt bacteriën zich nog sneller te verspreiden. De beste manier om de handen te drogen, zegt de WHO, is met wegwerppapier. Door te wrijven wordt de overdracht van micro-organismen sterk verminderd, en het papier wordt bovendien weggegooid. De WHO raadt pakweg heteluchthanddrogers dus af: die kunnen zelfs ronduit problematisch zijn, aangezien ze de verspreiding van micro-organismen in de lucht mogelijk nog verder vergroten.

VACCIN

Tegen het nieuwe coronavirus bestaat nog geen vaccin, en volgens de WHO kan het nog achttien maanden duren voor dat er komt. Mocht u dat lang vinden: normaal gezien duurt de ontwikkeling van een nieuw vaccin twee tot vijf jaar. Dit vaccin kan er dus relatief snel komen, onder andere omdat de situatie redelijk acuut is en onderzoeksinstituten van over de hele wereld de handen in elkaar slaan. Bovendien heeft de wetenschap veel geleerd van de vorige SARS-uitbraak, en moet men dus niet vanaf nul beginnen.

Ondertussen worden al een aantal mogelijke vaccins getest. Voor sommige is men al klaar voor de eerste kleinschalige klinische tests op mensen. Het Amerikaanse Moderna Therapeutics hoopt 45 vrijwilligers tussen 18 en 55 jaar te rekruteren voor een klinische test die eind april zou moeten starten. Het is vooral de volgende fase, studies met duizenden vrijwilligers, die veel tijd in beslag zal nemen.

WUHAN

Wuhan is in enkele weken tijd uitgegroeid van een anonieme miljoenenstad tot de plek des duivels waar het griezelige coronavirus zijn oorsprong vond. Vol in de aandacht: de vis- en dierenmarkt in de stad waar het virus van dier op mens zou zijn gesprongen. Bij zo goed als alle eerste besmettingen in China werd een link met die markt gevonden. Kerry Bowman, een bio-ethicus van de universiteit van Toronto, ging er al vóór de uitbraak op bezoek. Hij telde er, naast enorme hoeveelheden karkassen en kilo's vlees in openlucht, zo'n vijftig verschillende diersoorten die er levend uitgestald werden: slangen en schildpadden, varkens, wilde konijnen en vossen. 'De dieren zaten er opgesloten in zeer kleine ruimtes en waren duidelijk op hun ongemak,' herinnert Bowman zich. 'Marktkramers spoten er voortdurend resten weg met grote waterslangen. In de zon lag daardoor een soort smurrie, een mengeling van urine en uitwerpselen van allerlei soorten dieren. Het is niet moeilijk om je voor te stellen dat in zulke omstandigheden nieuwe virussen kunnen ontstaan, die bovendien van dier naar mens kunnen overspringen.'

Een onderzoeker over de dierenmarkt in Wuhan: 'In de zon lag een soort smurrie: een mengeling van urine en uitwerpselen van allerlei soorten dieren. Een broeihaard voor bacteriën.'

In China vragen onderzoekers zich intussen af of het virus wel degelijk afkomstig is van de bewuste markt. Al staat sowieso vast dat het virus zich er in de beginfase duchtig verspreid heeft. China heeft recent wel álle markten met wilde dieren gesloten. Toch een béétje een schuldbekentenis?

XENOFOBIE

Het coronavirus zorgt niet alleen voor koorts, kortademigheid en een droge hoest, bij risicogroepen van asociale mensen leidt het ook tot uitingen van xenofobie en platvloers racisme. De slachtoffers: Chinezen en Europeanen van Chinese afkomst. Zij worden gezien als grote verspreiders van het coronavirus. Jonge Belgen met Chinese wortels getuigen op sociale media dat ze racistisch aangepakt worden. In een Nederlands studentencomplex met veel Chinezen werden muren besmeurd met uitwerpselen en de boodschap: 'Sterf Chinezen'. In hartje Brugge weerde een restaurant systematisch alle Chinezen, en een Franse krant kopte enkele weken geleden op de voorpagina 'Geel alarm'.

Volgens hoogleraar Chinastudies Frank Pieke zijn zulke incidenten geen onschuldige oprispingen van anti-Chinese gevoelens. 'De huidige incidenten zijn de oogst van wat politici en media de afgelopen vier tot vijf jaar hebben gezaaid,' vertelt hij aan de Nederlandse krant NRC. 'Er heeft zich een enorme omslag in het denken over China voorgedaan. Het land bedreigt en besteelt ons en rommelt met onze normen en waarden, zo wordt vaak gezegd door onze politieke leiders, die in het land een dankbare vijand zien. De recente incidenten zijn het gevolg van dat breed gedragen idee,' aldus Pieke.

XENOFOBIE

ZOMBIEVIRUS

Nieuwe virussen hoeven niet noodzakelijk van vleermuizen, schubdieren, vogels of andere beestjes te komen: wetenschappers maken zich steeds meer zorgen over 'zombievirussen' die in gletsjers of permafrost - grond in arctische gebieden die permanent bevroren is - een sluimerend bestaan leiden en door de opwarming van de aarde aan de oppervlakte zouden kunnen komen.

In de afsmeltende Russische poolgebieden begint dat nu al een concreet probleem te worden. In het begin van de twintigste eeuw bezweken daar anderhalf miljoen rendieren aan miltvuur. Veel dieren werden, samen met geïnfecteerd vee, begraven in een grondlaag die in de winter bevroren is, maar in de zomer ontdooit. Op die manier zouden miltvuursporen aan de oppervlakte kunnen komen die als bacterie weer actief worden.

In permafrostgebieden in Rusland en Noord-Amerika liggen ook veel mensen begraven die gestorven zijn aan zeer besmettelijke ziekten als de pokken en de pest, maar de kans dat die virussen ooit een pandemie zullen veroorzaken, is volgens experts klein. Het zijn bekende virussen en ziektebeelden, zodat er snel en doeltreffend kan worden ingegrepen.

Zorgwekkender zijn de virussen die we níét kennen en die behalve door de klimaatopwarming ook door mijnbouw en industriële activiteiten in het poolgebied boven kunnen worden gewoeld. Virussen die in een ver of zelfs prehistorisch verleden dieren en mogelijk hele mensensoorten hebben uitgeroeid en waar wij geen verweer tegen hebben.

Bronnen: WHO, Nature, New Scientist, Scientific American, Science, The Scientist, MIT Technology Review, The Atlantic, The Conversation, Newsweek, The Guardian, Buzzfeed, Business Insider, NBC News, CNN.

Met dank aan dr. Jade Pattyn en prof. Pierre Van Damme van de UA.

Voor alle correcte info over het virus:

Voor België: www.info-coronavirus.be

Internationaal: www.who.int/health-topics/coronavirus

© Humo