Juridisch staartje: een mondmasker dragen lijkt strafbaar

© rr

Het boerkaverbod botst onhandig op de coronacrisis.

Wim Winckelmans

Tot voor kort waren ze totaal afwezig op straat, maar sinds het begin van de coronacrisis beginnen ook de Belgen op straat een masker te dragen voor neus en mond, net zoals dat in nogal wat Aziatische landen al gebruikelijk is.

Maar is dat toegestaan? In België geldt al sinds 2011 een wet die het strafbaar maakt om zich op publiek toegankelijke plaatsen te begeven met het gezicht geheel of gedeeltelijk bedekt of verborgen zodat men niet herkenbaar is, het zogenaamde boerkaverbod.

Op dat verbod zijn maar drie uitzonderingen mogelijk: andersluidende wetten, zoals de plicht om een helm te dragen op een motor, arbeidsreglementen, zoals de plicht om een stofmasker te dragen wanneer men asbest verwijdert, of politieverordeningen naar aanleiding van festiviteiten zoals carnaval.

Alles wat niet onder die uitzonderingen valt, is per definitie verboden. Strikt genomen moet een de wet gehoorzamende burger besluiten dat hij in het openbaar gewoon geen mondmasker mag dragen.

Slecht opgestelde wetgeving

Waarschijnlijk is er geen politieagent die het in deze omstandigheden in zijn hoofd zou halen om iemand met een mondmasker een bekeuring te geven, maar formeel gezien is een mondmasker op straat veelal verboden’, zegt Jogchum Vrielink, professor mensenrechten aan de Université Saint-Louis.

Vrielink heeft al vaker gewaarschuwd voor de ridicule effecten die de wet zou hebben bij consequente toepassing: ‘Het is slecht opgestelde wetgeving die alleen gemaakt is voor en wordt toegepast op vrouwen in nikab’. Hij verwijst naar de situatie in Frankrijk waar je ook om ‘gezondheidsredenen’ kan afwijken van het verbod: ‘Als we deze regelgeving willen behouden, laten we dan tenminste de uitzonderingen doordacht formuleren.’