Direct naar artikelinhoud
Lezersbrieven

‘Hopelijk blijven steunbetuigingen voor onze zorg ook voortduren nadat coronastorm is geluwd’: lezers aan het woord

Blijf in uw kot! En af en toe naar buiten voor wat beweging. Ons land gaat de tweede week in van de lockdown.Beeld Photo News

Week twee

De tweede week van de quarantaine is me al redelijk lekker gaan zitten. Ik heb met al mijn vrienden al eens achter de webcam gezeten, glas bier erbij en maar lachen om de absurditeit. Dat gaat me wel af. Mijn vrouw en ik hebben ondertussen ook een goede verdeling gevonden tussen kinderen en werk. Ik in de voormiddag op berenjacht, zij na de middag een klein toertje met de fiets. Niks aan.

Ik kan in zulke situaties nogal eens beginnen te overdrijven en aangemoedigd door mijn eigen schouderklopjes geloof ik dan dat ik heel erg veerkrachtig reageer op een catastrofe, als een held. Hier thuis is niemand ziek, en mijn enige opdracht is om binnen te blijven en mijn kinderen te onderhouden. Nu, donderdag, zie ik in dat het nogal mee valt met dat heldendom.

Maar ik was het in het begin van de week allemaal al veel groter beginnen te zien. Ik begon mij als een soort Roberto Benigni in La vita è bella te gaan gedragen, met dat verschil dat thuis moeten blijven in het geheel niet te vergelijken is met het ondergaan van een op basis van een perverse rassentheorie voltrokken volkerenmoord. En toch stond ik maar met uitvergrote moed der wanhoop te proberen om mijn kinderen te doen lachen. En maar om aandacht van mijn gedesinteresseerde zonen staan smeken terwijl ik met drie citroenen stond te jongleren. Heel erg trots naast een zelfgemaakte boomhut staan en proberen natte ogen te krijgen als mijn oudste zoon er met kritische blik drie tellen in ging zitten en er zonder enige reactie weer uit kroop.

Met die drang tot verbloemen van grote miserie die er geen was, ben ik met mijn jongens gaan fietsen. Het leek me warm en genereus om te gaan aanbellen bij wat vrienden, te beginnen met mijn broer. Al bij die eerste deurbel ging het mis. Mijn schoonzus deed open maar moest wegens een call voor het werk alweer snel naar binnen. ‘Nonkel Lode zit nog op het toilet.’ We hebben zeven minuten naar een leeg deurgat staan kijken. Heel de straat kon de wc horen doorspoelen. Tegen die tijd waren mijn kinderen al van doodse verveling aan het janken. Ik hoorde nonkel Lode vanop mijn fiets tussen het verre rinkelen van een broeksriem door nog iets roepen dat leek op ‘Zeker nog eens terugkomen!’.

Ik hield vol dat dit hele fietsen iets moest worden. We namen een fietsersbrug over de autosnelweg. Enthousiast brulde ik in de oren van mijn kinderen hoe leuk chauffeurs het vinden als je naar hen zwaait, en dat ze je dan belonen met luid getoeter. Mijn kinderen keken naar de grond terwijl ik naar het verkeer stond te wuiven alsof ik met mijn voet onder een ijsblok op een berggletsjer gesticuleerde naar een reddingshelikopter. Nadat zevenentwintig vrachtwagens in stilte waren gepasseerd, hoorde ik één claxon. Half ingedrukt door de chauffeur, flauwtjes. Het was de akoestische vertaling van plaatsvervangende schaamte: ‘Meneer, gaat u alstublieft van die brug af.’

Bij thuiskomst loog ik tegen mijn vrouw dat mijn kinderen een fantastische tocht achter de rug hadden. Zij is niet dom, zij kan ondertussen ook wel een kindergezicht lezen. Ze zei niets. Ik wou in mijn bed gaan liggen. Dat ging niet, want mijn vrouw moest dringend verder vergaderen van achter haar laptop. Ik ben na het vallen van de avond in mijn zelfgemaakte boomhut gaan zitten. Op mijn hurken kon ik door de haag binnenkijken bij een gezin in de straat achter ons. Ik hoorde niks maar ik zag een papa geestdriftig vertellen en een vrouw en een meisje en een jongen luisterden aandachtig tot hij stopte met praten. Toen zag ik iedereen daarbinnen heel hard beginnen lachen. Ik niet. Ik huilde.

Jan Daneels

Sterrenstof

De geföhnde faun zou zich niet laten pramen. Hij stond nog even te antichambreren in het vertrek naast de raadzaal, streek met een zacht, liefdevol gebaar over het eigen kapsel – half schaap, half mens – en zou binnen luttele minuten de andere leden van de junta toespreken. Hij wou kost wat kost deze opportuniteit bij de haren grijpen. Nu de grote leider uit A. onverwacht uit was gevallen, naar verluidt iets met een geaccumuleerd effect van het crashdieet van een paar jaar terug, stond niets nog zijn opgang in de weg.

Er was achter de coulissen overeengekomen dat dit de logische stap was. Geen gedoe met die volmachten, geen decretale onzin. Gewoon een rechtstreekse lijn met de bevolking.

Het is niet dat hij ook maar iets begreep van de achterliggende technische opbouw van hoe dat in z’n werk ging met die bio-algoritmen. De Chinees had het hem nog uit proberen te leggen, hoe samen met het vaccin een bepaalde monoklonale antistof in kon worden gebracht die subliminaal inwerkte op bepaalde endorfines, waardoor de respondenten voortaan enkel nog de juiste denkpatronen zouden vertonen. Eigenlijk had hij niets begrepen van de testresultaten die de Chinees hem voor had gelegd, maar hij was des te meer onder de indruk van de filmpjes. Iedereen hoffelijk, de gezinsband versterkt, uit luidsprekers op straten en pleinen klonk enkel nog inheemse muziek. Waar de leider verscheen, scheen de zon en dwarrelde het sterrenstof op hem neder. Hij had ze keer op keer bekeken en telkens weer voelde hij diezelfde aandrang, stond helemaal spontaan in het gelid. Het deed hem denken aan dat bekende boek van die Engelsman, zelf niet vies van een paddenstoeltje, waarin de hele bevolking medicamenteus meditatief was bijgestuurd. Hoe heette dat boek alweer?

Het kwam er nu alleen nog op aan om K. z’n kompaan, voorheen de minister van Informatie, te overtuigen. Brussel hadden ze al af kunnen stoten. Wat een vondst van hem, een Federal District of Europe. Met dat geld was de landsgrens, voorheen de taalgrens, versterkt en Walenland lag eindelijk aan de Franse kant. Nu restte enkel nog iedereen aan de app, zodat elke oekaze die hij uitvaardigde door iedereen te lande in peis uit zou worden gevoerd.

1 april 2029, 11 uur ’s morgens. Een mijlpaal. Eindelijk gingen de deuren open. Weggeleid door twee mannen in witte stofjassen, werd hij naar de gesloten afdeling gebracht.

De andere bewoners van de Veilige Have wisten het al langer: krullend haar en kort verstand.

Guy Simoens, Gent

Witte lakens

Op mijn sporadische verplaatsingen merk ik uit vele ramen witte lakens en handdoeken op. Een mooie steunbetuiging voor onze zorg, waarvan ik hoop dat die ook blijft voortduren nadat de coronastorm is geluwd. Wanneer onze economie terug op gang komt en de maatregelen voor het houden van sociale afstand niet meer nodig zijn. Wanneer onze beleidsmakers, geconfronteerd met dramatische begrotingscijfers, weer met drastische besparingen zullen komen in alle sectoren, waaronder de zorg. Wanneer een volgende golf van witte woede met potten en pannen naar Brussel zal afzakken om waardige verloning en werkomstandigheden te eisen, zullen al deze mensen met hun uitwaaiende lakens de zorg dan ook steunen? Ik hoop het van harte. Wat een dicht opeengepakte, gezonde en goed verzorgde massa zal dat geven, daar in de straten van Brussel!

Valerie Gathot

Koop lokaal

Als reactie op de herhaalde, terechte, oproep van Wouter Torfs om meer lokaal te kopen wil ik graag dit kwijt: de Belgische websites en platformen zijn ruim onvoldoende bekend, zeker bij het oudere publiek. Een grote promoactie van mijnheer Torfs en zijn collega’s is broodnodig.

Mijnheer Torfs weet ook hoe het komt dat net over de Nederlandse grens wél gigantische logistieke structuren van bijvoorbeeld Bol.com, Coolblue, Wehkamp zijn ingeplant en duizenden arbeidsplaatsen zijn geschapen zijn die wij in Vlaanderen gemist hebben. Het is enkel en alleen te wijten aan de halsstarrige negatieve houding vanwege de vakbonden tegen een meer soepele arbeidsregeling.

Gigantische organisaties van evenementen zoals het EK Voetbal, de Olympische spelen etc zijn uit- of afgesteld omwille van corona, maar wat belet de onderwijswereld om eenmalig de grote vakantie in vraag te stellen en het schooljaar indien hopelijk mogelijk af te werken in juli, of zelfs in augustus ?

Etienne Fransen